ECLI:NL:RBOVE:2025:5427 - Rechtbank Overijssel - 4 september 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08/307286-21 (P) Datum vonnis: 4 september 2025
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte], geboren op [geboortedatum 1] 1989 in [geboorteplaats 1] , ingeschreven in de Burgerregistratie Personen (BRP) op het adres [adres 1] , nu verblijvende in P.I. [verblijfplaats] .
1 Het onderzoek op de terechtzitting
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 26 juni 2025 en 4 september 2025.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. R.J.H. van der Wal, advocaat in Hengelo, naar voren is gebracht.
2 De tenlastelegging
De verdenking komt er, na wijziging van de tenlastelegging als bedoeld in artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van 26 juli 2022, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1: in de periode van 1 april 2021 tot en met 25 januari 2022 in Boekelo en Hengelo, samen met anderen dan wel alleen, metamfetamine en/of amfetamine en/of MDMA en/of cocaïne heeft vervaardigd en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of verstrekt en/of vervoerd en/of afgeleverd; feit 2: op 22 juli 2021 in een loods in Boekelo, samen met anderen dan wel alleen, 30,9 kilogram metamfetamine kristallen en/of 22,5 liter d-amfetamine en/of 17,5 liter l-amfetamine en/of 21 kilogram l-amfetamine en/of 139,5 liter metamfetamine aanwezig heeft gehad; feit 3: in de periode 24 januari 2022 tot en met 25 januari 2022 in Hengelo, samen met anderen dan wel alleen 14,87 kilogram cocaïne en/of 6 kilogram (10.084 xtc pillen) MDMA heeft vervoerd dan wel aanwezig heeft gehad; *feit 4:*in de periode 1 april 2021 tot en met 25 januari 2022 in Hengelo € 9.350,- en/of Audi A3 voorzien van kenteken [kenteken 1] en/of een VW Passat voorzien van kenteken [kenteken 6] heeft witgewassen; Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1 hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 april 2021 tot en met 25 januari 2022 (onder meer) in/vanuit een loods, gelegen aan [adres 2] (nummer [adres 2] ), te [adres 2] , in de gemeente Enschede, althans in Nederland en/of te Hengelo, in de gemeente Hengelo, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft vervaardigd en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of verstrekt en/of vervoerd en/of afgeleverd (een) hoeveelhe(i)d(en) metamfetamine en/of amfetamine en/of MDMA en/of cocaïne, althans een hoeveelheid van een materiaal bevattende metamfetamine en/of amfetamine en/of MDMA en/of cocaïne, zijnde metamfetamine en/of amfetamine en/of MDMA en/of cocaïne (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2 hij op of omstreeks 22 juli 2021 in een loods, gelegen aan [adres 2] (nummer [adres 2] ), te [adres 2] , in de gemeente Enschede, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad een hoeveelheid metamfetamine, te weten 30,9 kilogram metamfetamine kristallen en/of 22,5 liter d-amfetamine en/of 17,5 liter L-amfetamine en/of 21 kilogram L-amfetamine en/of 139,5 liter metamfetamine (d en L metamfetamine), althans een hoeveelheid van een materiaal bevattende metamfetamine, zijnde metamfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
3 hij in of omstreeks de periode van 24 januari 2022 tot en met 25 januari 2022 te Hengelo, in de gemeente Hengelo (O), althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk heeft vervoerd en/of aanwezig gehad 14,87 kilogram cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of 6 kilogram (10.084 xtc pillen) MDMA, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA, zijnde cocaïne en/of MDMA (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die Wet;
hij in of omstreeks de periode van 01 april 2021 tot en met 25 januari 2022 te Hengelo, in de gemeente Hengelo (O), althans in Nederland, (een) voorwerp(en), te weten geld (9350,- euro) en/of (een) personenauto('s) (Audi A3 v.v.k. [kenteken 1] en/of VW Passat v.v.k. [kenteken 6] ), heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet en/of van (een) voorwerp(en), te weten geld en/of een personenauto, gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist of rederlijkerwijs moest vermoeden dat dat geld en/of die personenauto geheel of gedeeltelijk — onmiddellijk en/of middellijk — afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
Althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 01 april 2021 tot en met 25 januari 2022 te Hengelo, in de gemeente Hengelo (O), althans in Nederland, (een) voorwerp(en), te weten geld (9350,- euro) en/of (een) personenauto('s) (Audi A3 v.v.k. [kenteken 1] en/of VW Passat v.v.k. [kenteken 6] ) heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad, terwijl hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat dat geld en/of die personenauto('s) onmiddellijk afkomstig was uit enig eigen misdrijf.
3 De voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
4 De bewijsmotivering
4.1 Feiten 1, 2 en 3
4.1.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.
4.1.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich voor het onder 1 ten aanzien van de periode 1 april 2021 tot en met 22 juli 2021 en voor het onder 2 ten laste gelegde op het standpunt gesteld dat verdachte moet worden vrijgesproken. Verdachte ontkent dat hij de gebruiker is van het account ‘ [alias 1] ’. Ook is hij niet fysiek aanwezig geweest in het drugslaboratorium in Boekelo en heeft hij geen wezenlijke materiële en/of intellectuele bijdrage aan het drugslaboratorium geleverd. De raadsman heeft voor het onder 2 ten laste gelegde vrijspraak bepleit nu uit het dossier niet blijkt dat verdachte op 22 juli 2021 de beschikkingsmacht heeft gehad over hetgeen in het drugslaboratorium in Boekelo is aangetroffen. Ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde in de periode van 22 juli 2021 tot en met 25 januari 2022 heeft de raadsman aangevoerd dat er aanwijzingen zijn dat verdachte bij de handel in drugs is betrokken vanaf 22 juli 2021, maar dat die aanwijzingen op zichzelf onvoldoende zijn voor een bewezenverklaring van het onder 1 ten laste gelegde. Subsidiair heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat het onder 1 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard, behoudens de periode 1 april 2021 tot en met 22 juli 2021. De raadsman heeft ten aanzien van feit 3 bepleit dat de rechtbank tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde kan komen als pleger en niet als medepleger.
4.1.3 Het oordeel van de rechtbank
Gelet op de inhoud van het dossier en de standpunten van de officier van justitie en de raadsman, is voor de feiten 1 tot en met 3 een eerste belangrijke vraag of de aangetroffen telefoons en de daarbij behorende accounts en telefoonnummers aan [verdachte] kunnen worden gekoppeld. Daarom zal de rechtbank eerst ingaan op deze vraag, en daarna de feiten afzonderlijk bespreken.
4.1.3.1 Overwegingen van de rechtbank ten aanzien van de aangetroffen telefoons, de daarbij behorende accounts en telefoonnummers
Ten aanzien van de feiten 1, 2 en 3
De rechtbank zal eerst ingaan op de onder verdachten aangetroffen telefoons en de daarbij behorende accounts en telefoonnummers.
Op 22 juli 2021 is [medeverdachte 1] (hierna: [medeverdachte 1] ) aangehouden en onder hem is een iPhone in beslag genomen. Op die telefoon is een groepschat aangetroffen met de gebruikers ‘ [gebruikersnaam 1] ’ (owner), + [telefoonnummer 1] ‘ [gebruikersnaam 2] ’ en + [telefoonnummer 2] ‘ [alias 1] ’.
Op 25 januari 2022 zijn [verdachte] (hierna: [verdachte] ) en [medeverdachte 2] (hierna: [medeverdachte 2] ) aangehouden en zijn hun woningen doorzocht. In de woning van [verdachte] aan de [adres 1] werden vier smartphones, waaronder twee Google Pixel telefoons, aangetroffen. In de woning van [medeverdachte 2] aan de [adres 3] zijn onder andere twee Google Pixel telefoons en twee Samsung telefoons aangetroffen en in beslag genomen. De onder [medeverdachte 2] in beslag genomen Google Pixel 4a telefoon is onderzocht en uitgelezen. Op deze telefoon is een drietal accounts met daaraan gekoppelde gebruikersnamen gevonden, te weten Threema met gebruikersnaam ' [gebruikersnaam 3] ', Wickr met gebruikersnaam ' [gebruikersnaam 4] ' en Signal met gebruikersnaam ‘ [gebruikersnaam 2] ’ met daaraan gekoppeld telkens het telefoonnummer + [telefoonnummer 1] . Ook zijn er chatberichten op deze telefoon aangetroffen die dateren van de periode van 27 mei 2021 tot en met 24 januari 2022. Er is op de telefoon een privéchat aangetroffen tussen de gebruikers van telefoonnummers + [telefoonnummer 1] ‘ [gebruikersnaam 2] ’ en + [telefoonnummer 3] ‘ [alias 2] ’, met daarin ongeveer 4481 berichten. Ook zijn er meerdere groepsgesprekken aangetroffen waarin zowel + [telefoonnummer 1] ‘ [gebruikersnaam 2] ’, als + [telefoonnummer 3] ‘ [alias 2] ’, en/of + [telefoonnummer 4] ‘ [alias 3] ’, voor kwamen.
- De verklaring van [verdachte]
heeft ontkend dat hij de beschikking heeft gehad over een Google Pixel 4a telefoon met het telefoonnummer + [telefoonnummer 2] met daaraan gekoppeld het Signal account ‘ [alias 1] ’. heeft verder verklaard dat + [telefoonnummer 5] zijn telefoonnummer is en dat hij dat telefoonnummer ook in de ten laste gelegde periode gebruikte. Ook heeft hij verklaard dat hij in oktober 2021, eveneens binnen de ten laste gelegde periode, met zijn vrouw en kinderen naar Turkije is geweest.
- De gebruiker van de Google pixel 4a telefoon met telefoonnummer + [telefoonnummer 1]
In het dossier zijn berichten te vinden waaruit kan worden afgeleid dat [medeverdachte 2] gebruik maakte van het account ‘ [gebruikersnaam 2] ’. Zo wordt op 21 juni 2021 door + [telefoonnummer 6] ‘ [alias 4] ’ een chatbericht gestuurd naar + [telefoonnummer 1] ‘ [gebruikersnaam 2] ’ met de tekst: “ [adres 3] is dat toch”. Uit de politiesystemen blijkt dat het BRP-adres van [medeverdachte 2] [adres 3] is. Op [datum 1] 2021 stuurt ‘ [gebruikersnaam 2] ’ het bericht: ‘morgen is mijn dochter jarig’. Uit het politiesysteem blijkt dat de dochter van [medeverdachte 2] jarig is op [geboortedatum 2] .
Op 8 juli 2021 wil ‘ [gebruikersnaam 1] ’ (waarvan de politie heeft vastgesteld dat dit [medeverdachte 1] is) een afspraak maken met ‘ [gebruikersnaam 2] ’ en ‘ [alias 1] ’. [medeverdachte 1] stuurt op 8 juli 2021: “hebben jullie ff tijd”. ‘ [alias 1] ’ stuurt op 8 juli 2021 terug: “Kom bij die patat zaak, daarnaast zit een shoarmazaak. Op 8 juli 2021 om 15:07 (UTC+0)
De rechtbank stelt op basis van bovenstaande bevindingen, in hun samenhang bezien, vast dat [medeverdachte 2] gedurende de gehele tenlastegelegde periode, de enige gebruiker is geweest van de Google Pixel 4a telefoon met telefoonnummer + [telefoonnummer 1] . Aan deze telefoon is een drietal accounts met daar bijhorende gebruikersnamen gekoppeld, te weten: Threema met gebruikersnaam ' [gebruikersnaam 3] '; Wickr met gebruikersnaam ' [gebruikersnaam 4] ' en Signal met gebruikersnaam ‘ [gebruikersnaam 2] ’.
- Tegencontacten telefoon [medeverdachte 2] (Google Pixel 4a); ‘ [alias 5] ’
Op de Google Pixel 4a telefoon waarvan de rechtbank reeds hiervoor heeft vastgesteld dat [medeverdachte 2] de gebruiker is werd gezien dat [medeverdachte 2] veel contact had met drie Signal accounts: + [telefoonnummer 2] ‘ [alias 6] ’, + [telefoonnummer 4] ‘ [alias 3] ’ en + [telefoonnummer 3] ‘ [alias 2] ’. Al deze accounts werden door [medeverdachte 2] ‘ [alias 5] ’ genoemd. De rechtbank leidt hieruit af dat deze drie accounts door een en dezelfde persoon werden gebruikt, en uit de inhoud van een aantal chatberichten leidt de rechtbank af dat dit [verdachte] is. Zo heeft [medeverdachte 2] op [geboortedatum 6] 2021 een chatbericht gestuurd met de tekst: “Nee, ik heb zelfde als die ‘ [alias 5] ’, z’n kleine is gisteren geboren”. Op 15 december 2021 heeft [medeverdachte 2] naar ‘ [alias 2] ’ een bericht gestuurd: “Je moet [naam 1] speen in de vodka doen”. Bij de gemeente [gemeente] is aangegeven dat de dochter van [verdachte] [naam 1] heet en is geboren op [geboortedatum 6] 2021. Ook werd door [medeverdachte 2] gechat dat ‘die [alias 5] ’ woonachtig is aan de [adres 4] . Het BRP-adres van [verdachte] is [adres 1] .
- De gebruiker van het telefoonnummer + [telefoonnummer 2] ‘ [alias 6] ’ / ‘ [alias 1] ’
In de periode 6 juni 2021 tot en met 8 juli 2021 heeft [medeverdachte 2] veel contact met Signal gebruiker + [telefoonnummer 2] ‘ [alias 6] ’. De rechtbank constateert dat ‘ [alias 6] ’ en ‘ [alias 1] ’ gebruik maken van hetzelfde telefoonnummer + [telefoonnummer 2] .
Uit de historische verkeersgegevens van het telefoonnummer + [telefoonnummer 2] bleek dat dit telefoonnummer het meest gebruik maakte van een zendmast aan de [adres 5] en een zendmast aan de [adres 6] . Beide zendmasten passen bij een verblijf aan de [adres 1] , de woning van [verdachte] .
Uit de vergelijking van de historische verkeersgegevens van de telefoonnummers + [telefoonnummer 5] , waarvan [verdachte] heeft verklaard dat dit zijn telefoonnummer is, en + [telefoonnummer 2] is te zien dat deze telefoonnummers veelvuldig met elkaar meereizen in Nederland, Duitsland en Turkije.
Voorts zegt + [telefoonnummer 1] ‘ [gebruikersnaam 2] ’, zijnde [medeverdachte 2] , op 5 juli 2021 ‘ [alias 5] ’ waarop + [telefoonnummer 2] ‘ [alias 1] ’, reageert met ‘ja’.
De rechtbank stelt op basis van deze bevindingen, in hun samenhang bezien, vast dat [verdachte] gebruiker is van + [telefoonnummer 2] Signal account ‘ [alias 6] ’ / ‘ [alias 1] ’.
- De gebruiker van het telefoonnummer + [telefoonnummer 4] account ‘ [alias 3] ’
In de periode van 30 augustus 2021 tot en met 5 november 2021 heeft [medeverdachte 2] veel contact met Signal gebruiker + [telefoonnummer 4] ‘ [alias 3] ’. De gebruiker van telefoonnummer + [telefoonnummer 4] ‘ [alias 3] ’ geeft te kennen dat ‘ [gebruikersnaam 2] ’ zijn maat is en dat ‘ [gebruikersnaam 2] ’ hem ook regelmatig zal gaan berichten. Hiermee wordt, gezien de context van dit gesprek, bedoeld de gebruiker van telefoonnummer + [telefoonnummer 1] ‘ [gebruikersnaam 2] ’, zijnde [medeverdachte 2] . Verder werd de gebruiker van telefoonnummer + [telefoonnummer 4] ‘ [alias 3] ’ door [medeverdachte 2] ‘ [alias 5] ’ genoemd.
De rechtbank stelt op basis van deze bevindingen, in hun samenhang bezien, vast dat [verdachte] gebruiker is van + [telefoonnummer 4] Signal account ‘ [alias 3] ’.
- De gebruiker telefoonnummer + [telefoonnummer 3] account ‘ [alias 2] ’
In de periode 10 november 2021 tot en met 23 januari 2022 heeft [medeverdachte 2] veel contact met Signal gebruiker + [telefoonnummer 3] ‘ [alias 2] ’. Op 12 november 2021 heeft [medeverdachte 2] een audiobericht naar de gebruiker van het telefoonnummer + [telefoonnummer 3] ‘ [alias 2] ’ gestuurd: “Ik werk, jij slaapt, hele dag lig je te slapen, af te trekken, [naam 2] te neuken, af te trekken, [naam 2] te neuken, mak an!” Uit de politiesystemen is gebleken dat de partner van [verdachte] , [naam 2] heet. Ook werd de gebruiker van telefoonnummer + [telefoonnummer 3] ‘ [alias 2] ’ meerdere malen aangesproken met ‘ [alias 5] ’. Voorts is er bij de doorzoeking van de woning van [verdachte] aan de [adres 1] een Google Pixel 3a telefoon onder [verdachte] in beslag genomen. Het toestel bevat een Signal account met als gebruikersnaam ‘ [alias 2] ’ (owner) met daaraan gekoppeld het telefoonnummer + [telefoonnummer 3] .
De rechtbank stelt op basis van deze bevindingen, in hun samenhang bezien, vast dat [verdachte] gebruiker is van + [telefoonnummer 3] Signal account ‘ [alias 2] ’.
4.1.3.2 Overwegingen van de rechtbank
Omwille van de leesbaarheid zal de rechtbank in deze paragraaf eerst de feiten behandelen die verband houden met de pleegplaats Boekelo (deel van feit 1 en geheel feit 2). Vervolgens komt de mogelijke betrokkenheid bij de ten laste gelegde handel in MDMA en cocaïne (deel van feit 1 en geheel feit 3) aan de orde.
Ten aanzien van de feiten 1 (periode 1 april 2021 tot en met 22 juli 2021) en 2 (22 juli 2021).
De rechtbank zal de feiten 1 en 2 gezamenlijk bespreken. De rechtbank zal bij de bespreking van feit 1 eerst alleen ingaan op de periode van 1 april 2021 tot en met 22 juli 2021 nu dat betrekking heeft op de productie en handel van verdovende middelen in Boekelo.
[verdachte] wordt onder feit 1 verweten dat hij in de periode van 1 april 2021 tot en met 22 juli 2021 al dan niet samen met anderen vanuit een loods gelegen aan [adres 2] metamfetamine, amfetamine en MDMA heeft vervaardigd, bereid, bewerkt en verwerkt.
- De verklaring van [verdachte]
heeft zich bij zijn verhoren door de politie op zijn zwijgrecht beroepen en heeft tijdens de behandeling ter terechtzitting verklaard dat hij niets te maken heeft met het drugslaboratorium in Boekelo.
- Vaststelling van de feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op basis van de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting de volgende feiten en omstandigheden vast.
In een eerder politieonderzoek genaamd Marshall kwam [medeverdachte 1] als verdachte in beeld. Uit tap- en bakengegevens bleek dat [medeverdachte 1] in de periode 25 juni 2020 tot en met 22 juli 2021 veelvuldig in Hengelo kwam, en hij daar zijn auto aan de [adres 7] , nabij het winkelcentrum Hasselo parkeerde. Op 8 juli 2021 werd door het observatieteam gezien dat [medeverdachte 1] zijn auto parkeerde bij het winkelcentrum, waarna hij pizzeria ‘ [restaurant] ’ binnen ging en daar contact had met [verdachte] en [medeverdachte 2] . Vervolgens werd gezien dat [medeverdachte 1] zijn eigen auto op de parkeerplaats liet staan en in een daar geparkeerde Mercedes Vito met kenteken [kenteken 5] stapte en naar het industrieterrein [adres 2] reed. Op 22 juli 2021 reed [medeverdachte 1] opnieuw naar de parkeerplaats bij het winkelcentrum in Hengelo. Door het observatieteam werd gezien dat [medeverdachte 1] weer in de Mercedes Vito stapte en naar [adres 2] reed en daar naar binnen ging. Kort na zijn vertrek in Boekelo is [medeverdachte 1] in Hengelo aangehouden en is zijn telefoon een iPhone in beslaggenomen. In de loods aan [adres 2] werd op 22 juli 2021 een in werking zijnd drugslaboratorium aangetroffen. Het pand aan [adres 2] werd verhuurd sinds 1 april 2021. Door de Landelijke Faciliteit Ontmanteling (LFO) werd onderzoek gedaan. In het drugslaboratorium werden goederen en chemicaliën aangetroffen die gebruikt worden bij de vervaardiging van metamfetamine en de kristallisatie dan wel herkristallisatie van metamfetamine. In het drugslaboratorium werd 30,9 kilogram aan metamfetamine, 22,5 liter d-metamfetamine, 17,5 liter l-metamfetamine en 139,5 liter metamfetamine aangetroffen. Door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) is onderzoek gedaan naar de aangetroffen materialen in het druglaboratorium. In het onderzoeksmateriaal werd metamfetamine en MDMA aangetroffen. Na de aanhouding van [medeverdachte 1] werd de Mercedes Vito, die [medeverdachte 1] geparkeerd had op de parkeerplaats in Hengelo, door verbalisanten geobserveerd. Na enige tijd kwam er een man bij de Mercedes Vito, die het bijrijdersportier opende. De man, naar later bleek [naam 3] , werd aangehouden. Op het moment van aanhouding van [naam 3] reed [medeverdachte 2] langs. [naam 3] verklaarde dat hij op verzoek van [verdachte] de Mercedes Vito moest ophalen en dat een persoon met de naam ‘ [gebruikersnaam 1] ’ naar de Mercedes Vito zou komen lopen Ook verklaarde hij dat [verdachte] en [medeverdachte 2] geen kleine jongens zijn en hij niet over hen wil verklaren uit veiligheidsoverwegingen. De onder [medeverdachte 1] inbeslaggenomen iPhone is onderzocht. In de telefoon is een gesprek aangetroffen tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ met telefoonnummer + [telefoonnummer 7] en ‘ [alias 1] met telefoonnummer + [telefoonnummer 2] . Deze chat is aangevangen op 25 mei 2021 en eindigde op 22 juli 2021. Ook is in de telefoon een groepschat met drie deelnemers aangetroffen. De deelnemers aan dit gesprek waren ‘ [gebruikersnaam 1] ’ met telefoonnummer + [telefoonnummer 7] , ‘ [gebruikersnaam 2] ’ met telefoonnummer + [telefoonnummer 1] en ‘ [alias 1] met telefoonnummer + [telefoonnummer 2] . De groepschat startte op 23 juni 2021 en liep tot 22 juli 2021. De rechtbank heeft reeds hiervoor vastgesteld dat achter de namen ‘ [gebruikersnaam 1] ’, ‘ [gebruikersnaam 2] ’ en ‘ [alias 1] ’ respectievelijk [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [verdachte] schuilgaan.
- Berichten tussen [medeverdachte 1] en [verdachte]
Uit het onderzochte chatgesprek tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [alias 1] ’ in de periode van 25 mei 2021 tot en met 22 juli 2021 bleek dat veelvuldig werd gesproken over de handel en productie van verdovende middelen.
De rechtbank zal hieronder enkele voorbeelden van aangetroffen berichten noemen:
Op 25 mei 2021 stuurt [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) een foto van geproduceerde drugs. [verdachte] (‘ [alias 1] ’) reageert daarop met: ‘Ja maat gooi wat achter de deur hier’, ‘laten we zien’, ‘hebben klanten Leipzig’, ‘krijg rond 13 klanten’ en ‘heb nu met jongens over de prijs’. Later op de dag gaat het gesprek verder. [verdachte] (‘ [alias 1] ’) vraagt ‘[alias 11]’. [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) reageert daarop met: ‘Ik denk dat die 150 wel erin kan’, ‘en dan 2x draaien’, ‘een dagje klaar toch’. [verdachte] (‘ [alias 1] ’) vraagt: ‘Oke, wanneer starten maat’ en ‘alles is rond’. [medeverdachte 1] reageert daarop: “Zodra olie er is’ ‘en mono en plaat’ en ‘dan kom ik met rest van spullen en start ik meteen’. Op 28 mei 2021 stuurt [verdachte] (‘ [alias 1] ’): “Hen 600 mono staan nu”. [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) reageert daarop: “Dat is wel veel, “halen we dat ooit met verkoop of gaan we magazijn aanleggen haha”. [verdachte] (‘ [alias 1] ’) stuurt terug: “Ja jij wil hard werken” Op 1 juni 2021 vraagt [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’): “Hoeveel heb je”. [verdachte] (‘ [alias 1] ’) reageert met: “52 kilo”. [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) stuurt terug: “Oke”, “hoeveel wil je beuren”, “denk beste is als we er pillen van slaan”, “heb hem aan de grote tikker aangeboden”, “kan ik je 15 ice geven ervoor dan laat ik pillen slaan”. [verdachte] (‘ [alias 1] ’) reageert met: “Maat ik wil gewoon cash”, “1600” en “Alle 52”. [medeverdachte 1] stuurt daarop terug: “Eentje bied 1200 en andere vind hem te duur, kan hem wel ruilen kan je wel 16 stukken geven, of we laten er pillen van slaan en doen die weg” en “pillen tikker vraagt 0.05 ct”. [verdachte] (‘ [alias 1] ’) stuurt terug: “Maat marktprijs is 1700”.
- Berichten groepschat
In het onderzochte groepsgesprek tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’, ‘ [gebruikersnaam 2] ’ en ‘ [alias 1] ’ in de periode van 23 juni 2021 tot en met 22 juli 2021 werd veelvuldig gesproken over de handel en productie van verdovende middelen.
De rechtbank zal hieronder enkele voorbeelden van aangetroffen berichten noemen:
Op 23 juni 2021 stuurt [verdachte] (‘ [alias 1] ’): “m’n maat regelt een bus”. [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) stuurt een foto van twee maatbekers met de tekst was 9L. Het gesprek gaat vervolgens verder. [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) zegt: “Ik laat de bus gewoon staan met de sleutel erin he”. [medeverdachte 2] (‘ [gebruikersnaam 2] ’) vraagt dan: “of hij nu al klaar is en wanneer het hard is”. [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) antwoordt: “dat er morgen nog vijf stappen moeten en dan nog vier dagen wachten, zondag komen de eerste pegels eruit”. Op 26 juni 2021 is er een chatgesprek waarbij [medeverdachte 2] (‘ [gebruikersnaam 2] ’) vraagt aan [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’): “Wanneer denk je dat we hun kunnen laten zien wat voor een meesterwerk jij maakt. Dan kan ik een afspraak inplannen”. [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) deelt daarop mee dat het er maandag kan worden uitgehaald en dat [medeverdachte 2] dinsdag wat kan laten zien. Op 1 juli 2021 vraagt [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) of “we vandaag die plaat kunnen regelen”. Verder wordt er door [medeverdachte 2] (‘ [gebruikersnaam 2] ’) gesproken over: “Wij lossen het wel op, dat beloof ik en ik moet ook dingen doen om mijn 60k op te halen. ‘ [alias 5] ’ gaat mee, hij is de schrik van het zuiden geworden”. Op 1 juli 2021 vraagt [verdachte] (‘ [alias 1] ’), of [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’), denkt al bakjes klaar te hebben, want [verdachte] moet er één sturen naar zijn maat. Als hij ze goed keurt hebben we elke week afzet. [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) reageert dat het af is, maar dat het nog wel klein is. [medeverdachte 2] (‘ [gebruikersnaam 2] ’) reageert dat het nu gaat om kwaliteit. Ook wordt in de groepschat gesproken over aceton, tolueen, Zz (zoutzuur) en caustic (soda). Deze stoffen zijn nodig voor de productie van verdovende middelen. Verder wordt in het chatgesprek ook gesproken over een ketel, centrifuges, kussenslopen, maskers, kookplaten, pannen en bakjes. Voorts is er een foto verstuurd door [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) naar [medeverdachte 2] (‘ [gebruikersnaam 2] ’) en [verdachte] (‘ [alias 1] ’) waarop te zien is dat [medeverdachte 1] (‘ [gebruikersnaam 1] ’) zich heeft verbrand aan de caustic.
Onder andere uit voornoemde berichten tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] en de berichten uit de groepschat leidt de rechtbank af dat [medeverdachte 1] is betrokken als kok bij de productie van metamfetamine in een loods aan [adres 2] . De rechtbank leidt voorts uit de chats af dat [verdachte] samen met [medeverdachte 2] [medeverdachte 1] aanstuurde en dat [medeverdachte 2] en [verdachte] grondstoffen, productiemiddelen en vervoer regelden ten behoeve van het productieproces van metamfetamine. Bovendien blijkt uit de berichten dat [verdachte] en [medeverdachte 2] zich bezig hielden met het inplannen van afspraken met derden in verband met de verkoop van de metamfetamine.
- Medeplegen
Ten aanzien van de vraag of [verdachte] als medepleger kan worden aangemerkt overweegt de rechtbank als volgt. Uit de hiervoor genoemde berichten blijkt dat [medeverdachte 1] fungeerde als kok en dat [verdachte] samen met [medeverdachte 2] een aansturende rol had, dat [verdachte] grondstoffen, productiemiddelen en vervoer regelde ten behoeve van het productieproces van metamfetamine en dat hij zich bezig hield met afspraken met derden in verband met de verkoop van daarvan. Door deze handelingen heeft [verdachte] bewust en nauw samengewerkt met de medeverdachten, en heeft hij een intellectuele en materiële bijdrage geleverd aan het opzetten en exploiteren van het drugslaboratorium in Boekelo.
- Het oordeel met betrekking tot feit 1 (periode 1 april 2021 tot en met 22 juli 2021)
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich samen met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] in de periode van 1 april 2021 tot en met 22 juli 2021 schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk vervaardigen, bereiden, bewerken en verwerken van metamfetamine.
Ten aanzien van feit 2
[verdachte] wordt onder 2 verweten dat hij op 22 juli 2021 al dan niet samen met anderen 30,9 kilogram metamfetamine kristallen, 22,5 liter d-(met)amfetamine, 17,5 liter l-amfetamine, 21 kilogram l-amfetamine en 139,5 liter amfetamine (d en l-metamfetamine) opzettelijk aanwezig heeft gehad. De raadsman heeft bepleit dat [verdachte] op 22 juli 2021 niet de beschikkingsmacht heeft gehad over hetgeen in het drugslaboratorium is aangetroffen.
- Oordeel van de rechtbank
In de tenlastelegging is opgenomen dat [verdachte] de voornoemde drugs als medepleger opzettelijk aanwezig heeft gehad. Voor het medeplegen van het opzettelijk aanwezig hebben van verdovende middelen is een ‘gezamenlijke machtsuitoefening’ noodzakelijk. Het accent ligt daarbij op de samenwerking en de bijdrage van de verdachte. De machtsuitoefening dient bovendien van voldoende gewicht te zijn. De rechtbank is van oordeel dat hiervan zonder meer sprake is. Zoals hiervoor reeds is overwogen heeft [verdachte] samen met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] het drugslaboratorium in Boekelo opgezet en geëxploiteerd. Hieruit volgt dat [verdachte] wetenschap heeft gehad van de aanwezigheid van de drugs, en hier – gezamenlijk met zijn medeverdachten – beschikkingsmacht over heeft gehad.
Uit voornoemde chat en groepschat blijkt voorts dat [verdachte] en [medeverdachte 2] – hoewel zij zich niet fysiek in het drugslaboratorium bevonden – telkens de feitelijke macht over de metamfetamine konden uitoefenen. Dit blijkt mede uit berichten van:
-
25 mei 2021 waarin [verdachte] van [medeverdachte 1] foto’s van geproduceerde drugs ontvangt en waarop hij, [verdachte] , [medeverdachte 1] zegt wat langs te komen brengen; en
-
1 juli 2022 waarin [verdachte] aan [medeverdachte 1] vraagt wanneer hij bakjes denkt klaar te hebben, want dan kan [verdachte] er één sturen naar zijn maat (de rechtbank begrijpt: een potentiële koper), en dat als hij ze goedkeurt, ze ( [verdachte] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] ) elke week afzet hebben. [medeverdachte 1] reageert vervolgens dat het af is, maar dat het nog wel klein is. [medeverdachte 2] reageert hierop dat het nu gaat om kwaliteit.
Op basis van bovengenoemde feiten en omstandigheden acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] samen met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] , een hoeveelheid metamfetamine, te weten 30,9 kilogram metamfetamine kristallen en/of 22,5 liter d-metamfetamine en/of 17,5 liter l-metamfetamine en/of 21 kilogram l-metamfetamine en 139,5 liter metamfetamine (d- en l-metamfetamine) in hun machtssfeer hebben gehad.
- Het oordeel met betrekking tot het onder 2 tenlastegelegde
De rechtbank komt daarmee tot een bewezenverklaring van het onder 2 ten laste gelegde.
4.1.3.3 Overwegingen van de rechtbank
Ten aanzien van feit 1 in de periode van 22 juli 2021 tot en met 25 januari 2022
[verdachte] wordt onder 1 mede verweten dat hij in de periode van 22 juli 2021 tot en met 25 januari 2022 al dan niet samen met een ander cocaïne en MDMA heeft verkocht, verstrekt, vervoerd of afgeleverd, dus nadat het drugslaboratorium in Boekelo is ontdekt door de politie en vervolgens is ontmanteld.
- Google Pixel 3a telefoon van [verdachte]
De onder [verdachte] inbeslaggenomen Google Pixel 3a telefoon met nummer + [telefoonnummer 3] en Signal account ‘ [alias 2] ’ is in beslaggenomen en uitgelezen. De chatberichten die zijn verstuurd, zien op de periode 14 september 2021 tot en met 24 januari 2022. De rechtbank zal nu deze chatberichten zien op een gedeelte van de periode (alleen alias ‘ [alias 2] ’), putten uit de onder [medeverdachte 2] in beslag genomen en uitgelezen Google Pixel 4a telefoon met nummer + [telefoonnummer 1] .
- Google Pixel 4a telefoon van [medeverdachte 2]
De bij [medeverdachte 2] in gebruik en in beslaggenomen Google Pixel 4a telefoon met nummer + [telefoonnummer 1] is uitgelezen. Op de telefoon is een privéchat aangetroffen tussen [medeverdachte 2] (‘ [gebruikersnaam 2] ’) en [verdachte] (‘ [alias 2] ’), met daarin ongeveer 4481 berichten. Ook zijn er meerdere groepsgesprekken aangetroffen waarin zowel [medeverdachte 2] (‘ [gebruikersnaam 2] ’), als [verdachte] (‘ [alias 2] ’ en/of ‘ [alias 3] ’) voor kwamen.
Deze chatberichten met voor een groot deel [verdachte] als tegencontact zijn verstuurd in de periode 27 mei 2021 tot en met 24 januari 2022 en zijn vrijwel allemaal gerelateerd aan de productie van en handel in verdovende middelen. Uit de inhoud van deze berichten leidt de rechtbank af dat [verdachte] en [medeverdachte 2] gedurende de hele periode intensief met elkaar samenwerkten in de handel van blokken cocaïne en xtc pillen. Uit meerdere chatgesprekken blijkt dat de kosten samen werden betaald en dat de winst van de handel werd gedeeld met elkaar.
De rechtbank zal hierna enkele voorbeelden noemen waar dit uit blijkt.
Op 25 augustus 2021 heeft ‘ [gebruikersnaam 3] ’, zijnde [medeverdachte 2] een video gestuurd van een blok (mogelijk) cocaïne naar ene ‘ [alias 8] ’. Die vraagt vervolgens is het ‘Peru’
Verder zijn op de Google Pixel 4a telefoon van [medeverdachte 2] druggerelateerde foto’s en video’s aangetroffen. Van een aantal van deze foto’s heeft de politie kunnen herleiden dat deze foto’s zijn gemaakt in de woningen van [medeverdachte 2] en [verdachte] .
- Camerabeelden woning [verdachte]
De beelden van de beveiligingscamera’s aan de voor- en achterzijde van de woning van [verdachte] zijn uitgekeken. Op die camerabeelden is te zien dat op verschillende dagen en tijdstippen in januari 2022 (4 januari 2022, 10 januari 2022, 14 januari 2022 en 20 januari 2022) meerdere onbekende personen in (dure) voertuigen bij de woning van [verdachte] komen voor korte ontmoetingen waarbij tassen / goederen worden overgedragen. Bij de ontmoetingen op 10 januari 2022, 14 januari 2022 en 20 januari 2022 is [medeverdachte 2] ook aanwezig.
- Camerabeelden 10 januari 2022
Op de camerabeelden is te zien dat op 10 januari 2022 om 13:05:48 uur [verdachte] komt aanrijden in een auto en deze voor zijn woning in een parkeerhaven parkeert. [verdachte] draagt een gele plastic tas met een afbeelding van een ‘smiley’ erop en een rood tasje in zijn rechterhand en loopt de woning in. Om 13:19:28 uur komt een witte Mercedes aanrijden en de bestuurder en de bijrijder stappen uit en lopen de woning van [verdachte] in. Om 14:07:59 uur arriveert [medeverdachte 2] bij de woning van [verdachte] en gaat de woning binnen. Om 14.38:53 uur verlaat [medeverdachte 2] de woning en draagt een gele plastic tas met de afbeelding van een ‘smiley’ in zijn rechterhand. Om 14:40:19 uur komt er een grijze Renault Clio aanrijden. De bestuurder parkeert het voertuig in een parkeerhaven aan de overkant van de straat en stapt niet uit. Om 14:42:40 uur verschijnt [medeverdachte 2] in beeld. Hij draagt een gele plastic tas met de afbeelding van een ‘smiley’. Gezien de vorm van de tas, is het aannemelijk dat deze inhoud bevat. [medeverdachte 2] loopt naar de grijze Renault, opent het bijrijdersportier en stapt in het voertuig. Enkele seconden later stapt [medeverdachte 2] uit het voertuig met enkel een witte tas en loopt richting de woning van [verdachte] , hij klopt op de voordeur van de woning en wordt binnengelaten. Om 14:46:22 uur verlaten de man en de vrouw die met de witte Mercedes zijn gekomen de woning. Te zien is dat de man in zijn linkerhand een witte tas draagt. Deze witte tas is dezelfde als waarmee [medeverdachte 2] een paar minuten hiervoor de woning in is gelopen.
- Groepschat Google Pixel 4a telefoon [medeverdachte 2]
Op de Google Pixel 4a telefoon werd een groepschat aangetroffen in de periode 7 januari 2022 tot en met 23 januari 2022. Aan deze groepschat namen deel ‘ [gebruikersnaam 5] ’ met daaraan gekoppeld de gebruikersnaam van [medeverdachte 2] (‘ [gebruikersnaam 2] ’) en [verdachte] (‘ [alias 2] ’), samen met twee onbekend gebleven personen, met accountnamen ‘ [gebruikersnaam 6] ’, met daaraan gekoppeld het telefoonnummer + [telefoonnummer 8] en ‘ [gebruikersnaam 7] ’, met daaraan gekoppeld het telefoonnummer + [telefoonnummer 9] . Op 8 januari 2022 om 16 :27 uur stuurt ‘ [gebruikersnaam 6] ’: “Heb nog 4 waarvan 2 van jou gereserveerd voor je zijn”. Op 9 januari 2022 om 18:51 uur vraagt [verdachte] (‘ [alias 2] ’): “Kan je chauff sturen betaal ik 20k van die van gisteren + 27 van morgen”. ‘ [gebruikersnaam 6] ’ laat op 10 januari 2022 om 13:33 uur weten dat de chauffeur nu weg rijdt en vraagt wat het adres is. [verdachte] (‘ [alias 2] ’) stuurt: “Zelfde als zaterdag”. Waarop ‘ [gebruikersnaam 6] ’ stuurt: “ [adres 4] ”. ‘ [gebruikersnaam 7] ’ stuurt op 10 januari 2022 om 14:40 uur dat hij er is en dat hij naast een witte Mercedes geparkeerd staat (14:41 uur). De rechtbank stelt op basis van de camerabeelden vast dat ‘ [gebruikersnaam 7] ’ de bestuurder is van de grijze Renault Clio. ‘ [gebruikersnaam 5] ’, zijnde [medeverdachte 2] stuurt dat hij er aan komt.
De rechtbank leidt uit deze bevindingen, in combinatie met de camerabeelden, af dat [medeverdachte 2] een geldbedrag van € 47.000,-, dat in de gele plastic tas zat, aan de bestuurder van de Renault Clio heeft overhandigd in ruil voor cocaïne, die werd geleverd in een witte tas door de bestuurder van de Renault Clio.
- Samsung S21 telefoon van [medeverdachte 2]
Op de Samsung S21, in beslag genomen onder en in gebruik bij [medeverdachte 2] , zijn meerdere foto’s aangetroffen van hoeveelheden verdovende middelen. Op een van deze foto’s is een opengesneden blok met witte inhoud te zien, verpakt in bruine tape, met daaronder een rode Kruidvat tas. Van deze foto is vastgesteld dat deze is gemaakt op 20 januari 2022 om 11.54 uur in de woning van [verdachte] .
- Camerabeelden 20 januari 2022
Op de camerabeelden is te zien dat [medeverdachte 2] op 20 januari 2022 om 10:55 uur de woning van [verdachte] binnen gaat. Om 12:19 uur arriveert een Renault bij de woning, maar er stapt niemand uit. Om 12:33 uur verlaten [verdachte] , [medeverdachte 2] en een onbekend gebleven persoon (‘NNM2’) de woning aan de [adres 1] . De rechtbank stelt op grond hiervan vast dat [medeverdachte 2] op het moment dat hij de foto van een blok cocaïne maakte ook daadwerkelijk in de woning van [verdachte] aanwezig was. Vervolgens loopt [verdachte] met de rode Kruidvat tas naar de overkant van de straat, waar de grijze Renault geparkeerd staat. Te zien is dat het linker achterportier van de Renault open gaat en dat [verdachte] de tas aan een inzittende van de Renault overhandigt. [verdachte] loopt weg en verdwijnt vervolgens uit beeld.
De rechtbank stelt op basis van deze bevindingen, in combinatie met de camerabeelden, in hun samenhang bezien, vast dat sprake was van een transactie met betrekking tot een blok cocaïne.
- Medeplegen
De rechtbank is van oordeel dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen [verdachte] en [medeverdachte 2] die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering.
- Het oordeel met betrekking tot feit 1 (periode van 22 juli 2021 tot en met 25 januari 2022)
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich samen met [medeverdachte 2] in de periode van 22 juli 2021 tot en met 25 januari 2022 schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk verkopen, verstrekken, vervoeren en afleveren van cocaïne en MDMA.
Ten aanzien van feit 3
[verdachte] wordt onder 3 verweten dat hij in de periode van 24 januari 2022 tot en met 25 januari 2022 al dan niet samen met anderen 14,87 kilogram cocaïne en 6 kilogram (10.084 xtc pillen) MDMA opzettelijk aanwezig heeft gehad. De raadsman heeft bepleit dat wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard dat [verdachte] als pleger opzettelijk 14,87 kilogram cocaïne en 6 kilogram (10.084 xtc pillen) MDMA aanwezig heeft gehad.
- Verklaring [verdachte]
heeft ter terechtzitting verklaard dat hij de op 25 januari 2022 aangetroffen cocaïne en XTC pillen in de Audi A3 in bewaring had voor een ander. Hij had de cocaïne en XTC pillen in zijn bezit. [verdachte] wil niet verklaren van wie de aangetroffen cocaïne en XTC pillen zijn.
