Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
Titel VI. Behandeling van de zaak door de rechtbank
Derde afdeeling. Bewijs
Artikel 342

Artikel 342 (Getuigenverklaring definitie unus testis-regel)

Laatste versie

1. Onder verklaring van een getuige wordt verstaan zijne bij het onderzoek op de terechtzitting gedane mededeeling van feiten of omstandigheden, welke hij zelf waargenomen of ondervonden heeft.

2. Het bewijs dat de verdachte het telastegelegde feit heeft begaan, kan door den rechter niet uitsluitend worden aangenomen op de verklaring van één getuige.

Uitleg in duidelijke taal

1. Onder verklaring van een getuige wordt verstaan zijne bij het onderzoek op de terechtzitting gedane mededeeling van feiten of omstandigheden, welke hij zelf waargenomen of ondervonden heeft.

Dit lid definieert wat wordt verstaan onder een 'verklaring van een getuige'. Het is de 'mededeeling van feiten of omstandigheden' die de getuige heeft gedaan tijdens het 'onderzoek op de terechtzitting', en deze feiten of omstandigheden moet de getuige 'zelf waargenomen of ondervonden' hebben.

2. Het bewijs dat de verdachte het telastegelegde feit heeft begaan, kan door den rechter niet uitsluitend worden aangenomen op de verklaring van één getuige.

Dit lid bepaalt dat de 'rechter' het 'bewijs' dat de 'verdachte' het 'telastegelegde feit' heeft begaan, 'niet uitsluitend' mag aannemen op 'de verklaring van één getuige'. Dit betekent dat de verklaring van een enkele getuige niet als enige bewijsmiddel mag dienen om het feit bewezen te verklaren.