Uitspraak inhoud

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Civiel recht Kantonrechter

Zittingsplaats Breda

Zaaknummer: 11634938 \ CV EXPL 25-1180

Vonnis van 3 september 2025

in de zaak van

RONASME B.V., te Antwerpen, eisende partij, hierna te noemen: Ronasme B.V., gemachtigde: Janssen & Janssen c.s. Gerechtsdeurwaarders,

tegen

AXON INTERIEURBOUW B.V., te Breda, gedaagde partij, hierna te noemen: Axon Interieurbouw B.V., procederend in persoon.

1 De zaak in het kort

Deze zaak gaat over de vraag of de huurovereenkomst tussen verhuurder Ronasme B.V. en Axon Interieurbouw B.V. als huurder moet worden ontbonden en de bedrijfsruimte moet worden ontruimd door een huurachterstand. De kantonrechter zal de vorderingen van Ronasme B.V. (grotendeels) toewijzen. Hierna legt de kantonrechter uit waarom.

2 De procedure

2.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • het tussenvonnis van 23 april 2025

  • de mondelinge behandeling van 5 augustus 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt;

  • het ter zitting overgelegde overzicht met de actuele huurachterstand door Ronasme B.V.

2.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

3 De feiten

3.1. Op grond van de niet of onvoldoende weersproken stellingen van partijen en de overgelegde stukken, gaat de kantonrechter – voor zover nu van belang – uit van de volgende feiten: a. Axon Interieurbouw B.V. huurt sinds 1 april 2020 de bedrijfsruimte aan [adres 2] (hierna: het gehuurde) van Ronasme B.V. De huurovereenkomst is aangegaan voor de duur van vijf jaar. Omdat de huurovereenkomst niet (tijdig) is opgezegd, is de huurovereenkomst voortgezet tot en met 31 maart 2030.

b. De huur bedraagt op jaarbasis een bedrag van € 21.000, zijnde € 2.515,30 per maand. De huurprijs wordt op grond van artikel 4.5 van de huurovereenkomst jaarlijks per 1 april geïndexeerd. De maandelijkse huur bedraagt per 1 mei 2025 een bedrag van € 1.615,95.

c. Op de huurovereenkomst zijn de algemene bepalingen huurovereenkomst kantoorruimte en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW van toepassing.

d. Er is een achterstand ontstaan in de huurbetalingen van € 16.038,90. Dit betreft de huurachterstand tot en met augustus 2025.

4 Het geschil

4.1. Ronasme B.V. vordert de tussen partijen bestaande huurovereenkomst te ontbinden en Axon Interieurbouw B.V. te veroordelen het gehuurde te ontruimen, alsmede om Axon Interieurbouw B.V. te veroordelen tot betaling van een bedrag aan huurachterstand en/of gebruiksvergoeding en/of schadevergoeding, vermeerderd met boete, kosten en rente, met veroordeling van Axon Interieurbouw B.V. in de proceskosten. Bij overzicht van 31 juli 2025 heeft Ronasme B.V. haar vordering geactualiseerd. Momenteel staat aan (kale) huurachterstand tot en met augustus 2025 een bedrag van € 16.038,90 open.

4.2. Axon Interieurbouw B.V. erkent de geactualiseerde huurachterstand. Zij voert – kort weergegeven – aan dat vanwege gezondheidsproblemen een achterstand in huur is ontstaan. Axon Interieurbouw B.V. heeft besloten het pand leeg te halen nu de omzet van het bedrijf is verminderd. Tot slot deelt Axon Interieurbouw B.V. mede dat het gehuurde leeg staat en direct kan worden opgeleverd.

4.3. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5 De beoordeling

De huurachterstand

5.1. Vast staat dat Axon Interieurbouw B.V. een huurachterstand heeft laten ontstaan. Ronasme B.V. heeft deze huurachterstand ten tijde van het uitbrengen van de dagvaarding op 17 maart 2025 berekend op een bedrag van € 8.090,40 (huurachterstand tot en met maart 2025). Axon Interieurbouw B.V. heeft tijdens de mondelinge behandeling de actuele huurachterstand erkend, zodat het bedrag van € 16.038,90 aan huurachterstand tot en met augustus 2025 zal worden toegewezen. Axon Interieurbouw B.V. zal dan ook worden veroordeeld tot betaling van dat bedrag.

Ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde

5.2. Wat betreft de gevorderde ontbinding en ontruiming overweegt de kantonrechter als volgt. Ingevolge artikel 6:265 BW geeft iedere tekortkoming van een partij de wederpartij de bevoegdheid om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te (doen) ontbinden, tenzij de tekortkoming gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis deze ontbinding niet rechtvaardigt. Gelet op de hoogte van huurachterstand, is naar het oordeel van de kantonrechter de gevorderde ontbinding van de tussen partijen bestaande huurovereenkomst en de ontruiming van het gehuurde gerechtvaardigd. De door gedaagde aangevoerde omstandigheden zijn van onvoldoende bijzondere aard om tot een ander oordeel te komen.

