Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Misdrijven
Titel XX. Mishandeling
Artikel 304

Artikel 304 (Strafverhoging mishandeling specifieke gevallen)

Laatste versie

1. De in de artikelen 300-303 bepaalde gevangenisstraffen kunnen met een derde worden verhoogd:

1°. ten aanzien van de schuldige die het misdrijf begaat tegen zijn moeder, zijn vader tot wie hij in familierechtelijke betrekking staat, zijn echtgenoot, zijn levensgezel, zijn kind, een kind over wie hij het gezag uitoefent of een kind dat hij verzorgt of opvoedt als behorend tot zijn gezin of een aan zijn zorg, opleiding of waakzaamheid toevertrouwde minderjarige; 2°. ten aanzien van de schuldige die het misdrijf stelselmatig begaat tegen een minderjarige; 3°. indien het misdrijf wordt gepleegd tegen een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening; 4°. indien het misdrijf wordt gepleegd door toediening van voor het leven of de gezondheid schadelijke stoffen.

2. Met een ambtenaar wordt gelijkgesteld een persoon in de openbare dienst van een vreemde staat die in Nederland op door het volkenrecht toegelaten wijze zijn bediening uitoefent.

Uitleg in duidelijke taal

1. De in de artikelen 300-303 bepaalde gevangenisstraffen kunnen met een derde worden verhoogd:

Dit betekent dat de gevangenisstraffen die zijn vastgesteld in de artikelen 300 tot en met 303 van het Wetboek van Strafrecht, met een derde deel kunnen worden verhoogd in de hierna genoemde gevallen:

1°. ten aanzien van de schuldige die het misdrijf begaat tegen zijn moeder, zijn vader tot wie hij in familierechtelijke betrekking staat, zijn echtgenoot, zijn levensgezel, zijn kind, een kind over wie hij het gezag uitoefent of een kind dat hij verzorgt of opvoedt als behorend tot zijn gezin of een aan zijn zorg, opleiding of waakzaamheid toevertrouwde minderjarige;

Dit is van toepassing op de dader (de schuldige) die het misdrijf pleegt tegen: zijn moeder; zijn vader tot wie hij in een familierechtelijke betrekking staat; zijn echtgenoot; zijn levensgezel; zijn kind; een kind over wie hij het gezag uitoefent; een kind dat hij verzorgt of opvoedt alsof het tot zijn eigen gezin behoort; of een minderjarige die aan zijn zorg, opleiding of waakzaamheid (toezicht) is toevertrouwd.

2°. ten aanzien van de schuldige die het misdrijf stelselmatig begaat tegen een minderjarige;

Dit geldt voor de dader (de schuldige) die het misdrijf herhaaldelijk en volgens een vast patroon (stelselmatig) pleegt tegen een persoon die jonger is dan achttien jaar (minderjarige).

3°. indien het misdrijf wordt gepleegd tegen een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening;

De strafverhoging is van toepassing indien het misdrijf wordt gepleegd tegen een ambtenaar tijdens (gedurende) of in verband met (ter zake van) de rechtmatige uitoefening van zijn functie (bediening).

4°. indien het misdrijf wordt gepleegd door toediening van voor het leven of de gezondheid schadelijke stoffen.

De strafverhoging geldt ook indien het misdrijf wordt gepleegd door het toedienen van stoffen die schadelijk zijn voor het leven of de gezondheid.

2. Met een ambtenaar wordt gelijkgesteld een persoon in de openbare dienst van een vreemde staat die in Nederland op door het volkenrecht toegelaten wijze zijn bediening uitoefent.

Dit lid bepaalt dat een persoon die in de openbare dienst is van een ander land (vreemde staat) en die in Nederland zijn functie (bediening) uitoefent op een wijze die volgens het internationale recht (volkenrecht) is toegestaan, voor de toepassing van dit artikel gelijkgesteld wordt met een ambtenaar.