Artikel 21 (Waarheidsplicht en volledigheidsplicht partijen)
Partijen zijn verplicht de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Wordt deze verplichting niet nageleefd, dan kan de rechter daaruit de gevolgtrekking maken die hij geraden acht.
Uitleg in duidelijke taal
Partijen zijn verplicht de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Wordt deze verplichting niet nageleefd, dan kan de rechter daaruit de gevolgtrekking maken die hij geraden acht.
Dit artikel stelt dat de betrokken partijen in een juridische procedure de plicht hebben om alle feiten die relevant zijn voor de te nemen beslissing, compleet (volledig) en overeenkomstig de waarheid (naar waarheid) te presenteren (aan te voeren). Indien deze verplichting niet wordt gerespecteerd (nageleefd), heeft de rechter de bevoegdheid om daaruit de conclusie (gevolgtrekking) te trekken die hij gepast (geraden) acht.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:RBAMS:2025:5971 - Rechtbank Amsterdam - 14 augustus 2025
ECLI:NL:RBAMS:2025:4591 - Rechtbank Amsterdam - 2 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:7686 - Schending waarheidsplicht leidt tot nietontvankelijkheid van eisers - 15 september 2025
De kantonrechter oordeelt dat het inbrengen van onjuiste informatie, zoals een misleidende foto, en het onvolledig voorlichten van de rechtbank een zodanige schending van de waarheidsplicht van artikel 21 Rv oplevert, dat de zwaarst mogelijke sanctie van niet-ontvankelijkheid van de eisers in hun vordering passend is.
ECLI:NL:RBGEL:2025:7378 - Rechtbank Gelderland - 3 september 2025
ECLI:NL:PHR:2025:905 - Parket bij de Hoge Raad - 29 augustus 2025
ECLI:NL:RBROT:2025:10300 - Rechtbank Rotterdam - 27 augustus 2025
ECLI:NL:RBLIM:2025:7134 - Rechtbank Limburg - 16 juli 2025
ECLI:NL:RBAMS:2025:4995 - Rechtbank Amsterdam - 9 juli 2025
ECLI:NL:PHR:2025:753 - Parket bij de Hoge Raad - 4 juli 2025
ECLI:NL:RBROT:2025:11345 - Rechtbank Rotterdam - 18 september 2025
ECLI:NL:RBAMS:2025:5643 - Rechtbank Amsterdam - 23 juli 2025
ECLI:NL:RBZWB:2025:4302 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 9 juli 2025
ECLI:NL:GHAMS:2025:1760 - Gerechtshof Amsterdam - 8 juli 2025
ECLI:NL:RBNHO:2025:6847 - Rechtbank Noord-Holland - 24 juni 2025
ECLI:NL:GHAMS:2025:2667 - Gerechtshof Amsterdam - 7 oktober 2025
ECLI:NL:PHR:2025:1073 - Parket bij de Hoge Raad - 3 oktober 2025
ECLI:NL:RBROT:2025:11629 - Rechtbank Rotterdam - 1 oktober 2025
ECLI:NL:GHAMS:2025:2431 - Verbod op reformatio in peius bij kinderalimentatie ondanks ontbrekende draagkracht - 16 september 2025
Het hof oordeelt dat de vader door hoge schulden feitelijk geen draagkracht heeft voor kinderalimentatie. Omdat alleen de moeder in hoger beroep is gegaan, wordt de door de rechtbank vastgestelde alimentatie vanwege het verbod op reformatio in peius toch bekrachtigd; haar situatie mag niet verslechteren.