Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk II. Doelstelling, beheer en toezicht
Artikel 4

Artikel 4

Laatste versie

1. Een penitentiair programma is een samenstel van activiteiten waaraan wordt deelgenomen door personen ter verdere tenuitvoerlegging van de aan hen opgelegde vrijheidsstraf of voorlopige hechtenis in aansluiting op hun verblijf in een inrichting en dat als zodanig door Onze Minister is erkend.

2. Gedetineerden kunnen in de gelegenheid worden gesteld tot deelname aan een penitentiair programma direct voorafgaand aan de datum van invrijheidstelling, mits:

a. de gedetineerde een of meer onvoorwaardelijke vrijheidsstraffen ondergaat waarvan de duur onderscheidenlijk de gezamenlijke duur ten minste zes maanden en ten hoogste een jaar bedraagt; b. bij aanvang van de deelname aan het penitentiair programma nog ten minste vier weken van de vrijheidsstraf of vrijheidsstraffen moeten worden ondergaan; en c. er geen andere omstandigheden zijn die zich tegen zijn deelname verzetten.

De deelname aan het penitentiair programma duurt niet langer dan een zesde deel van de vrijheidsstraf of vrijheidsstraffen die de gedetineerde nog moet ondergaan. Indien de veroordeling tot een vrijheidsstraf nog niet onherroepelijk is, wordt de datum van invrijheidstelling voor de toepassing van dit lid berekend op grond van de veroordeling waartegen het rechtsmiddel is aangewend.

3. Bij de beslissing om een gedetineerde in de gelegenheid te stellen deel te nemen aan een penitentiair programma worden in ieder geval de volgende aspecten betrokken:

a. de mate waarin en de wijze waarop is gebleken van goed gedrag; b. de mogelijkheden om eventuele aan de grotere vrijheden verbonden risico’s te beperken en beheersen, en c. de belangen van slachtoffers, nabestaanden en andere relevante personen, waaronder de door de veroordeelde geleverde inspanningen om de door het strafbare feit veroorzaakte schade te vergoeden.

4. Aan deelname aan het penitentiaire programma kunnen voorwaarden betreffende het gedrag van de gedetineerde worden gesteld. De deelnemer aan een penitentiair programma kan onder elektronisch toezicht worden gesteld. Bij het uitoefenen van toezicht op de deelname aan een penitentiair programma wordt de identiteit van de deelnemer aan het penitentiair programma vastgesteld op de wijze, bedoeld in artikel 27a, eerste lid, eerste volzin, en tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.

5. Indien een gedetineerde niet langer aan de voorwaarden voor deelname aan het penitentiaire programma voldoet of zich niet aan de voorwaarden betreffende het gedrag houdt, kan het penitentiaire programma worden beëindigd.

6. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld die in elk geval betreffen:

a. de inhoud van het penitentiair programma, b. de nadere voorwaarden voor deelname aan het penitentiair programma en de voorwaarden betreffende het gedrag, bedoeld in het derde lid, c. het toezicht, waaronder het elektronisch toezicht, tijdens de deelname, d. de gevolgen van verzuim van deelname aan het programma of niet-nakoming van de daaraan verbonden voorwaarden, en e. de rechtspositie van de deelnemers aan een penitentiair programma.

7. Met inachtneming van het tweede lid en de regels krachtens het zesde lid kan Onze Minister een penitentiair programma erkennen en bepalen welke gedetineerden voor deelname hieraan in aanmerking komen.

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

289 uitspraken gevonden
Gerechtshof Den Haag

ECLI:NL:GHDHA:2025:1715 - Gerechtshof Den Haag - 27 augustus 2025

ECLI:NL:GHDHA:2025:171527 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 20 keer genoemd in deze uitspraak
Strafrecht•Internationaal Strafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Internationaal Publiekrecht•Mensenrechten, Volkenrecht
Gerechtshof Den Haag

ECLI:NL:GHDHA:2025:1269 - Gerechtshof Den Haag - 7 juli 2025

ECLI:NL:GHDHA:2025:12697 juli 2025Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Strafrecht•Financieel Economisch Strafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Gerechtshof 's-Hertogenbosch

ECLI:NL:GHSHE:2025:2727 - Gerechtshof 's-Hertogenbosch - 3 oktober 2025

ECLI:NL:GHSHE:2025:27273 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Den Haag2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:GHDHA:2025:1258 - Gerechtshof Den Haag - 3 juli 2025

ECLI:NL:GHDHA:2025:12583 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Strafrecht•Materieel Strafrecht, Financieel Economisch Strafrecht, Strafprocesrecht
Gerechtshof Den Haag1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:GHDHA:2025:1333 - Gerechtshof Den Haag - 16 juli 2025

ECLI:NL:GHDHA:2025:133316 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Strafrecht•Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Internationaal Publiekrecht•Europees Recht
Gerechtshof Amsterdam1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:GHAMS:2025:1735 - Gerechtshof Amsterdam - 4 juli 2025

ECLI:NL:GHAMS:2025:17354 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Strafrecht•Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Gerechtshof Amsterdam1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:GHAMS:2025:1698 - Gerechtshof Amsterdam - 3 juli 2025

ECLI:NL:GHAMS:2025:16983 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Strafrecht•Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Internationaal Publiekrecht•Europees Recht, Mensenrechten
Rechtbank Midden-Nederland

ECLI:NL:RBMNE:2025:5289 - Rechtbank Midden-Nederland - 10 oktober 2025

ECLI:NL:RBMNE:2025:528910 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:6861 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 10 oktober 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:686110 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2025:2695 - Gerechtshof Amsterdam - 9 oktober 2025

ECLI:NL:GHAMS:2025:26959 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2025:2706 - Gerechtshof Amsterdam - 9 oktober 2025

ECLI:NL:GHAMS:2025:27069 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:5990 - Rechtbank Overijssel - 9 oktober 2025

ECLI:NL:RBOVE:2025:59909 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2025:6809 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 9 oktober 2025

ECLI:NL:RBZWB:2025:68099 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2025:2690 - Gerechtshof Amsterdam - 8 oktober 2025

ECLI:NL:GHAMS:2025:26908 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

ECLI:NL:GHARL:2025:6146 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 8 oktober 2025

ECLI:NL:GHARL:2025:61468 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

ECLI:NL:GHARL:2025:6196 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 8 oktober 2025

ECLI:NL:GHARL:2025:61968 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2025:2669 - Gerechtshof Amsterdam - 7 oktober 2025

ECLI:NL:GHAMS:2025:26697 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2025:2679 - Gerechtshof Amsterdam - 7 oktober 2025

ECLI:NL:GHAMS:2025:26797 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Gerechtshof Amsterdam

ECLI:NL:GHAMS:2025:2680 - Gerechtshof Amsterdam - 7 oktober 2025

ECLI:NL:GHAMS:2025:26807 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2025:9618 - Rechtbank Limburg - 7 oktober 2025

ECLI:NL:RBLIM:2025:96187 oktober 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak