Artikel 96
1. Indien het beroep, bedoeld in artikel 94, ongegrond is verklaard en de vreemdeling beroep instelt tegen het voortduren van de vrijheidsontneming, sluit de rechtbank het vooronderzoek binnen een week na ontvangst van het beroepschrift. In afwijking van artikel 8:57 van de Algemene wet bestuursrecht kan de rechtbank ook zonder toestemming van partijen bepalen dat het onderzoek ter zitting achterwege blijft.
2. De rechtbank doet mondeling of schriftelijk uitspraak. De schriftelijke uitspraak wordt binnen zeven dagen na de sluiting van het onderzoek gedaan. In afwijking van artikel 8:66, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht kan de in dat artikel bedoelde termijn niet worden verlengd.
3. Indien de rechtbank bij het beroep van oordeel is dat de toepassing of tenuitvoerlegging van de maatregel in strijd is met deze wet dan wel bij afweging van alle daarbij betrokken belangen in redelijkheid niet gerechtvaardigd is, verklaart zij het beroep gegrond. In dat geval beveelt de rechtbank de opheffing van de maatregel of een wijziging van de wijze van tenuitvoerlegging daarvan.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:RBDHA:2025:17521 - Vreemdelingenbewaring: Zicht op uitzetting Algerije niet verloren ondanks uitblijven laissez-passer - 19 september 2025
De rechtbank oordeelt dat het voortduren van de vreemdelingenbewaring van een Algerijnse eiser rechtmatig is. Het uitblijven van een reactie van de Algerijnse autoriteiten op een laissez-passer-aanvraag, ondanks rappels, betekent niet dat het zicht op uitzetting binnen een redelijke termijn ontbreekt.
ECLI:NL:RBDHA:2025:17092 - Rechtbank Den Haag - 10 september 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:13121 - Rechtbank Den Haag - 18 juli 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:15296 - Rechtbank Den Haag - 13 augustus 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:14179 - Rechtbank Den Haag - 22 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:6085 - Rechtbank Gelderland - 22 juli 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:16029 - Rechtbank Den Haag - 27 augustus 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:13679 - Rechtbank Den Haag - 22 juli 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:18524 - Rechtbank Den Haag - 2 oktober 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:18560 - Rechtbank Den Haag - 2 oktober 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:17680 - Rechtbank Den Haag - 24 september 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:17485 - Onrechtmatige vreemdelingenbewaring door te late uitspraak van de rechtbank - 23 september 2025
De rechtbank oordeelt dat de vreemdelingenbewaring onrechtmatig is geworden doordat zij zelf de wettelijke termijnen voor de behandeling van het beroep heeft overschreden. Dit levert een schending op van het recht op een spoedige beoordeling zoals bedoeld in artikel 5, vierde lid, van het EVRM.