Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
Titel VI. Behandeling van de zaak door de rechtbank
Vierde afdeeling. Beraadslaging en uitspraak
Artikel 359

Artikel 359 (Inhoud en motivering vonnis)

Laatste versie

1. Het vonnis bevat het ten laste gelegde alsmede de vordering van de officier van justitie.

2. De beslissingen vermeld in de artikelen 349, eerste lid, en 358, tweede en derde lid, zijn met redenen omkleed. Het vonnis geeft, indien de beslissing afwijkt van door de verdachte dan wel door de officier van justitie uitdrukkelijk onderbouwde standpunten, in het bijzonder de redenen op die daartoe hebben geleid.

3. De beslissing dat het feit door de verdachte is begaan, moet steunen op de inhoud van in het vonnis opgenomen bewijsmiddelen, houdende daartoe redengevende feiten en omstandigheden. Voor zover de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend, kan een opgave van bewijsmiddelen volstaan, tenzij hij nadien anders heeft verklaard dan wel hij of zijn raadsman vrijspraak heeft bepleit.

4. Bij toepassing van artikel 9a of artikel 44a van het Wetboek van Strafrecht geeft het vonnis in het bijzonder redenen op die tot de beslissing hebben geleid.

5. Het vonnis geeft in het bijzonder de redenen op, die de straf hebben bepaald of tot de maatregel hebben geleid.

6. Bij de oplegging van een straf of maatregel die vrijheidsbeneming medebrengt, geeft het vonnis in het bijzonder de redenen op die tot de keuze van deze strafsoort, dan wel tot deze soort maatregel hebben geleid. Het vonnis geeft voorts zoveel mogelijk de omstandigheden aan, waarop bij de vaststelling van de duur van de straf is gelet. Het vonnis vermeldt welk gedeelte van een opgelegde vrijheidsstraf, gelet op de mogelijkheid van deelname aan een penitentiair programma als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire Beginselenwet of de voorwaardelijke invrijheidstelling, bedoeld in artikel 15 van het Wetboek van Strafrecht, in ieder geval ten uitvoer wordt gelegd.

7. Als de maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging is opgelegd ter zake van een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, geeft het vonnis dit onder opgave van redenen aan.

8. Alles op straffe van nietigheid.

Uitleg in duidelijke taal

1. Het vonnis bevat het ten laste gelegde alsmede de vordering van de officier van justitie.

Dit betekent letterlijk dat het vonnis de beschuldiging, oftewel hetgeen de verdachte ten laste wordt gelegd, en de eis (de vordering) van de officier van justitie moet vermelden.

2. De beslissingen vermeld in de artikelen 349, eerste lid, en 358, tweede en derde lid, zijn met redenen omkleed. Het vonnis geeft, indien de beslissing afwijkt van door de verdachte dan wel door de officier van justitie uitdrukkelijk onderbouwde standpunten, in het bijzonder de redenen op die daartoe hebben geleid.

Dit houdt in dat de beslissingen die genoemd worden in artikel 349, eerste lid, en artikel 358, tweede en derde lid, voorzien moeten zijn van een motivering (met redenen omkleed). Indien de rechterlijke beslissing afwijkt van de standpunten die door de verdachte of door de officier van justitie duidelijk en met argumenten zijn toegelicht (uitdrukkelijk onderbouwde standpunten), dan moet het vonnis specifiek (in het bijzonder) de redenen aangeven die tot die afwijkende beslissing hebben geleid.

3. De beslissing dat het feit door de verdachte is begaan, moet steunen op de inhoud van in het vonnis opgenomen bewijsmiddelen, houdende daartoe redengevende feiten en omstandigheden. Voor zover de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend, kan een opgave van bewijsmiddelen volstaan, tenzij hij nadien anders heeft verklaard dan wel hij of zijn raadsman vrijspraak heeft bepleit.

Dit betekent dat de rechterlijke beslissing dat de verdachte het strafbare feit heeft gepleegd, gebaseerd moet zijn op (steunen op) de inhoud van de bewijsmiddelen die in het vonnis zijn opgenomen. Deze bewijsmiddelen moeten feiten en omstandigheden bevatten die redengevend zijn voor de conclusie dat de verdachte het feit heeft begaan. In het geval dat de verdachte hetgeen bewezen is verklaard heeft bekend, kan worden volstaan met een opsomming (opgave) van de bewijsmiddelen. Dit is echter anders (tenzij) indien de verdachte later een andere verklaring heeft afgelegd, of indien hijzelf of zijn advocaat (raadsman) heeft gepleit voor vrijspraak.

4. Bij toepassing van artikel 9a of artikel 44a van het Wetboek van Strafrecht geeft het vonnis in het bijzonder redenen op die tot de beslissing hebben geleid.

