Terug naar bibliotheek
Eerste Boek. De wijze van procederen voor de rechtbanken, de hoven en de Hoge Raad
Tweede titel. De dagvaardingsprocedure in eerste aanleg
Twaalfde afdeling. Het vonnis
§ 2. Kosten
Artikel 242

Artikel 242 (Ambtshalve matiging bedongen kosten)

Laatste versie

1. De rechter kan bedragen die geacht kunnen worden te zijn bedongen ter vergoeding van proceskosten of van buitengerechtelijke kosten als bedoeld in artikel 96, tweede lid, onder b en c, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek ambtshalve matigen, doch niet tot onder het bedrag van de krachtens de wet te begroten proceskosten respectievelijk het bedrag van de buitengerechtelijke kosten die, gelet op de tarieven volgens welke zodanige kosten aan de opdrachtgevers gewoonlijk in rekening worden gebracht, jegens de wederpartij redelijk zijn.

2. Het eerste lid is niet van toepassing ter zake van kosten als bedoeld in artikel 96, vijfde lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en geldt niet voor overeenkomsten die strekken tot regeling van een reeds gerezen geschil.

Uitleg in duidelijke taal

1. De rechter kan bedragen die geacht kunnen worden te zijn bedongen ter vergoeding van proceskosten of van buitengerechtelijke kosten als bedoeld in artikel 96, tweede lid, onder b en c, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek ambtshalve matigen, doch niet tot onder het bedrag van de krachtens de wet te begroten proceskosten respectievelijk het bedrag van de buitengerechtelijke kosten die, gelet op de tarieven volgens welke zodanige kosten aan de opdrachtgevers gewoonlijk in rekening worden gebracht, jegens de wederpartij redelijk zijn.

Dit betekent dat de rechter de bevoegdheid heeft om bedragen, die verondersteld worden te zijn bedongen (overeengekomen) als vergoeding van proceskosten of van buitengerechtelijke kosten als bedoeld in artikel 96, tweede lid, onder b en c, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, uit eigen beweging (ambtshalve) te verlagen (matigen). Deze matiging mag echter niet leiden tot een bedrag dat lager is dan het bedrag van de proceskosten die krachtens de wet te begroten zijn. Voor de buitengerechtelijke kosten geldt dat het gematigde bedrag niet lager mag zijn dan het bedrag dat redelijk is jegens de wederpartij, rekening houdend met (gelet op) de tarieven volgens welke zodanige kosten aan de opdrachtgevers gewoonlijk in rekening worden gebracht.

2. Het eerste lid is niet van toepassing ter zake van kosten als bedoeld in artikel 96, vijfde lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en geldt niet voor overeenkomsten die strekken tot regeling van een reeds gerezen geschil.

De regel in het eerste lid is niet van toepassing op kosten als bedoeld in artikel 96, vijfde lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek. Bovendien geldt de regel in het eerste lid niet voor overeenkomsten die strekken tot regeling van een reeds gerezen geschil (een geschil dat al is ontstaan).

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

26 uitspraken gevonden
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2025:1081 - Oneerlijk proceskostenbeding: Hoge Raad stelt prejudiciële vraag aan HvJEU - 4 juli 2025

ECLI:NL:HR:2025:10814 juli 2025Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

Een beding dat de consument verplicht alle gerechtelijke kosten van de verhuurder te betalen is oneerlijk. De Hoge Raad vraagt het HvJEU of na schrapping van dit beding de rechter de consument nog mag veroordelen in de proceskosten op basis van het nationale procesrecht (art. 237 Rv).

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Verbintenissenrecht, Europees Civiel Recht, Huurrecht
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2025:7817 - Rechtbank Noord-Holland - 9 juli 2025

ECLI:NL:RBNHO:2025:78179 juli 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Huurrecht
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2025:6436 - Rechtbank Limburg - 2 juli 2025

ECLI:NL:RBLIM:2025:64362 juli 2025Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2025:11658 - Rechtbank Rotterdam - 3 oktober 2025

ECLI:NL:RBROT:2025:116583 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:6409 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 24 september 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:640924 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Midden-Nederland

ECLI:NL:RBMNE:2025:4831 - Rechtbank Midden-Nederland - 3 september 2025

ECLI:NL:RBMNE:2025:48313 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:5963 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 3 september 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:59633 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Gelderland

ECLI:NL:RBGEL:2025:7482 - Rechtbank Gelderland - 27 augustus 2025

ECLI:NL:RBGEL:2025:748227 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Vastgoedrecht, Burgerlijk Procesrecht
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:6008 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 27 augustus 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:600827 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht
Rechtbank Gelderland

ECLI:NL:RBGEL:2025:7220 - Rechtbank Gelderland - 21 augustus 2025

ECLI:NL:RBGEL:2025:722021 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2025:9932 - Rechtbank Noord-Holland - 13 augustus 2025

ECLI:NL:RBNHO:2025:993213 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht, Europees Civiel Recht
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:5466 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 13 augustus 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:546613 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Rechtbank Amsterdam

ECLI:NL:RBAMS:2025:5741 - Rechtbank Amsterdam - 6 augustus 2025

ECLI:NL:RBAMS:2025:57416 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Insolventierecht, Burgerlijk Procesrecht
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2025:10655 - Rechtbank Rotterdam - 1 augustus 2025

ECLI:NL:RBROT:2025:106551 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2025:9085 - Rechtbank Noord-Holland - 24 juli 2025

ECLI:NL:RBNHO:2025:908524 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2025:9937 - Rechtbank Noord-Holland - 23 juli 2025

ECLI:NL:RBNHO:2025:993723 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Burgerlijk Procesrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:4982 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 23 juli 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:498223 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2025:9260 - Rechtbank Noord-Holland - 16 juli 2025

ECLI:NL:RBNHO:2025:926016 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht
Rechtbank Noord-Holland

ECLI:NL:RBNHO:2025:9930 - Rechtbank Noord-Holland - 16 juli 2025

ECLI:NL:RBNHO:2025:993016 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBOBR:2025:4588 - Rechtbank Oost-Brabant - 16 juli 2025

ECLI:NL:RBOBR:2025:458816 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtBouwrecht, Verbintenissenrecht