- Oordeel van de rechtbank
Weliswaar heeft de raadsman aangevoerd dat [verdachte] als pleger dient te worden aangemerkt, maar [verdachte] heeft ter zitting verklaard dat hij de cocaïne bewaarde voor een ander. De rechtbank is van oordeel dat daarmee sprake is van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen [verdachte] en die ander.
- Het oordeel met betrekking tot feit 3
Gelet op de bekennende verklaring van [verdachte] en dat door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin Sv acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich samen met een ander schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk aanwezig hebben van 14,87 kilogram cocaïne en 6 kilogram (10.084 xtc pillen) MDMA. De rechtbank zal in de bijlage volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
4.4 Feit 4
4.4.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie komt tot een bewezenverklaring van het onder 4 primair tenlastegelegde.
4.4.2 Het standpunt van de raadsman
De raadsman heeft voor het onder 4 ten laste gelegde vrijspraak bepleit. Dat het geld en/of de auto’s onmiddellijk en/of middellijk afkomstig waren uit enig misdrijf blijkt niet uit de bewijsmiddelen, laat staan dat [verdachte] dit wist of redelijkerwijs moest vermoeden. Ditzelfde geldt voor de subsidiair ten laste gelegde variant met betrekking tot eigen misdrijf. [verdachte] heeft een concrete, verifieerbare en op voorhand niet hoogst onwaarschijnlijke verklaring afgelegd met betrekking tot de legale herkomst.
4.4.3 Het oordeel van de rechtbank
4.4.3.1 De redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op basis van de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting de volgende feiten en omstandigheden vast.
Op 25 januari 2022 is [verdachte] aangehouden voor het bezit van en handel in verdovende middelen. De woning waarin hij verbleef aan de [adres 1] werd doorzocht. Hierbij werd in een hoge witte kast in de woonkamer een geldbedrag van € 6.900,--, in een nachtkastje op de slaapkamer van [verdachte] een bedrag van € 850,-- en op een plank boven het bed in de kinderkamer werd een bedrag van € 1.600,-- aangetroffen. [verdachte] heeft ter terechtzitting verklaard dat het aangetroffen geld van hem is. Voorts zijn op 25 januari 2022 een Audi A3 met kenteken [kenteken 1] en een Volkswagen Passat met kenteken [kenteken 6] in beslag genomen. [verdachte] heeft ter terechtzitting verklaard dat de inbeslaggenomen auto’s van hem (en zijn vrouw) zijn.
4.4.3.2 Vermoeden van witwassen
De rechtbank heeft hiervoor vastgesteld dat [verdachte] zich gedurende een langere periode heeft bezig gehouden met de productie van en handel in harddrugs en dat onder hem harddrugs zijn aangetroffen. [verdachte] heeft bij zijn verhoren door de politie geen verklaring afgelegd over de herkomst van de personenauto’s en de in de woning aangetroffen geldbedragen. De rechtbank leidt hieruit af dat [verdachte] met deze handelingen grote sommen contant geld buiten het zicht van de opsporingsdiensten wilde houden. Deze handelingen duiden op een illegale herkomst van de personenauto’s en het geld. De hiervoor opgesomde feiten en omstandigheden rechtvaardigen naar het oordeel van de rechtbank zonder meer een vermoeden dat de voorwerpen in de tenlastelegging uit enig misdrijf afkomstig zijn, wat betekent dat van de verdachte mag worden verlangd dat hij een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft dat deze niet van misdrijf afkomstig zijn. 4.4.3.3 De verklaring van [verdachte]
heeft eerst ter terechtzitting verklaard dat de inbeslaggenomen Volkswagen Passat met kenteken [kenteken 6] is geleased. De Audi A3 is door de vrouw van [verdachte] aangeschaft op 24 januari 2022, zij heeft een Volkswagen Tiguan ingeruild en het restant ter hoogte van € 6.000,-- zou op 7 februari 2022 moeten zijn voldaan. De raadsman heeft ter onderbouwing een factuur overgelegd. Het aangetroffen geldbedrag van € 6.900,-- heeft, zo verklaart [verdachte] , een legale herkomst en betreft het kasgeld van de zonnestudio op 24 januari 2022. De raadsman heeft ter onderbouwing een aangifte inkomstenbelasting uit 2021 overlegd. Ook het aangetroffen bedrag van € 850,-- heeft een legale herkomst. De aangetroffen € 1.600,-- betreft spaargeld van de kinderen.
4.4.3.4 De overwegingen van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat het vermoeden van witwassen niet door de verklaring van [verdachte] wordt weerlegd. Daartoe overweegt de rechtbank als volgt.
De verklaring van [verdachte] ten aanzien van het aangetroffen geldbedrag ter hoogte van € 6.900,-- is niet aan te merken als een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring dat het voorwerp niet van misdrijf afkomstig is. Zo is volstrekt onduidelijk gebleven waar het kasgeld uit de zonnestudio uit bestaat, door wie wat is betaald en over welke periode dit bedrag is betaald. De aangifte inkomstenbelasting uit 2021 die, eerst ter zitting, door de raadsman ter onderbouwing is overgelegd – zij het zonder enige nadere onderbouwing of duiding – kan de herkomst van het aangetroffen geldbedrag niet verklaren. Het gaat hier bovendien om een zelf ingevulde aangifte en niet om een definitieve vaststelling van de belastingaanslag. Ten aanzien van de aangetroffen geldbedragen van € 850,-- en € 1.600,-- heeft [verdachte] überhaupt geen concrete en verifieerbare verklaring gegeven.
De ter terechtzitting afgelegde verklaring van [verdachte] dat hij de Volkswagen Passat heeft geleased en de Audi A3 heeft gekocht een dag voor de inbeslagname is naar het oordeel van de rechtbank evenmin een concrete en verifieerbare verklaring voor de herkomst van het geld. De factuur van de aanschaf van de Audi A3 die, ter zitting, door de raadsman ter onderbouwing is overgelegd kan de legale herkomst van de personenauto niet verklaren.
Bij deze stand van zaken concludeert de rechtbank dat een criminele herkomst van de geldbedragen en de personenauto’s de enige aanvaardbare verklaring is, nu het witwasvermoeden niet door [verdachte] is weerlegd. Onder bovenvermelde omstandigheden kan het niet anders zijn dan dat [verdachte] ook wist dat de geldbedragen van misdrijf afkomstig waren. De rechtbank acht in het licht van het voorgaande bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen.
Voornoemde feiten en omstandigheden, in samenhang met de overige bevindingen uit het dossier over verdachtes betrokkenheid bij de handel in harddrugs, rechtvaardigen naar het oordeel van de rechtbank een vermoeden van witwassen van opbrengsten uit eigen misdrijf, te weten de handel in verdovende middelen.
4.4.3.5 Conclusie
De rechtbank acht op grond van het voorgaande wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft begaan.
De rechtbank verklaart het primair ten laste gelegde bewezen, maar de rechtbank zal verdachte ten aanzien van de geldbedragen ter hoogte van € 9.350,-- ontslaan van alle rechtsvervolging. De motivering daarvoor is te lezen in hoofdstuk 5 onder de strafbaarheid van het bewezenverklaarde. Het gevolg is dat geen veroordeling van verdachte volgt voor het primair ten laste gelegde ten aanzien van het geldbedrag van € 9.350,--.
De rechtbank overweegt dat nu voor het primaire gedeelte van de expliciet primair/subsidiaire tenlastelegging ten aanzien van de geldbedragen ter hoogte van € 9.350,-- geen veroordeling volgt, de rechtbank toekomt aan het subsidiair ten laste gelegde ‘eenvoudig witwassen’.
4.5 De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
hij in de periode van 1 april 2021 tot en met 25 januari 2022 onder meer in/vanuit een loods, gelegen aan [adres 2] , in de gemeente Enschede en/of te Hengelo, in de gemeente Hengelo, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, opzettelijk heeft vervaardigd en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of verstrekt en/of vervoerd en/of afgeleverd (een) hoeveelhe(i)d(en) metamfetamine en/of amfetamine en/of MDMA en/of cocaïne, zijnde metamfetamine en/of amfetamine en/of MDMA en/of cocaïne middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
hij op 22 juli 2021 in een loods, gelegen aan [adres 2] , in de gemeente Enschede, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad een hoeveelheid metamfetamine, te weten 30,9 kilogram metamfetamine kristallen en/of 22,5 liter d-metamfetamine en/of 17,5 liter l-metamfetamine en/of 21 kilogram l-metamfetamine en/of 139,5 liter metamfetamine (d en l metamfetamine), zijnde metamfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
hij in de periode van 24 januari 2022 tot en met 25 januari 2022 te Hengelo, in de gemeente Hengelo (O), tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk heeft vervoerd en aanwezig heeft gehad 14,87 kilogram cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en 6 kilogram (10.084 xtc pillen) MDMA, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA, zijnde cocaïne en/of MDMA middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1;
hij in de periode van 1 april 2021 tot en met 25 januari 2022 in Nederland, voorwerpen, te weten geld (9350,- euro) voorhanden heeft gehad en van personenauto's (Audi A3 v.v.k. [kenteken 1] en VW Passat v.v.k. [kenteken 6] gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist dat dat geld en die personenauto’s geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk en/of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf;
en
hij in de periode van 1 april 2021 tot en met 25 januari 2022 te Hengelo, in de gemeente Hengelo (O), voorwerp(en), te weten geld 9350,- euro voorhanden heeft gehad, terwijl hij, verdachte, wist dat dat geld onmiddellijk afkomstig was uit enig eigen misdrijf.
5 De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.1 Feiten 1, 2 en 3
Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht (Sr) en in de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1 het misdrijf: medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 2 het misdrijf: medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 3 de eendaadse samenloop van de misdrijven: medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod en medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
5.2 Feit 4
De rechtbank heeft hiervoor geoordeeld dat het aangetroffen geld afkomstig is uit een door verdachte zelf begaan misdrijf en primair bewezen verklaard dat verdachte dat geld heeft witgewassen door het voorhanden te hebben gehad. De rechtbank heeft niet kunnen vaststellen dat verdachte een of meer handelingen heeft verricht die gericht zijn geweest op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van dat geld. Dit betekent dat ten aanzien van de geldbedragen het primair bewezenverklaarde niet kan worden gekwalificeerd als witwassen en daarom voor het geldbedrag geen strafbaar feit oplevert. Verdachte dient derhalve ten aanzien van dat feit voor zover dat ziet op de geldbedragen te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Dit maakt dat de rechtbank voor het geldbedrag toekomt aan de beoordeling van het subsidiair ten laste gelegde en bewezen verklaarde feit, te weten het voorhanden hebben van uit eigen misdrijf verkregen geld. Dit feit is strafbaar gesteld in artikel 420bis.1 Sr. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van deze feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
primair het misdrijf: witwassen;
subsidiair het misdrijf: eenvoudig witwassen.
6 De strafbaarheid van verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.
7 De op te leggen straf of maatregel
7.1 De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor het onder 1, 2, 3, 4 primair ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van tien jaren, met aftrek van de tijd die hij in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht en een geldboete van € 60.000,--.
7.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat mocht de rechtbank tot een veroordeling komen een lagere gevangenisstraf dan door de officier van justitie is gevorderd een passende straf is.
7.3 De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Aard en ernst van de feiten
Verdachte heeft zich samen met anderen gedurende een langere periode bezig gehouden met grootschalige productie van en (groot)handel in metamfetamine, MDMA en cocaïne. Dit zijn harddrugs die zeer verslavend werken en schadelijk zijn voor de gezondheid. De handel in drugs gaat bovendien vaak gepaard met zeer gewelddadige criminaliteit. Desondanks dreven verdachte en zijn medeverdachte, die zich kennelijk onaantastbaar waanden, hun handel in grote hoeveelheden cocaïne en MDMA vanuit de woning van verdachte, waar notabene zeer jonge kinderen wonen. Deze kinderen werden daarmee op hele jonge leeftijd en in eigen huis al geconfronteerd met verdovende middelen en het criminele milieu.
Verdachte heeft daarnaast samen met anderen een organiserende en faciliterende rol gehad bij een drugslaboratorium, gericht op de grootschalige vervaardiging van metamfetamine. Toen het drugslaboratorium werd ontdekt, bleek dat metamfetamine daar in grote hoeveelheden aanwezig was. De productie van synthetische drugs heeft, naast gezondheidsschade voor de gebruikers van de eindproducten, bovendien als bijgevolg schade aan de natuur, veroorzaakt door illegale dumpingen van chemisch afval. Met zijn handelen heeft verdachte op verschillende manieren een aanzienlijke rol gehad in de keten van de drugshandel, met alle schadelijke gevolgen van dien. Verdachte heeft zich van de schadelijke gevolgen van de handel en productie van drugs echter niets aangetrokken. Hij is samen met zijn medeverdachte – ook nadat het drugslaboratorium werd ontdekt – volop doorgegaan met de handel in harddrugs, en uit de aan verdachte toe te schrijven chatberichten en de aangetroffen hoeveelheden harddrugs bij verdachte, blijkt dat hij dit deed op grote schaal. Hieruit blijkt ook dat verdachte zich enkel heeft laten leiden door zijn eigen financieel gewin, en niet heeft stilgestaan bij de gevaren van de productie en de handel in drugs. De rechtbank rekent dit alles verdachte zwaar aan.
Voorts heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het witwassen van een geldbedrag van € 9.350,-- en twee personenauto's. Witwassen vormt een ernstige bedreiging voor het legale handelsverkeer en tast de integriteit van het financiële en economische verkeer aan. Witwassen draagt bij aan de instandhouding van crimineel gedrag.
Persoon van verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op het uittreksel Justitiële Documentatie van 21 mei 2025 waaruit blijkt dat verdachte in het verleden voor Opiumwet delicten is veroordeeld. Artikel 63 Sr is van toepassing gelet op het arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 12 juli 2024, waarbij aan verdachte een taakstraf voor de duur van 35 uren is opgelegd.
De rechtbank heeft ook acht geslagen op het reclasseringsadvies van 29 januari 2025 waaruit de persoonlijke omstandigheden van verdachte blijken. Door de ontkennende houding van verdachte heeft de reclassering geen verbanden kunnen leggen tussen de persoon, zijn omstandigheden en het delict. De reclassering heeft echter wel aanwijzingen die doen vermoeden dat verdachte zich deels begeeft in een negatief sociaal netwerk. De reclassering kan het recidiverisico niet inschatten. Vanwege de proceshouding van verdachte en het gegeven dat de reclassering geen zicht heeft op factoren die als risico’s worden aangemerkt, adviseert de reclassering een straf zonder bijzondere voorwaarden.
Strafoplegging
De rechtbank is van oordeel dat gelet op de ernst van de feiten niet kan worden volstaan met een andere sanctie dan een gevangenisstraf van aanzienlijk duur. De rechtbank houdt bij de strafoplegging rekening met de duur van de pleegperiode, de grote hoeveelheden verdovende middelen waarin werd gehandeld, de productiecapaciteit van het drugslab, de ongegeneerde wijze waarop verdachte vanuit een gezinswoning met zijn compaan zijn groothandel in drugs dreef en de aansturende rol die hij in het geheel heeft gehad. Alles afwegende, acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van acht jaar passend en geboden, met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
De rechtbank zal daarnaast een geldboete aan verdachte opleggen. De rechtbank zal hierbij rekening houden met de overschrijding van de redelijke termijn. De rechtbank is van oordeel dat hiervan sprake is, omdat het – buiten toedoen van verdachte – meer dan twee jaren heeft geduurd voordat de zaak inhoudelijk is afgedaan. De rechtbank zal daarom in plaats van een geldboete van € 60.000,-- een geldboete van € 55.000,-- opleggen. De rechtbank ziet reden om verdachte in zijn vermogen te treffen enkel al om de reden dat de door hem gepleegde stafbare feiten voortkomen uit louter winstbejag. Het is algemeen bekend dat met de drugshandel grote geldbedragen worden verdiend. Dat valt ook terug te lezen in de chats in het dossier. Deze strafmodaliteit raakt direct de beurs van verdachte.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 Sv.
7.4 De voorlopige hechtenis van verdachte
Op 9 februari 2022 heeft de rechtbank de gevangenhouding van verdachte bevolen. Ter terechtzitting van 29 september 2022 is de voorlopige hechtenis van verdachte met ingang van 5 oktober 2022 geschorst tot aan de nog nader te bepalen regiezitting. Op de openbare regiezitting op 20 juni 2023 is verdachte opnieuw geschorst met ingang van 20 juni 2023 tot de dag en het tijdstip waarop de nog nader te bepalen inhoudelijke behandeling zal plaatsvinden. De inhoudelijke behandeling van de strafzaak is aangevangen op 18 februari 2025. Op dat moment herleefde aldus het bevel tot voorlopige hechtenis. Verdachte is niet bij de inhoudelijke behandeling verschenen omdat hij nog in Turkije verbleef. De raadsman was wel aanwezig maar niet gemachtigd om namens verdachte het woord ter verdediging te voeren. Op 26 februari 2025 is ter zitting van de rechtbank in raadkamer een hernieuwd verzoek gedaan tot schorsing van de voorlopige hechtenis. Verdachte was niet bij de behandeling van het verzoek aanwezig. Verdachte zou volgens zijn raadsman nog in Turkije verblijven en zou niet in staat zijn om bij de behandeling aanwezig te zijn. De raadkamer heeft het verzoek tot hernieuwde schorsing van het bevel tot voorlopige hechtenis afgewezen. Op 5 maart 2025 is ter zitting van de rechtbank in raadkamer een hernieuwd verzoek gedaan tot opheffing dan wel schorsing van de voorlopige hechtenis. Verdachte was opnieuw niet bij de behandeling van het verzoek aanwezig. De raadkamer heeft het verzoek tot opheffing van en schorsing van het bevel tot voorlopige hechtenis afgewezen. Op 2 april 2025 heeft het hoger beroep gediend bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden houdende de afwijzing van het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis van verdachte. Het gerechtshof heeft de beschikking van de rechtbank bevestigd. Verdachte is vervolgens internationaal gesignaleerd en is na enige tijd in Turkije aangehouden en uitgeleverd aan Nederland. Op 6 juni 2025 heeft verdachte afstand gedaan ter terechtzitting te verschijnen. Op 26 juni 2025 heeft de inhoudelijke behandeling plaatsgevonden.
De rechtbank zal de voorlopige hechtenis van verdachte laten voortduren en overweegt daartoe het volgende.
De voorlopige hechtenis van verdachte berust op de volgende gronden:
-
Er moet ernstig rekening mee worden gehouden dat de verdachte een misdrijf zal begaan waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van zes jaren of meer is gesteld.
-
Er moet ernstig rekening mee worden gehouden dat de verdachte een misdrijf zal begaan waardoor de gezondheid of veiligheid van personen in gevaar kan worden gebracht.
De rechtbank veroordeelt verdachte tot een lange onvoorwaardelijke gevangenisstraf van acht jaren, wegens het – samen met (een) ander(en) – langdurig en op grote schaal fabriceren van en handelen in harddrugs en het witwassen van grote sommen geld. Uit de bewezenverklaarde feiten blijkt dat verdachte na de ontmanteling van het drugslab in Boekelo op 22 juli 2021 gewoon is doorgegaan met de handel in verdovende middelen. Verdachte is niet verschenen bij de inhoudelijke behandeling van zijn zaak op 18 februari 2025, het moment waarop de voorlopige hechtenis herleefde en heeft zich onttrokken aan de herleefde voorlopige hechtenis. Pas na internationale signalering en uitlevering aan Nederland herleefde de voorlopige hechtenis van verdachte. Hieruit leidt de rechtbank af dat verdachte zich weinig of niets gelegen laat liggen aan het ingrijpen van politie en justitie. Dat maakt dat naar het oordeel van de rechtbank de belangen van strafvordering prevaleren boven het belang van verdachte om de tenuitvoerlegging van de opgelegde straf (na het onherroepelijk worden van die straf) of de berechting in hoger beroep in vrijheid te mogen afwachten.
7.5 De inbeslaggenomen voorwerpen
7.5.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft het standpunt ingenomen dat de in beslag genomen geldbedragen en de twee personenauto's (Audi A3 met kenteken [kenteken 1] en VW Passat met kenteken [kenteken 6] ) verbeurd dienen te worden verklaard.
7.5.2 Het standpunt van de officier van justitie
De raadsman heeft ten aanzien van het beslag geen opmerkingen gemaakt.
7.5.3 Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft geconstateerd dat volgens de beslaglijst er nog conservatoir beslag ligt op de onder 1, 2 en 3 genoemde geldbedragen en op de onder 4 en 5 genoemde personenauto’s. Conservatoir beslag staat niet aan verbeurdverklaring in de weg (vgl. ECLI:NL:HR:2015:3689). De rechtbank is van oordeel dat genoemde voorwerpen vatbaar zijn voor verbeurdverklaring, aangezien het voorwerpen betreft, met betrekking tot welke het ten laste gelegde is begaan of die geheel of grotendeels door middel van dit strafbare feit zijn verkregen. De voorwerpen zullen daarom verbeurd verklaard worden. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de draagkracht van verdachte, waarbij de rechtbank opmerkt dat door de verdediging geen draagkrachtverweer is gevoerd en ook overigens niet is gebleken dat de financiële draagkracht van verdachte ontoereikend is. De rechtbank is van oordeel dat de onder 6 en 7 inbeslaggenomen telefoontoestellen moeten worden verbeurdverklaard, omdat het voorwerpen betreffen met betrekking tot welke de feiten zijn begaan.
8 De toegepaste wettelijke voorschriften
De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 23, 24c, 33, 33a en 57 Sr.
De rechtbank:
bewezenverklaring
-
verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2, 3 en 4 primair en subsidiair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
-
verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
-
verklaart dat het onder 4 primair bewezen verklaarde, zoals hierboven omschreven, geen strafbaar feit oplevert en ontslaat verdachte ten aanzien van de geldbedragen van alle rechtsvervolging;
-
verklaart het overige bewezen verklaarde strafbaar;
-
verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 het misdrijf: medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 2 het misdrijf: medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 3 de eendaadse samenloop van de misdrijven: medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod en medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 4 primair het misdrijf: witwassen;
feit 4 subsidiair het misdrijf: eenvoudig witwassen;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1, 2, 3 en 4 primair en subsidiair bewezen verklaarde;
straf
-
veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 (acht) jaren;
-
bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
hechtenis zal worden toegepast van 301 dagen.
de in beslag genomen voorwerpen
- verklaart verbeurd de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen die staan vermeld op het aan dit vonnis gehechte beslagoverzicht waarop beslag rust.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.K. Huisman , voorzitter, mr. M.S. de Waard en mr. R.G.J. Gehring, rechters, in tegenwoordigheid van M.M. Diepenmaat, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 4 september 2025.
Mr. Huisman is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer Schol21 / ON2R021085 (zaaksdossier 1, 2 en 3) of pagina’s uit het dossier van politie eenheid Helmond met nummer Marshall / OB3R020304. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Feiten 1 en 2
De verklaring van verdachte [verdachte] ter terechtzitting van 26 juni 2025, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Mijn telefoonnummer is + [telefoonnummer 5] . Ik gebruikte dit telefoonnummer ook in de tenlastegelegde periode. Ik ben in oktober 2021 met mijn vrouw en kinderen naar Turkije geweest. Zij hebben geen Google Pixel telefoon.
Feiten 1 en 2
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 1] van 9 juli 2021, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 53 – 59, zaaksdossier 1):
Door het Observatieteam Noord-Nederland werd op donderdag 8 juli 2021 tussen 14.00 uur en 23.00 uur dienst gedraaid. Door het observatieteam werd gezien dat verdachte [medeverdachte 1] naar Hengelo reed en de Volvo parkeerde op het parkeerterrein aan de [adres 7] , nabij het aldaar gelegen winkelcentrum. Door het observatieteam werd gezien dat verdachte [medeverdachte 1] pizzeria [restaurant] , gelegen in het winkelcentrum, binnen ging en daar uiteindelijk contact maakte met twee mannen: NN1 een man met een groen shirt. NN2 een man met een zwart shirt. Door het observatieteam werd gezien dat NN1 en NN2 de pizzeria verlieten en met verdachte [medeverdachte 1] , onder de overkapping van de pizzeria, met elkaar in gesprek gingen. Daarna stapte NN1 in een Audi met kenteken [kenteken 2] en NN2 stapte in een Volvo met kenteken [kenteken 3] . Door ons, verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , werden de Audi met kenteken [kenteken 2] en de Volvo met kenteken [kenteken 3] , middels het politiesysteem nader bekeken. Wij zagen dat er in het politiesysteem dat het voertuig was teruggeven aan de eigenaar: [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedatum 3] -1990. De meest recente foto van [medeverdachte 2] , in het politiesysteem, dateert van 4 mei 2021: [afbeelding]
Wij zagen dat de Volvo een grijskleurige Volvo V70 betrof en dat deze sinds 03-12-2020 op naam staat van [naam 2] , geboren op [geboortedatum 4] 1991 en woonachtig aan de [adres 1] . Hierop werd door ons het adres [adres 1] nader bekeken. Wij zagen dat er op het adres vier personen stonden ingeschreven, waaronder: [verdachte] , geboren [geboortedatum 1] 1990 in [geboorteplaats 1] . De meest recente foto van [verdachte] , in het politiesysteem, dateert van 24 februari 2020. Dit betreft een foto van zijn rijbewijs.
[afbeelding]
Voordat verdachte [medeverdachte 1] met NN1 en NN2 de pizzeria verlieten, zag het observatieteam kans om een foto te maken van het drietal:
[afbeelding]
Daarbij verklaren wij, verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , dat de twee mannen op de foto die door het observatieteam NN1 en NN2 werden genoemd, een zeer grote gelijkenis tonen met de hierboven omschreven [medeverdachte 2] , de bestuurder van de Volvo V70 en [verdachte] , de bestuurder van de Audi A4. Het verschil maakt dat de man op de foto een bril draagt en [medeverdachte 2] op de politiefoto niet.
Door het observatieteam werd gezien dat, nadat NN1, gelijkenis en aannemelijk [medeverdachte 2] , en NN2, gelijkenis en aannemelijk [verdachte] , vertrokken in hun auto's, dat ook verdachte [medeverdachte 1] de pizzeria verliet. Verdachte [medeverdachte 1] stapte echter niet zijn Volvo XC60 met kenteken [kenteken 4] , maar in een witkleurige Mercedes Vito bus, voorzien van het kenteken [kenteken 5] . Volgens de informatie van het observatieteams stond deze Vito al op het parkeerterrein nabij de pizzeria, voordat verdachte [medeverdachte 1] met zijn Volvo ter plaatse kwam.
Door het observatieteam werd gezien dat verdachte [medeverdachte 1] aan de bestuurderszijde van de Vito bus instapte en wegreed in de richting van Enschede. De Vito reed door naar het industrieterrein [adres 2] . Het observatieteam zag dat de witte Mercedes Vito bus, met kenteken [kenteken 5] , stil ging staan, op de openbare weg, voor perceelnummer [adres 2] . [adres 2] .
Het proces-verbaal van observatie donderdag 22 juli 2021 van verbalisanten [verbalisant 3] , [verbalisant 4] , [verbalisant 5] , [verbalisant 6] , [verbalisant 7] , [verbalisant 8] , [verbalisant 9] en [verbalisant 10] , van 26 juli 2021, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 70 – 74, zaaksdossier 1)
Wij hebben, op 22 juli 2021 geobserveerd en daarbij de volgende waarnemingen, bevindingen gedaan en/of handelingen verricht:
Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 2] van 30 augustus 2021, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 60 - 64, zaaksdossier 1):
Op 22 juli 2021 werd er in Boekelo, op het adres [adres 2] , een synthetisch drugslaboratorium ontdekt en ontmanteld. Bij deze politieactie werd verdachte [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedatum 5] 1989 te [geboorteplaats 2] , op heterdaad aangehouden. Onder verdachte [medeverdachte 1] werden een drietal mobiele telefoons in beslag genomen. Een van de in beslag genomen telefoons betrof een Apple iPhone SE. Nader onderzoek wees uit dat het gekoppelde telefoonnummer aan deze telefoon betrof: + [telefoonnummer 7] .
Ik zag dat er in deze telefoon een groepsapp stond tussen de gebruikers: [gebruikersnaam 1] (owner)
- [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2]
- [telefoonnummer 2] [alias 1]
Verdachte [medeverdachte 1] kon geïdentificeerd worden als de persoon die zich" [gebruikersnaam 1] " noemt. Ik zag dat er op 8 juli 2021 tussen ongeveer 12.58 uur en 16 .42 uur, het onderstaande gesprek plaats vond:
[afbeelding]
Uit dit bovenstaande gesprek kan afgeleid worden dat de drie personen elkaar op 8 juli 2021 om 17.00 uur gaan treffen bij een shoarmazaak.
Deze mannen konden geïdentificeerd worden als
[afbeelding]
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 11] van 21 januari 2022, met als bijlage, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 234 -235, zaaksdossier 1)
[afbeelding] [afbeelding]
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 12] , van 17 januari 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 359 en 363, zaaksdossier 1):
De centrale vraag betreft: "Is het nummer van [alias 1] (* [telefoonnummer 2] ) te linken aan [verdachte] ?"
De historische verkeersgegevens van het telefoonnummer [telefoonnummer 2] zijn over de periode 15 mei 2021 t/m 15 november 2021 opgevraagd en verkregen.
[afbeelding]
Tabel 2 toont aan dat het telefoonnummer [telefoonnummer 2] gedurende de opgevraagde periode het meest gebruik heeft gemaakt van cell ID [cell ID] van de zendmast aan de [adres 5] . Deze zendmast staat op ongeveer 1200 meter van het GBA-adres van [verdachte] ( [adres 1] ). De zendmast aan de [adres 6] (tweede in de lijst van meest gebruikte zendmasten) staat dichter bij het adres van de woning van [verdachte] , namelijk op zo'n 600 meter.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 13] , van 25 januari 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 369 en 374, zaaksdossier 1):
Vraagstelling Is het op basis van de gebruikte zendmasten door de telefoonnummers [telefoonnummer 5] en [telefoonnummer 2] aannemelijk dat beide nummers in gebruik zijn bij [verdachte] ?
Resumé Uit de vergelijking van de historische verkeersgegevens van de telefoonnummers [telefoonnummer 5] en [telefoonnummer 2] is te zien dat deze telefoonnummers veelvuldig met elkaar meereizen naar omgevingen buiten Hengelo in de periode tussen van 15-05-2021 tot en met [geboortedatum 1] -2021. Bij het gebruik van buitenlandse zendmasten valt op dat beide telefoonnummers op meerdere momenten op dezelfde dagen gebruik maken van buitenlandse zendmasten in hetzelfde land (Duitsland en Turkije).
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 14] , van 20 januari 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 265 en 323, zaaksdossier 1):
Op 19 januari 2022 deed ik, verbalisant [verbalisant 14] , onderzoek naar de inhoud van een mobiele telefoon van het merk lphone SE die in beslag werd genomen in het onderzoek Marshall. Deze telefoon werd aangetroffen in de personenauto waarin verdachte [medeverdachte 1] op 22 juli 2021 op heterdaad werd aangehouden,
De gesprekken tussen ' [alias 1] ' en ‘ [gebruikersnaam 1] ’ vinden in deze chat (Signal) plaats tussen 25 mei 2021 en 22 juli 2021.
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 11] van 21 januari 2022, met bijlagen, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 158 en 264, zaaksdossier 1):
Onderzoek aan smartphone van [medeverdachte 1] Op 22 juli 2021 werd er onder verdachte [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedatum 5] 1989 te [geboorteplaats 2] , een mobiele telefoon Apple IPhone SE, in beslag genomen voor onderzoek. Deze telefoon werd aangetroffen in de personenauto waarin verdachte [medeverdachte 1] op 22 juli 2021 op heterdaad werd aangehouden, kort nadat hij in een drugslaboratorium was geweest op [adres 2] . Door de Officier van Justitie, werd in het onderzoek Marshall toestemming gegeven tot het uitlezen van deze telefoon.
Groepsgesprek tussen [gebruikersnaam 1] - [gebruikersnaam 2] - [alias 1] Tijdens het onderzoek aan deze IPhone SE heb ik een groepsgesprek met drie deelnemers aangetroffen, waarin wordt gesproken over de handel in- en productie van - verdovende middelen en waaruit betrokkenheid van de deelnemers blijkt aan het ontmantelde drugslaboratorium aan [adres 2] . Het betrof de volgende deelnemers:
[gebruikersnaam 1] + [telefoonnummer 7] [gebruikersnaam 2] + [telefoonnummer 1] [alias 1] + [telefoonnummer 2]
Identificatie Chatnamen: • [medeverdachte 1] kon geïdentificeerd worden als de persoon die zich " [gebruikersnaam 1] " noemt.
En dat het aannemelijk is dat: • [medeverdachte 2] de persoon is die gebruik maakt van de naam " [gebruikersnaam 2] ". • [verdachte] de persoon is die gebruik maakt van de naam " [alias 1] ".
Het groepsgesprek gaat nagenoeg alleen over de handel en productie van verdovende middelen én laat de betrokkenheid zien bij het ontmantelde drugslaboratorium op [adres 2] op 22 juli 2021, waarbij verdachte [medeverdachte 1] werd aangehouden. Ik zag dat het groepsgesprek bestond uit 1035 contactmomenten. Ik zag dat het eerste contactmoment plaats vond op 23-06-2021 om 14.39 uur. Ik zag dat het laatste contactmoment plaats vond op 22-07-2021 om 09.50 uur.
[alias 1] noemt [gebruikersnaam 2] [alias 7] en deze reageert hierop ook in het groepsgesprek:
[afbeelding]
[gebruikersnaam 2] noemt [alias 1] de [alias 5] : [afbeelding]
[gebruikersnaam 2] (vermoedelijke [medeverdachte 2] ) Uit het groepsgesprek komt het beeld naar voren dat [gebruikersnaam 2] [medeverdachte 1] aanstuurt en allerlei zaken regelt (waaronder grondstoffen, productiemiddelen en vervoer) ten behoeve van de productie van synthetische drugs. Bovendien lijkt [gebruikersnaam 2] zich bezig te houden met het inplannen van afspraken met derden (mogelijk leveranciers of afnemers van de verdovende middelen) en met betalingen.
[alias 1] (vermoedelijk [verdachte] ) Uit het groepsgesprek komt een beeld naar voren waaruit blijkt dat [alias 1] [medeverdachte 1] aanstuurt en allerlei zaken regelt (waaronder grondstoffen, productiemiddelen en vervoer) ten behoeve van het productieproces. [alias 1] wil goed op de hoogte blijven van het productieproces. Hij is ook bezig met het inplannen van afspraken met derden (mogelijk leveranciers of afnemers van de verdovende middelen) en met betalingen. [alias 1] is ontevreden over de snelheid van de productie en de kwaliteit van de kristallen die zijn geproduceerd en wil dat dit verbetert.
Onderdelen uit dit groepsgesprek
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
[gebruikersnaam 2] moet ook dingen doen om zijn 60 Kop te halen gaat met de [alias 5] geld halen:
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
Het proces-verbaal van bevindingen uitlezen telefoon Samsung [naam 3] van 14 januari 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina’s 378, zaaksdossier 1):
Op 16 juni 2021 vraagt [naam 3] aan een contact met de naam ' [alias 7] ' (telefoonnummer
- [telefoonnummer 10] ) of hij het nummer heeft van [verdachte] . [naam 3] zegt: ‘Heb jij misschien het nummer van [verdachte] ? Ik ben gisteren aangehouden voor een oude bekeuring van hem'. Vervolgens krijgt hij de contactgegevens van [verdachte] . Uit de chat gesprekken blijkt dat [medeverdachte 2] ook wel ' [alias 7] of ' [alias 7] ' wordt genoemd.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [naam 3] van 23 juli 2021, van 23 juli 2021, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 643 en 649, zaaksdossier 2):
Gisteren in de ochtend vroeg [verdachte] via de app aan mij of ik naar Utrecht of Vianen wilde rijden. V: Werd er gezegd over wat voor bus het ging? A: Een Vito. V: Werd er ook een merk genoemd? A: Mercedes. V: Hoe wist je dat je de bus kon open maken? A: [verdachte] zei dat in de rechterportier de sleutel zat. V: De bus was niet afgesloten, begrijp ik. Toen ik werd aangehouden reed een collega/vriend van [verdachte] langs. De naam van deze jongen is [medeverdachte 2] . Ik noem nou deze namen maar dit zijn geen kleine jongens. (…) [verdachte] zei tegen mij dat de twee mannen bij de bus mogelijk [gebruikersnaam 1] zou heten.
Het proces-verbaal van doorzoeking ter in beslagneming van verbalisant [verbalisant 15] , van 25 januari 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 251 en 252, zaaksdossier 2):
Op 25 januari 2022, omstreeks 06:45 uur, werd door de rechter-commissaris, voor een doorzoeking ter inbeslagneming binnengetreden in de woning: [adres 3] , woning [medeverdachte 2] .
In de woning werd door de rechter-commissaris onder andere in beslag genomen:
Het proces-verbaal van doorzoeking ter in beslagneming van verbalisant [verbalisant 16] , van 26 januari 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 261 - 263, zaaksdossier 2):
Op 25 januari 2022, omstreeks 6:20 uur, werd door de rechter-commissaris voor een doorzoeking ter inbeslagneming binnengetreden in de woning, [adres 1] , woning [verdachte] .
In de woning werd door de rechter-commissaris onder andere in beslag genomen:
Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 17] van 24 juni 2022, met bijlagen, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 493 - 579, zaaksdossier 1)
Binnen onderzoek SCHOL21 is tijdens de aanhouding van [medeverdachte 2] ( [geboortedatum 3] 1990) een gegevensdrager in beslag genomen in zijn woning. Dit betreft een telefoon, merk Google Pixel 4a.
Ik zag dat nagenoeg alle chats in het toestel gingen over de handel in of productie van verdovende middelen. De inhoud van dit toestel is te groot om volledig in proces-verbaal te vatten. Om die reden is er een selectie gemaakt van fragmenten om een beeld te geven van de inhoud van dit toestel. Het toestel bevat veel meer belastende berichten.
Identificatie gebruiker toestel Ik zag dat er in het toestel een drietal accounts stonden met daaraan gekoppelde gebruikersnamen: Threema- met de gebruikersnaam ' [gebruikersnaam 3] '; Wickr - met de gebruikersnaam ' [gebruikersnaam 4] '; Signal - met de gebruikersnaam ' [gebruikersnaam 2] ', het daaraan gekoppelde telefoonnummer [telefoonnummer 1] .
[afbeelding]
Ik zag in de politiesystemen dat het BRP-adres van [medeverdachte 2] [adres 3] is.
[afbeelding]
Ik zag in de politiesystemen dat [medeverdachte 2] een dochter heeft genaamd [naam 5] , welke geboren is op [geboortedatum 2] 2017.
Periode gebruik toestel Ik zag in het toestel dat het eerste inkomende bericht gedateerd is op 27 mei 2021 en dat de laatste uitgaande activiteiten op het toestel op 24 januari 2022 waren geregistreerd.
Samenwerkingspartner [medeverdachte 2] Uit onderzoek SCHOL21 blijkt dat [medeverdachte 2] samenwerkte met [verdachte] ( [geboortedatum 1] 1989). Tijdens het analyseren van het toestel zag ik dat [medeverdachte 2] veelvuldig samenwerkte met de Signal gebruikers (met de daaraan gekoppelde telefoonnummers): [telefoonnummer 2] [alias 6] [telefoonnummer 3] [alias 2] [telefoonnummer 4] [alias 3]
Ook zag ik dat [medeverdachte 2] meerdere malen de bijnaam ' [alias 5] ' noemde. In de tabellen hieronder heb ik de berichten van de bovenstaande drie telefoonnummers en een aantal vermeldingen van de bijnaam ' [alias 5] ' geanalyseerd met als doel om de gebruiker(s) te identificeren.
Identificatie ' [alias 5] ' In het toestel wordt de bijnaam ‘ [alias 5] ’ ook meerdere keren genoemd. Alle drie de gebruikers ( [telefoonnummer 2] [alias 6] , [telefoonnummer 3] [alias 2] en [telefoonnummer 4] [alias 3] ) worden ' [alias 5] ' genoemd door [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ).
Ter identificatie van ‘ [alias 5] ’ heb ik verder nog de onderstaande berichten gebruikt:
[afbeelding]
Ik zag in de politiesystemen dat er op [geboortedatum 6] 2021 bij de gemeente [gemeente] een dochter is aangemeld met de naam [naam 1] ( [geboortedatum 6] 2021).
[afbeelding]
In de tabel hieronder wordt aangegeven dat 'die [alias 5] ' woonachtig is aan de [adres 4] . Het BRP-adres van [verdachte] is [adres 1] .
[afbeelding]
Op basis van de bovenstaande analyse is het aannemelijk dat ' [alias 5] ' binnen deze context de bijnaam is voor [verdachte] .
Identificatie gebruiker [telefoonnummer 2] [alias 6] De gebruiker van dit telefoonnummer is eerder al geïdentificeerd als dat het aannemelijk is dat dit [verdachte] betreft.
Ik zag dat er berichten in de telefoon staan van deze gebruiker in de periode tussen 6 juni 2021 en 8 juli 2021.
De tabel hieronder geeft aan dat [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 2] [alias 6] ‘ [alias 5] ’ noemt. [afbeelding]
Identificatie gebruiker [telefoonnummer 4] [alias 3] Ik zag dat er berichten in de telefoon staan van deze gebruiker in de periode tussen 30 augustus 2021 en 5 november 2021.
In de tabellen hieronder geeft de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 4] [alias 3] aan dat ‘ [gebruikersnaam 2] ’ zijn maat is. Hiermee wordt, gezien de context van dit gesprek, bedoelt: de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ). Verder zag ik dat de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 4] [alias 3] door de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) ' [alias 5] ' werd genoemd.
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
Identificatie gebruiker [telefoonnummer 3] [alias 2] Ik zag dat er berichten in de telefoon staan van deze gebruiker in de periode tussen 10 november 2021 en 23 januari 2022. Ik zag in het toestel een audiobestand van 12 november 2021 waarin de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) in woorden van gelijke strekking tegen de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 3] [alias 2] zei: “want ik werk, jij slaapt, hele dag lig je te slapen, af te trekken, [naam 2] te neuken, af te trekken, [naam 2] te neuken, Mak an!” Ik zag in de politiesystemen dat de partner van [verdachte] [naam 2] heet.
De gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 3] [alias 2] werd verder door de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) in meerdere instanties aangesproken met ‘ [alias 5] ’.
In tabel 10 hieronder geeft de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 3] [alias 2] aan dat hij een eigen kok heeft en dat deze samen zal gaan werken met zowel de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 3] [alias 2] als de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ).
[afbeelding] [afbeelding]
Verhoudingen [medeverdachte 2] / [verdachte] Op basis van de analyse van de eerder genoemde berichten is het zeer aannemelijk dat de telefoonnummers [telefoonnummer 2] [alias 6] en [telefoonnummer 3] [alias 2] toebehoren aan [verdachte] . Ik zag in de berichten in het toestel dat er veel communicatie was tussenbeide. Ik zag een privé chat tussen de gebruikers van telefoonnummers [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) en [telefoonnummer 3] [alias 2] met daarin ongeveer 4481 berichten. Ook zag ik meerdere groepsgesprekken waar zowel [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) als [telefoonnummer 2] [alias 6] , [telefoonnummer 3] [alias 2] en/of [telefoonnummer 4] [alias 3] in voor kwam.
Verhoudingen met [telefoonnummer 2] [alias 6] De gesprekken in de onderstaande tabellen geeft aan dat de gebruikers van telefoonnummer [telefoonnummer 2] [alias 6] en [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] JT. [medeverdachte 2] ) samenwerken.
[afbeelding] [afbeelding]
Verhoudingen met [telefoonnummer 3] [alias 2] De gesprek in de tabellen 14- 16 hieronder tonen aan dat de gebruikers van telefoonnummer [telefoonnummer 3] [alias 2] en [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) samenwerken.
[afbeelding]
De tabel hieronder geeft aan dat de gebruikers van telefoonnummer [telefoonnummer 3] [alias 2] en [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) samen blokken hebben verstuurt en de winst delen.
[afbeelding] [afbeelding]
Het gesprek in de tabel hieronder geeft aan dat er een samenwerking is tussenbeide maar dat er ook zelfstandig wordt gewerkt: 'Mn eigen kok'.
[afbeelding]
Met 'app' wordt mogelijk apaan bedoelt. Dit is een precursor voor BMK en een pre precursor voor amfetamine. Met 'p' wordt mogelijk PMK, of terwijl Piperonylmethylketon bedoelt. PMK is een Categorie 1. stof van de WVMC. PMK is de precursor (grondstof) voor de productie van MDMA.1
[afbeelding]
‘Snelle’ is een straatnaam voor amfetamine.1
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
In het gesprek hieronder vraagt de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) aan [telefoonnummer 3] [alias 2] over welke XTC zij beschikken. Dit gesprek is een reactie op het gesprek hierboven in tabel 53. Kennelijk beschikt de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 3] [alias 2] over een beter overzicht van de voorraad + prijs hiervan. Ook kan hij nog pillen bij laten maken. De kosten hiervoor zouden zij dan delen.
[afbeelding]
In de drie gesprekken in de tabellen hieronder stuurt de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 1] [gebruikersnaam 2] ( [medeverdachte 2] ) driemaal dezelfde foto. Uit de gesprekken wordt duidelijk dat de pillen in de foto afkomstig zijn van ' [alias 10] '.
[afbeelding] [afbeelding]
*Dit betreft dezelfde type tabletten die bij de doorzoeking op 25 januari 2022 in de woning van verdachte [verdachte] zijn aangetroffen.
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 15] van 23 augustus 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (aanvullend proces-verbaal):
In opdracht van de onderzoeksleiding van onderzoek Schol21 heb ik, verbalisant [verbalisant 15] de politiefoto's die gemaakt zijn tijdens de doorzoekingen op de adressen [adres 3] ( [medeverdachte 2] ) en [adres 1] ( [verdachte] ) vergeleken met de foto's die zijn aangetroffen op het Google Pixel 4A toestel. Dit toestel werd tijdens de doorzoekingen aangetroffen in de woning [adres 3] en inbeslaggenomen.
Ik zag dat de inhoud van genoemd toestel grotendeels bestond uit drugs gerelateerd beeldmateriaal (foto's en video's). Aangezien de hoeveelheid druggerelateerde mediabestanden op het toestel heel groot is, is er slechts een zeer kleine selectie gemaakt van foto's die direct te relateren zijn aan de woningen van de verdachten [medeverdachte 2] ( [adres 3] ) en [verdachte] ( [adres 1] ).
Mijn bevindingen volgen hieronder: De Foto's A, B, C, E, F en H zijn allen afkomstig uit het toestel Google Pixel 4 A.
[afbeelding] [afbeelding]
Foto A: Dit betreft een foto die gemaakt is van het scherm van een mobiele telefoon, waarop een blok vermoedelijk cocaïne afgebeeld is op een wit kleurige koelkast. Op de vloer is tevens een elektronisch weegschaaltje te zien.
Foto B: Dit betreft een bak vol met vermoedelijk de harddrug chrystal meth(ice). Deze staat op een elektronisch weegschaaltje op een wit kleurige koelkast. Van Foto B is tevens een video opname aangetroffen in genoemd toestel. In die video zegt een manspersoon die de harddrug filmt: "This is ice" en pakt enkele brokken/crystal stukken, vermoedelijk crystal meth, op en toont deze al draaiend met zijn hand vanuit meerdere zijden.
Foto C: Dit betreft enkele bolletjes op een elektronisch weegschaaltje, dat op een wit kleurige koelkast staat.
[afbeelding]
Foto D: Dit betreft een politiefoto die tijdens de doorzoeking is genomen van een wit kleurige koelkast, die in de schuur van het adres [adres 3] stond. Op deze koelkast hebben wij een brok cocaïne aangetroffen en inbeslaggenomen. Deze koelkast stond meteen bij binnenkomst rechts in de hoek. Op foto D staat een koelkast met daarop twee glazen drankdispensers met brons kleurige aftapkraantjes en brons kleurige houder. Op Foto's A, B en C zijn delen van de koelkast en de drankdispensers te zien. Verder is te zien dat het elektronisch wegschaaltje dat afgebeeld staat op foto A, B en C qua model en type hetzelfde zijn.
Derhalve kan ik concluderen dat Foto A, B en C in de schuur van het adres [adres 3] is gemaakt.
[afbeelding]
Dit betreffen vermoedelijk blokken cocaïne, elektronische weegschaaltjes en het bijbehorend doosje(Foto E) van een het elektronisch weegschaaltje. Deze liggen op een houten tafel.
[afbeelding]
Foto G: Dit betreft een politiefoto van een bijbehorend doosje van een elektronisch weegschaaltje die tijdens doorzoeking is genomen op het adres [adres 1] , de woning van verdachte [verdachte] . De weegschaaltjes die te zien zijn op foto E en F komen overeen met het model en type waarvan de verpakking is gefotografeerd in de woning van verdachte [verdachte] (Foto G).
[afbeelding]
Foto H: Dit betreft een zak met gedroogde henneptoppen op een elektronisch weegschaaltje. Onder het weegschaaltje is een deel van een donkerkleurig keukenblad, een wit kleurige keukenkast met metalen handgrepen en een heel klein deel(onderaan) van een lichtbruin stenen vloer met groeven.
[afbeelding]
Foto I: Dit betreft een politiefoto van de garage behorende bij het adres [adres 1] . Deze foto is genomen tijdens de doorzoeking van dit pand. In de garage staat een witte koelkast met links ernaast een witte keukenkast met metalen handgrepen en daarop een donkerkleurig keukenblad. De vloer bestaat uit lichtbruine stenen met groeven.
[afbeelding]
FOTO J: Dit betreft een politiefoto die tijdens de doorzoeking van het adres [adres 1] is genomen. Dit betreft qua model en type hetzelfde elektronisch weegschaaltje als het wegschaaltje op foto H (locatie [adres 1] ) en foto's A, B en C (locatie [adres 3] ).
Gezien de gelijkenissen van foto H, foto I en het feit dat er in de garage van de [adres 1] een exact hetzelfde weegschaaltje is aangetroffen tijdens de doorzoeking, is het aannemelijk dat foto H is genomen vanuit de garage van het adres [adres 1] .
Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 18] van 18 mei 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 516 – 533, zaaksdossier 2):
Ten behoeve van het onderzoek Schol21 heb ik bovengenoemd verbalisant, de camerabeelden van het adres [adres 1] uitgekeken. Ik heb hiervoor willekeurig een aantal verschillende datums en tijdstippen bekeken. 4 januari 2022 19:20 - 20:45 14 januari 2022 11:00 - 11:50 14 januari 2022 14:45 - 15:05
Door mij, bovengenoemd verbalisant zijn de camerabeelden van 4 januari 2022 19.20 - 20.45 uur uitgekeken.
Camera01: Te zien is dat om 19:22:30 uur er een motorvoertuig aan komt rijden. Het betreft een donker kleurig motorvoertuig.
[afbeelding]
Uit het voertuig stapt NNM1. Signalement NNM1: Man, licht getinte huidskleur, kort donker haar met de zijkanten weg geschoren. Leeftijd tussen 20 a 30 jaar. Zwarte parka jas met capuchon.
[afbeelding]
Om 19:22:52 uur is te zien dat de NNM1 over de parkeerplaats loopt. Te zien is dat er een licht op schijnt afkomstig een mobiele telefoon. De NNM1 loopt naar de woning van [verdachte] . NNM1 staat voor de voordeur met zijn mobiele telefoon in de hand.
Op camera02 is te zien dat NNM1 met zijn vingers over het scherm gaat van zijn mobiele telefoon. Kort hierna wordt de voordeur geopend en gaat NNM1 de woning naar binnen.
[afbeelding]
Op camera02 is te zien dat uit de woning NNM1 en [verdachte] komen lopen. NNM1 heeft in zijn hand een gele plastic tas. Te zien is dat er in deze plastic tas inhoud zit. Hij is ongeveer 3 minuten binnen geweest.
[afbeelding]
Op Camera01 is te zien dat [verdachte] een grijs kleurig joggingpak draagt. Buiten praten [verdachte] en NNM1 nog even voordat ze beide naar het motorvoertuig van NNM1 lopen. Hier nemen ze afscheid van elkaar waarbij NNM1 met zijn motorvoertuig vertrekt om 19:32:37 uur.
14 januari 2022 11:00 - 11:50 uur
Op Camera01 is te zien om 11:00:11 uur dat het motorvoertuig, een witte Volkswagen Polo, aan komt rijden. Uit het voertuig stapt [medeverdachte 2] . Het motorvoertuig, Volkswagen Passat voorzien van het kenteken [kenteken 6] , volgt en deze wordt geparkeerd in de parkeervakken. Uit het motorvoertuig stapt [verdachte] . [verdachte] loopt naar de voordeur van zijn woning. [medeverdachte 2] voegt zich bij [verdachte] . [verdachte] loopt zijn woning in en komt vrij snel weer naar buiten.
Hij loopt hierop naar het motorvoertuig, voorzien van het kenteken [kenteken 7] Volkswagen Tiguan, op naam van de partner van [verdachte] , [naam 2] . Te zien is dat beide heren lopen naar de achterzijde van het motorvoertuig Volkswagen Tiguan. De achterklep van het voertuig wordt geopend. [verdachte] pakt uit het motorvoertuig een tweetal gele tassen. Een tas lijkt op een boodschappentas. De andere tas lijkt een plastic tas van de winkel Multimate.
[afbeelding]
[medeverdachte 2] loopt dan naar de straatzijde. [verdachte] loopt met de twee tassen zijn woning in om 11:01:23 uur.
[afbeelding]
Te zien is dat er aan de straatzijde een motorvoertuig, Renault Clio grijs van kleur aankomt rijden. Het kenteken is niet te zien. [medeverdachte 2] opent de bijrijdersportier van het motorvoertuig en krijgt een witte tas, vermoedelijk van papier, overhandigd.
[afbeelding]
Hij loopt met de tas naar de woning van [verdachte] en loopt de woning naar binnen.
Op Camera02 om 11:02:47 uur is te zien dat [verdachte] zijn woning uit loopt met in zijn hand de twee eerder genoemde tassen. Hij loopt met deze tassen naar het motorvoertuig, Volkswagen Tiguan. De achterklep van het voertuig wordt geopend en hij legt beide tassen weer in het motorvoertuig.
[afbeelding]
[medeverdachte 2] verlaat ook de woning met in zijn hand de witte tas. Hij houdt de tas nu vast aan de handvaten. Hij loopt met de tas in zijn hand naar zijn motorvoertuig stapt in en rijdt weg.
Op 14 februari 2022 om 11:47:11 uur is te zien op Camera01 dat er een motorvoertuig aan komt rijden voorzien van een Duits kenteken, [kenteken 8] , een Mercedes Benz zwart van kleur. Te zien is dat er in het voertuig twee personen zitten, NNM3 en NNM4. Ze blijven een tijdje in het voertuig zitten tot om 11:56 uur [verdachte] eraan komt rijden in het motorvoertuig. Volkswagen Passat, voorzien van het kenteken [kenteken 6] . [verdachte] stapt uit en loopt naar het andere motorvoertuig. Beide NNM stappen dan uit het motorvoertuig.
Om 11:56:17 uur lopen [verdachte] en NNM3 en NNM4 naar de woning van [verdachte] en gaan naar binnen.
[afbeelding]
Te zien is dat [medeverdachte 2] aan komt lopen. Hij heeft in zijn hand een plastic tas met een onbekende inhoud.
Het is dan 11:58:03 uur. [medeverdachte 2] loopt naar de woning van [verdachte] en gaat de woning in.
Te zien is op Camera01 dat [verdachte] op 12:00:37 uur naar buiten loopt. [verdachte] opent de achterklep van het motorvoertuig. Hij pakt hier een aantal tassen waaronder een plastic tas van Multi Media en een blauwe tas.
[afbeelding]
Met de tassen in de hand gaat [verdachte] met de NNM3 zijn woning in.
[medeverdachte 2] loopt op dat moment uit de woning met in zijn hand een tasje met onbekende inhoud. Hij loopt voorbij het motorvoertuig, voorzien van het kenteken [kenteken 8] en NNM4.
[medeverdachte 2] loopt de woning van [verdachte] weer in. Op Camera01 om 12:03:43 uur is te zien dat er een grijze motorvoertuig, Renault Clio, voorbij rijdt. Hetzelfde motorvoertuig is op 14-01-2022 ook waargenomen waarbij [medeverdachte 2] een wit tasje in ontvangst nam vanuit het voertuig.
Op Camera01 is te zien om 12:21:42 uur dat NNM3 en NNM4 de woning van [verdachte] verlaten. NNM3 heeft hierbij een aantal tassen in zijn hand met hierbij de blauwe tas. In de tassen zit een onbekende inhoud. Ze lopen naar hun motorvoertuig. De tassen worden op de achterbank gelegd. Ze stappen in hun motorvoertuig en rijden weg.
[afbeelding]
Resume: Op de beelden afkomstig van de drie camera's die bij de woning van [verdachte] hangen, komt naar voren dat er op verschillende dagen en tijdstippen meerdere onbekende mannen en een onbekende vrouw komen. Zij maken gebruik van dure motorvoertuigen. De bezoeken zijn kort waarbij de onbekende mannen weg gaan met een of meerdere tassen. [verdachte] haalt uit het motorvoertuig voorzien van het kenteken [kenteken 7] , Volkswagen Tiguan een aantal tassen en plaats dan de tassen ook weer terug in het voertuig. [medeverdachte 2] komt ook meerdere malen bij de woning op dezelfde momenten als de onbekende mannen er zijn. Ook [medeverdachte 2] is te zien met verschillende tassen.
Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 15] , van 19 september 2022, met bijlagen, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (aanvullend proces-verbaal van bevindingen):
Binnen onderzoek SCHOL21 is tijdens de aanhouding van [medeverdachte 2] ( [geboortedatum 3] 1990) een telefoon, merk Google Pixel 4a, in beslag genomen.
Aan mij, verbalisant [verbalisant 15] werd het verzoek gedaan om een groepschatgesprek welk gevoerd is via communicatiedienst Signal en dat aangetroffen is in genoemd toestel, op inhoud te analyseren. Het betreft een groepschatgesprek dat plaatsvond tussen 07-01-2022 en 23-01-2022 waar de volgende participanten aan deelnamen:
Uit proces-verbaal AH078 (SCHOL21) blijkt dat gebruikersnaam [alias 2] wordt Gebruikt door verdachte [verdachte] en dat gebruikersnaam [gebruikersnaam 2] wordt gebruikt door verdachte [medeverdachte 2] .
Ik zag dat nagenoeg het gehele groepschatgesprek via Signal tussen 7 januari 2022 en 23 januari 2022 in het toestel ging over de handel in en/of productie van verdovende middelen.
Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 15] van 26 september 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (aanvullend Proces-verbaal van bevindingen):
Ik, verbalisant [verbalisant 15] heb naar aanleiding van een vermoedelijke drugstransactie, welke plaats heeft gevonden aan de [adres 1] op 10-01-2022 (zie proces-verbaal AH116) de camerabeelden bekeken van 10-01-2022 die opgenomen zijn met het camera-beveiligingssysteem van de woning [adres 1] . Dit betreft het woonadres van verdachte [verdachte] .
De werkelijke datum is 10 januari 2022. De tijd die wordt weergegeven klopt met de werkelijke tijd.
10-01-2022 13:05:48 uur: Op beelden is te zien dat [verdachte] aankomt rijden met het voertuig voorzien van het kenteken [kenteken 6] en de auto voor zijn woning in een parkeerhaven parkeert. [verdachte] draagt een gele plastic tas met erop een afbeelding van een "smiley" en een rood tasje in zijn rechterhand. Het lijkt erop dat de plastic tas inhoud bevat.
[afbeelding]
01-10-2022 13:19:28 uur: Rechts in beeld verschijnt een witte Mercedes. Voertuig komt aanrijden en parkeert aan de overkant van de straat in een parkeerhaven. Te zien is dat het voertuig voorzien is van witte kentekenplaten. De bestuurder, een man met zwart wit geblokte jas en een vrouw met zwarte jas stappen uit het voertuig. De man heeft een zwarte kledingstuk vast in zijn hand. Beiden lopen vervolgens de woning in.
[afbeelding]
10-01-2022 14:07:59 uur: Rechts in beeld verschijnt verdachte [medeverdachte 2] . Hij loopt naar de woning, klopt op de deur en wordt binnengelaten.
[afbeelding]
10-01-2022 14.38:53 uur: [medeverdachte 2] verlaat de woning. Hij draagt een gele plastictas met de afbeelding van een "smiley" in zijn rechterhand. Hij verdwijnt rechts uit beeld.
[afbeelding]
10-01-2022 14:40:19 uur: Links in beeld komt er een grijze Renault Clio aanrijden. De bestuurder parkeert het voertuig in een parkeerhaven aan de overkant van de straat naast de witte Mercedes, waarmee de man met zwart wit geblokte jas en de vrouw met zwarte jas zijn gekomen. De bestuurder van de Renault stapt niet uit.
10-01-2022 14:42:40 uur: [medeverdachte 2] verschijnt rechts boven in beeld. Hij draagt een gele plastic tas met de afbeelding van een "smiley" in zijn rechterhand. Gezien de vorm van de tas, is het aannemelijk dat deze inhoud bevat. [medeverdachte 2] loopt naar de grijze Renault, opent het bijrijdersportier en stapt in het voertuig. Enkele seconden later stapt [medeverdachte 2] uit het voertuig met en witte tas en loopt richting de woning, hij klopt een paar keer op de voordeur van de woning en wordt binnengelaten
[afbeelding] [afbeelding]
Opmerking: Gezien de bevindingen uit proces-verbaal AH116 in combinatie met deze camerabeelden, is het aannemelijk dat [medeverdachte 2] geld, 47.000,00 euro, dat zat in de gele plastic tas, aan de chauffeur van de Renault heeft overhandigd in ruil voor drugs, vermoedelijk cocaïne, die weer geleverd is in een witte tas door de chauffeur van de Renault aan [medeverdachte 2] .
Gezien de bevindingen uit proces-verbaal AH116, heeft de chauffeur, die op communicatieplatvorm Signal de gebruikersnaam ‘ [gebruikersnaam 7] ’ gebruikt, in opdracht van een persoon, die in Signal de gebruikersnaam ‘ [gebruikersnaam 6] ’ gebruikt, de drugs geleverd op het adres [adres 1] en het geld gebracht naar ‘ [gebruikersnaam 6] ’.
Gezien de bevindingen uit proces-verbaal AH116 in combinatie met deze beelden, is het aannemelijk dat de man en de vrouw die met de witte Mercedes zijn gekomen, de drugs, cocaïne hebben gekocht bij [verdachte] en [medeverdachte 2] en deze in genoemde witte tas hebben meegenomen.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 19] van 14 april 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 571 – 574, zaaksdossier 2):
Dit onderzoek heb ik uitgevoerd op de veiliggestelde gegevens van de volgende telefoon:
Beslagcode A.04.01 .003 Merk Samsung Type Galaxy S21 5G (SM-G991 B/DS)
In de soort prullenbak van de 'Samsung Gallery' app map kwam ik fotobestanden tegen die mijn inziens druggerelateerd zijn en daarom mogelijk ook interessant zouden kunnen zijn voor onderzoek SCHOL21.
[afbeelding]
Ik zag dat ook al deze fotobestanden over EXIF-data beschikten en dat volgens die gegevens deze foto is gemaakt met de volgende camera: Make : Samsung Camera Model Name : SM-G991B Software : G991BXXU3AUIE Dat maakt het mij aannemelijk dat deze foto is gemaakt met deze telefoon. Ik zag in de EXIF-data dat de foto's gemaakt zijn op het volgende tijdstip: Foto 8: 2022-01-20 11:54:47
Tot slot zag ik dat ook op 20 januari 2022 tussen 11:54:43 en 11:54:49 de camera-app van de telefoon actief was. Het tijdstip dat foto 8 gemaakt is ligt precies in die periode, en dat maakt het mij nog aannemelijker dat die foto met deze telefoon gemaakt is.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 16] van 22 maart 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 575 – 578, zaaksdossier 2):
Op dinsdag 22 maart 2022 zie ik bijgevoegde foto nr. 1, welke afkomstig is uit het telefoontoestel van verdachte [medeverdachte 2] .
[afbeelding]
Op deze foto zie ik een eetkamertafel met daarop een rode tas met daarop een bruin pakket, vermoedelijk van plastic. Op de achtergrond zie ik een grijze kastdeur. Deze herken ik als een deel van de keuken in de woning van verdachte [verdachte] . Ik herken die deur als zijnde de deur onder de koelkast in de keuken van verdachte [verdachte] . Ik herken de keukendeur aan de stickers die erop geplakt zijn.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 20] van 29 maart 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 579 – 582, zaaksdossier 2):
Tijdens de doorzoeking op 25 januari 2022 in de woning van verdachte [medeverdachte 2] is onder andere een Samsung Galaxy S21 inbeslaggenomen. Onderzoek aan de inhoud van het toestel heeft uitgewezen dat deze telefoon in gebruik is bij verdachte [medeverdachte 2] . Op het toestel is onder andere de volgende foto aangetroffen (afbeelding 1 ):
[afbeelding]
Op de foto is een pakket/blok te zien met een witte inhoud, verpakt in bruin tape. Ambtshalve is mij, verbalisant, bekend dat blokken cocaïne vaak op deze wijze worden verpakt. Op basis van de achtergrond is reeds vastgesteld dat deze foto is gemaakt in de woning van verdachte [verdachte] . Onder het blok ligt een rode plastic tas. Op deze tas zijn een aantal cirkels zichtbaar met daarin afbeeldingen van gezichten. Volgens de metadata is deze foto gemaakt op 20 januari 2022 om 11.54 uur
De tas op afbeelding 1 is vergeleken met een plastic tas van het bedrijf Kruidvat (zie afbeelding 2). De Kruidvattas (afbeelding 2) heeft op de voorzijde 9 cirkels (waarvan 8 met gezichten) en op de achterzijde een witte cirkel en in grote witte letters "Kruidvat". Conclusie: de tas op afbeelding 1 is van Kruidvat (en heeft mogelijk dezelfde achterzijde als de Kruidvat tas op afbeelding 2).
[afbeelding]
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 15] van 23 maart 2022, met bijlagen, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 583 – 620, zaaksdossier 2):
Op de inbeslaggenomen telefoon van verdachte [medeverdachte 2] geboren [geboortedatum 3] -1990 is een foto aangetroffen van vermoedelijk een blok cocaïne die op een rode plastic tas ligt op een tafel. Uit onderzoek naar metadata van deze telefoon blijkt dat de foto is gemaakt op 20-01-2022 om 11.54. Deze foto is vermoedelijk gemaakt in de woning van verdachte [verdachte] , geboren [geboortedatum 1] -1989 aan de [adres 1] .
Ik, verbalisant, heb de opdracht gekregen om de camerabeelden van de woning van [verdachte] te onderzoeken om vast te stellen of verdachte [medeverdachte 2] op het moment van het nemen van de foto in de woning van verdachte [verdachte] aanwezig was.
10:55:36 uur: [medeverdachte 2] loopt genoemde woning binnen.
12:19:45 uur: Links in beeld verschijnt een grijze personenauto van het merk Renault. Er stapt niemand uit dit voertuig.
12:33:20 uur: [verdachte] , [medeverdachte 2] en NNM2 verlaten via de voordeur van de woning [adres 1] . [verdachte] heeft in zijn rechterhand een rode plastictas vast. Betreft een plastictas van de drogisterij Kruidvat. Gezien de omvang van de tas en de manier waarop de tas erbij hangt, is het zeer waarschijnlijk dat er iets met enig gewicht in de tas zit. [medeverdachte 2] geeft een klein voorwerp af aan [verdachte] . Vervolgens lopen [medeverdachte 2] en NNM2 weg en verdwijnen rechts uit beeld. [verdachte] loopt daarna met de rode Kruidvat tasje naar de overkant van de straat, waar de grijze Renault geparkeerd staat in een parkeerhaven. [verdachte] benaderd het voertuig vanaf de achterzijde. Te zien is dat een linker achterportier van de Renault open gaat en [verdachte] het tasje aan een inzittende van de Renault overhandigd. [verdachte] loopt weg en verdwijnt vervolgens links uit beeld. De grijze Renault rijdt weg.
[afbeelding] [afbeelding]
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 2] van 21 augustus 2021, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 579 – 580, onderzoek Marshall):
Op 22 juli 2021 betrad ik het pand gelegen aan [adres 2] , kort nadat het arrestatieteam het pand had veiliggesteld en waar een werking zijnde drugslaboratorium werd aangetroffen. Ik zag dat in ruimte B diverse grondstoffen lagen die voor de productie van verdovende middelen kunnen worden gebruikt. Ik zag dat er ook een veelvoud aan blauwe/witte diepvriesbakjes lagen. Ik zag dat ruimte C was ingericht voor de productie van verdovende middelen.
[afbeelding]
Het eind proces-verbaal van bevindingen LFO van verbalisant [verbalisant 21] , van 18 oktober 2021, met bijlagen, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 95 – 105, 106-112, 113 - 150, zaaksdossier 1):
Op 22 juli 2021 heb ik een onderzoek ingesteld op de locatie [adres 2] .
Ruimte A
Ruimte C
Interpretatie LFO Op de locatie [adres 2] werden goederen en chemicaliën aangetroffen die gebruikt kunnen worden bij de vervaardiging van metamfetamine en de kristallisatie dan wel herkristallisatie van metamfetamine.
Er werd 30,9 kilogram aan metamfetamine kristallen aangetroffen. Hiervan is ca. 13,2 kilogram l-metamfetamine en ca. 17,7 kilogram d-metamfetamine. Voor de Opiumwet maakt de verschijningsvorm niet uit.
Er waren drie opstellingen bestaande uit RVS pannen op een brandersteun gekoppeld aan gasbranders. Deze opstellingen passen bij het herkristalliseren van metamfètamine. In één van deze RVS pannen zat ca. 22,5 liter d-metamfetamine in een waterige vloeistof (verzadigde oplossing). De kristallen in de vloeistof bevatte d-metamfetamine HCl.
De koelbox kan gebruikt worden bij de herkristallisatie van metamfetamine. In de koelbox zat ca. 15 liter 1-metamfetamine in een waterige oplossing (een verzadigde oplossing). Onderop in de koelbox werden kristallen gevormd deze bevatte 1-metamfetamine HCL.
In een jerrycan werd 2,5 liter l-metamfetamine vloeistof aangetroffen en in een speciekuip werd 21 kilogram l-metamfetamine vloeistof aangetroffen.
In twee speciekuipen werd ca. 139,5 liter metamfetamine in een mengsel van water en aceton aangetroffen. Waarvan in één van deze monsters is vast gesteld dat het om een mengsel van d- en l- metamfetamine.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] van 31 augustus 2021, met bijlagen, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 735 – 740 en later toegestuurd huurcontract, zaaksdossier 2):
[afbeelding] [afbeelding]
Feit 3
Feit 4 (zaaksdossiers 2 en beslagdossier)
Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming van verbalisant [verbalisant 16] van 26 januari 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 261 – 263, zaaksdossier 2):
Op 25 januari 2022 werd door de rechter-commissaris, mr. [verbalisant 26] voor een doorzoeking ter inbeslagneming binnengetreden in de woning: [adres 1] . In de woning werd door de rechter-commissaris in beslag genomen:
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 27] van 21 juni 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, (pagina’s 41 - 44, beslagdossier):
[afbeelding]
Onder [verdachte] is bij locatie B de volgende personenauto's in beslag genomen:
Nederland bevindt zich in de tijdzone Midden-Europese Tijd (MET), wat overeenkomt met UTC+2 tijdens de zomertijd.
‘Peru’ hiermee wordt cocaïne uit Peru bedoeld.
'colo' hiermee wordt cocaïne uit Colombia bedoeld.
Met 'app' wordt mogelijk apaan bedoeld. Dit is een precursor voor BMK en een pre precursor voor amfetamine
Met 'p' wordt mogelijk PMK, of terwijl Piperonylmethylketon bedoeld. PMK is een Categorie 1. Stof van de WVMC. PMK is de precursor (grondstof) voor de productie van MDMA.