Artikel 310 (Definitie en strafmaat diefstal)
Hij die enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort wegneemt, met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, wordt, als schuldig aan diefstal, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
Uitleg in duidelijke taal
Hij die enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort wegneemt, met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, wordt, als schuldig aan diefstal, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
Dit artikel stelt dat een persoon die een goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort wegneemt, met de bedoeling (het oogmerk) om dat goed wederrechtelijk (zonder recht) zich toe te eigenen, wordt gestraft als schuldig aan diefstal. De straf die hiervoor kan worden opgelegd is een gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of een geldboete van de vierde categorie.