5.3. Verder ziet de kantonrechter geen grond voor de gevorderde machtiging van Ronasme B.V. om de ontruiming zelf uit te (doen) voeren. Deze wijze van ontruiming berust immers niet op de wet. Artikel 556 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering (Rv) schrijft voor dat de gedwongen ontruiming geschiedt door een deurwaarder. Onverenigbaar met die regel is dat de kantonrechter Ronasme B.V. toch zou machtigen om zelf de ontruiming te bewerkstelligen; in zoverre derogeert artikel 556 lid 1 Rv bij ontruimingsbeslissingen aan artikel 3:299 van het Burgerlijk Wetboek (BW).

5.4. Ten aanzien van de gevorderde ontruimingskosten overweegt de kantonrechter dat deze zullen worden afgewezen. Ingevolge artikel 237 lid 3 Rv wordt het bedrag van de kosten waarin de verliezende partij wordt veroordeeld bij het vonnis vastgesteld, voor zover die kosten vóór de uitspraak zijn gemaakt. Daarvan is bij ontruimingskosten geen sprake; dit zijn immers kosten die ná het ontruimingsvonnis (mogelijk) worden gemaakt. Ten tijde van het ontruimingsvonnis staat nog niet vast of deze kosten zullen worden gemaakt en zo ja, in welke omvang. Ronasme B.V. zal daarom een afzonderlijke executoriale titel moeten verwerven voor het verhaal van de executiekosten, bestaande uit een veroordeling tot betaling van die kosten.

Vervaltermijnen en toekomstige huurtermijnen

5.5. De kantonrechter wijst het gevorderde bedrag zoals in de dagvaarding van € 2.515,30 per maand voor nog te vervallen huurpenningen vanaf 1 september 2025 toe, tot aan de datum van ontbinding van de huurovereenkomst. De huurtermijnen tot en met augustus 2025 zijn al meegenomen in het toe te wijzen bedrag dat Axon Interieurbouw B.V. moet betalen.

5.6. De kantonrechter wijst ook een bedrag toe van € 2.515,30 per maand als gebruiksvergoeding/schadevergoeding voor elke maand of gedeelte daarvan dat Axon Interieurbouw B.V. vanaf de datum van ontbinding van de huurovereenkomst in gebreke blijft het gehuurde te ontruimen.

Boete, rente en kosten

5.7. Omdat Axon Interieurbouw B.V. de huur over de maanden oktober 2024, december 2024, januari 2025 en maart 2025 niet of niet tijdig heeft betaald, vordert Ronasme B.V. op grond van artikel 23.2 van de algemene bepalingen een boeterente van in totaal € 1.200,00. Axon Interieurbouw B.V. heeft niet weersproken dat zij de huur over die maanden niet of niet tijdig heeft betaald. De gevorderde boeterente is daarom toewijsbaar.

5.8. De kantonrechter overweegt vervolgens dat het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in haar uitspraak van 7 april 2015 (te vinden op www.rechtspraak.nl onder: ECLI:NL:GHARL:2015:2517) heeft bepaald dat wettelijke rente, gelet op het bepaalde in artikel 6:92 lid 2 BW, niet kan worden toegewezen naast een contractuele boete als de onderhavige. De kantonrechter wijst de wettelijke rente dan ook af.

5.9. Verder vordert Ronasme B.V. een bedrag van € 1.369,59 aan buitengerechtelijke incassokosten. Met betrekking tot de gevorderde vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten overweegt de kantonrechter dat Ronasme B.V. deze heeft gevorderd op grond van de tussen partijen gesloten overeenkomst. In beginsel komt de vordering op grond van die overeenkomst voor toewijzing in aanmerking. In dit geval acht de kantonrechter echter redenen aanwezig om de vergoeding op grond van artikel 242 Rv te matigen tot het bedrag, berekend op grond van de bij het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten horende staffel. Niet is gesteld en onderbouwd dat er zodanige buitengerechtelijke werkzaamheden zijn verricht die een hoger bedrag dan de staffel rechtvaardigen. De kantonrechter zal dan ook een bedrag van € 910,28 (inclusief btw) toewijzen, behorend bij een hoofdsom van € 7.545,90.

5.10. Axon Interieurbouw B.V. is grotendeels in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Ronasme B.V. worden begroot op:

6 De beslissing

De kantonrechter:

6.1. ontbindt met ingang van de dag na heden de huurovereenkomsten tussen partijen betreffende het gehuurde (de bedrijfsruimte met verdere aanhorigheden + 2 parkeerplaatsen), staande en gelegen [adres 2];

6.2. veroordeelt Axon Interieurbouw B.V. om het gehuurde binnen veertien dagen na de betekening van dit vonnis met al degene die en al hetgeen dat zich daarin op daarop bevinden, volledig en behoorlijk te ontruimen en te verlaten en met afgifte van de sleutels ter vrije beschikking van Ronasme B.V. te stellen en vervolgens ontruimd te houden;

6.3. veroordeelt Axon Interieurbouw B.V. om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Ronasme B.V. te betalen:

6.4. veroordeelt Axon Interieurbouw B.V in de proceskosten van € 1.634,47, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe. Als Axon Interieurbouw B.V niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet Axon Interieurbouw B.V ook de kosten van betekening betalen;

6.5. verklaart de hiervoor uitgesproken veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;

6.6. wijst het meer of anders gevorderde af.

Dit vonnis is gewezen door mr. Ebben en in het openbaar uitgesproken op 3 september 2025.