Dit houdt in dat wanneer de rechter artikel 9a (rechterlijk pardon) of artikel 44a (schuldigverklaring zonder oplegging van straf of maatregel) van het Wetboek van Strafrecht toepast, het vonnis specifiek (in het bijzonder) de redenen moet vermelden die tot die beslissing hebben geleid.

5. Het vonnis geeft in het bijzonder de redenen op, die de straf hebben bepaald of tot de maatregel hebben geleid.

Dit betekent dat het vonnis specifiek (in het bijzonder) de redenen moet aangeven die hebben geleid tot de bepaling van de straf of de oplegging van de maatregel.

6. Bij de oplegging van een straf of maatregel die vrijheidsbeneming medebrengt, geeft het vonnis in het bijzonder de redenen op die tot de keuze van deze strafsoort, dan wel tot deze soort maatregel hebben geleid. Het vonnis geeft voorts zoveel mogelijk de omstandigheden aan, waarop bij de vaststelling van de duur van de straf is gelet. Het vonnis vermeldt welk gedeelte van een opgelegde vrijheidsstraf, gelet op de mogelijkheid van deelname aan een penitentiair programma als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire Beginselenwet of de voorwaardelijke invrijheidstelling, bedoeld in artikel 15 van het Wetboek van Strafrecht, in ieder geval ten uitvoer wordt gelegd.

Dit betekent dat als een straf of maatregel wordt opgelegd die inhoudt dat iemands vrijheid wordt ontnomen (vrijheidsbeneming medebrengt), het vonnis specifiek (in het bijzonder) de redenen moet vermelden die hebben geleid tot de keuze voor deze specifieke soort straf of maatregel. Verder (voorts) moet het vonnis zo veel als mogelijk de omstandigheden aangeven waarmee rekening is gehouden (waarop is gelet) bij het bepalen van de lengte (duur) van de straf. Het vonnis moet ook vermelden welk deel van een opgelegde vrijheidsstraf, met inachtneming van (gelet op) de mogelijkheid van deelname aan een penitentiair programma (zoals bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire Beginselenwet) of voorwaardelijke invrijheidstelling (zoals bedoeld in artikel 15 van het Wetboek van Strafrecht), in ieder geval daadwerkelijk zal worden uitgevoerd (ten uitvoer wordt gelegd).

7. Als de maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging is opgelegd ter zake van een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, geeft het vonnis dit onder opgave van redenen aan.

Dit betekent dat indien de maatregel van terbeschikkingstelling (tbs) met bevel tot verpleging van overheidswege is opgelegd voor een misdrijf dat gericht was tegen de lichamelijke integriteit (onaantastbaarheid van het lichaam) van een of meer personen, of daarvoor gevaar heeft veroorzaakt, het vonnis dit feit moet vermelden en daarbij de redenen moet opgeven.

8. Alles op straffe van nietigheid.

Dit betekent dat het niet naleven van de voorgaande voorschriften (alles) tot gevolg heeft dat het vonnis nietig kan worden verklaard (op straffe van nietigheid).

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

392 uitspraken gevonden
Parket bij de Hoge Raad

ECLI:NL:PHR:2025:1026 - Conclusie AG: Bevestiging mondeling vonnis zonder herhaling tenlastelegging in arrest - 23 september 2025

ECLI:NL:PHR:2025:102623 september 2025Dit wetsartikel wordt 12 keer genoemd in deze uitspraak

De procureur-generaal concludeert dat het cassatiemiddel faalt. Een hof dat een mondeling vonnis bevestigt, hoeft de tenlastelegging niet opnieuw in zijn arrest op te nemen als het vonnis al correct naar de dagvaarding verwijst. Wel wordt ambtshalve geadviseerd tot strafvermindering wegens overschrijding van de redelijke termijn.

StrafrechtStrafprocesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Rechtbank Noord-Nederland

ECLI:NL:RBNNE:2025:2899 - Rechtbank Noord-Nederland - 8 juli 2025

ECLI:NL:RBNNE:2025:28998 juli 2025Dit wetsartikel wordt 10 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Rechtbank Noord-Nederland

ECLI:NL:RBNNE:2025:3892 - Jeugdige veelpleger krijgt lagere straf door verminderde toerekenbaarheid en termijnoverschrijding - 26 september 2025

ECLI:NL:RBNNE:2025:389226 september 2025Dit wetsartikel wordt 8 keer genoemd in deze uitspraak

Rechtbank Noord-Nederland veroordeelt een jeugdige verdachte voor veertien feiten, waaronder vernielingen en diefstallen. Bij de strafoplegging wordt in matigende zin rekening gehouden met de verminderde toerekeningsvatbaarheid van de verdachte en de overschrijding van de redelijke termijn ex artikel 6 EVRM.

StrafrechtJeugdstrafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Rechtbank Noord-Nederland

ECLI:NL:RBNNE:2025:4117 - Rechtbank Noord-Nederland - 9 oktober 2025

ECLI:NL:RBNNE:2025:41179 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 7 keer genoemd in deze uitspraak
Parket bij de Hoge Raad

ECLI:NL:PHR:2025:828 - Conclusie A-G: Strafmaatverweer na vonnis geen uitdrukkelijk onderbouwd standpunt - 16 september 2025

ECLI:NL:PHR:2025:82816 september 2025Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak

De A-G adviseert de Hoge Raad het cassatieberoep te verwerpen. Een strafmaatverweer gebaseerd op nieuwe persoonlijke omstandigheden is niet per se een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt. Bovendien hoeft een rechter zijn voorlopige gedachten over de strafoplegging niet met de verdediging te delen.

StrafrechtStrafprocesrecht
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:4713 - Rechtbank Overijssel - 15 juli 2025

ECLI:NL:RBOVE:2025:471315 juli 2025Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtJeugdstrafrecht, Materieel Strafrecht
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:4365 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 10 juli 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:436510 juli 2025Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Parket bij de Hoge Raad

ECLI:NL:PHR:2025:799 - Parket bij de Hoge Raad - 15 juli 2025

ECLI:NL:PHR:2025:79915 juli 2025Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:4623 - Rechtbank Overijssel - 10 juli 2025

ECLI:NL:RBOVE:2025:462310 juli 2025Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht, Penitentiair Strafrecht
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:6449 - Rechtbank veroordeelt minderjarige voor gewapende overval en openlijk geweld - 26 september 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:644926 september 2025Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Een minderjarige verdachte wordt door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant veroordeeld voor medeplegen van een gewapende overval op een supermarkt, twee openlijke geweldplegingen en drugsbezit. Zij legt een deels voorwaardelijke jeugddetentie en een werkstraf op, rekening houdend met de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden.

StrafrechtJeugdstrafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Civiel RechtLetselschaderecht
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2025:8432 - Rechtbank Limburg - 26 augustus 2025

ECLI:NL:RBLIM:2025:843226 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht, Penitentiair Strafrecht
Rechtbank Gelderland

ECLI:NL:RBGEL:2025:6056 - Rechtbank Gelderland - 18 juli 2025

ECLI:NL:RBGEL:2025:605618 juli 2025Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtFinancieel Economisch Strafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:4714 - Rechtbank Overijssel - 15 juli 2025

ECLI:NL:RBOVE:2025:471415 juli 2025Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtJeugdstrafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:4642 - Rechtbank Overijssel - 11 juli 2025

ECLI:NL:RBOVE:2025:464211 juli 2025Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Financieel Economisch Strafrecht, Strafprocesrecht
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:4645 - Rechtbank Overijssel - 11 juli 2025

ECLI:NL:RBOVE:2025:464511 juli 2025Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2025:9156 - Poging doodslag met vol opzet ondanks sterk verminderde toerekeningsvatbaarheid (PTSS) - 24 september 2025

ECLI:NL:RBLIM:2025:915624 september 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

De Rechtbank Limburg veroordeelt een verdachte voor poging tot doodslag. Hoewel voorbedachte rade ontbreekt, wordt vol opzet aangenomen. Bij de strafoplegging wordt sterk rekening gehouden met verminderde toerekeningsvatbaarheid door PTSS, wat resulteert in een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden gericht op behandeling.

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:5562 - Medeplegen overval: rol als chauffeur en voorwaardelijk opzet op geweld - 15 september 2025

ECLI:NL:RBOVE:2025:556215 september 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

De rechtbank Overijssel oordeelt dat de initiator en chauffeur van een overval als medepleger kwalificeren, ook zonder uitvoeringshandelingen. Zijn bijdrage is van voldoende gewicht. Daarnaast wordt voorwaardelijk opzet op het geweld aangenomen, omdat de kans op geweld bij een overval op klaarlichte dag aanmerkelijk is.

StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Civiel RechtLetselschaderecht
Rechtbank Amsterdam

ECLI:NL:RBAMS:2025:6891 - Rechtbank Amsterdam - 5 september 2025

ECLI:NL:RBAMS:2025:68915 september 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Penitentiair Strafrecht, Strafprocesrecht
Gerechtshof Den Haag

ECLI:NL:GHDHA:2025:1715 - Gerechtshof Den Haag - 27 augustus 2025

ECLI:NL:GHDHA:2025:171527 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtInternationaal Strafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten, Volkenrecht
Rechtbank Noord-Nederland

ECLI:NL:RBNNE:2025:3505 - Rechtbank Noord-Nederland - 26 augustus 2025

ECLI:NL:RBNNE:2025:350526 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht