Terug naar rechtsgebieden

transport en handelsrecht

Tot 13 recente arresten van de Hoge Raad

Hoge RaadECLI:NL:HR:2022:1222

Bewijslastverdeling CMR: wie bewijst identiteit van de vracht?

Arrest

15 september 20223× aangehaald in latere zaken

Het CMR-verdrag bevat geen specifieke regel voor de bewijslastverdeling als de identiteit van de vervoerde goederen wordt betwist. In dat geval valt men terug op het nationale recht. De partij die stelt dat andere goederen zijn meegegeven dan op de vrachtbrief staan, draagt de bewijslast.

Civiel RechtTransport en Handelsrecht, Burgerlijk Procesrecht, Internationaal Privaatrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2020:956

Rechtsmacht en fondsvorming: de wisselwerking tussen LLMC en Brussel I-bis

Arrest

28 mei 20209× aangehaald in latere zaken

Artikel 11 LLMC creëert zelf geen rechtsmacht, maar stelt de voorwaarde dat er een rechtsgeding aanhangig is. Rechtsmacht voor een verzoek tot fondsvorming moet berusten op een externe grondslag, zoals de Verordening Brussel I-bis of het commune bevoegdheidsrecht.

Civiel RechtInternationaal Privaatrecht, Transport en Handelsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2018:1108

Voorrecht zeevarende voor pensioenschade prevaleert boven hypotheekrecht bank

Arrest

5 juli 20183× aangehaald in latere zaken

Een vordering tot schadevergoeding wegens het niet nakomen van een pensioenverplichting door een werkgever, vloeit voort uit de zee-arbeidsovereenkomst. Deze vordering is bevoorrecht op grond van art. 8:211 sub b BW en heeft voorrang op een scheepshypotheek, zonder de tijdslimiet voor loonvorderingen.

Civiel RechtArbeidsrecht, Transport en Handelsrecht, Goederenrecht, Verbintenissenrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2018:981

Advocatenfout, devolutieve werking en de maatstaf voor bewuste roekeloosheid

Arrest

21 juni 201812× aangehaald in latere zaken

De Hoge Raad oordeelt over de schade door een advocatenfout (gemiste cassatietermijn). De rechter moet de hypothetische uitkomst beoordelen en daarbij, door de devolutieve werking van het appel, ook ingaan op verweren die in eerste aanleg onbehandeld bleven. De maatstaf voor bewuste roekeloosheid wordt bevestigd.

Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht, Transport en Handelsrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2018:729

Aansprakelijkheidslimiet binnenvaart: rechter corrigeert verouderd bedrag met inflatie

Arrest

17 mei 201873× aangehaald in latere zaken

Een beroep op een wettelijke aansprakelijkheidslimiet die jarenlang niet is geïndexeerd, is naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. De rechter mag het bedrag corrigeren voor inflatie, maar niet verder verhogen, omdat dit de rechtsvormende taak te buiten gaat.

Civiel RechtTransport en Handelsrecht, Letselschaderecht, Verbintenissenrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
StaatsrechtGrondrechten
Hoge RaadECLI:NL:HR:2018:142

Wrakkenfonds prevaleert: lex specialis bij samenloop van beperkingsvorderingen onder LLMC

Arrest

1 februari 20184× aangehaald in latere zaken

Een regresvordering voor kosten van hulpverlening en wrakopruiming, die valt onder art. 2 lid 1 (d) en (e) LLMC, moet verhaald worden op het wrakkenfonds. Dit speciale regime, ingesteld na het Nederlandse voorbehoud van art. 18 LLMC, geldt als lex specialis en prevaleert boven de algemene beperkingsmogelijkheid van het zakenfonds.

Civiel RechtTransport en Handelsrecht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Internationaal PubliekrechtVolkenrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2018:140

Regresvordering voor berging van wrak en lading valt in wrakkenfonds

Arrest

1 februari 20183× aangehaald in latere zaken

Een regresvordering voor kosten van wrak- en ladingopruiming valt onder de specifieke categorie voor beperking van aansprakelijkheid (wrakkenfonds). Deze specifieke regeling (lex specialis) prevaleert boven de algemene regeling voor zaakschade (zakenfonds), ook als de handelingen als hulpverlening kunnen worden aangemerkt.

Civiel RechtTransport en Handelsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Internationaal PubliekrechtVolkenrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2015:2528

Ruime uitleg begrip opvolgend vervoerder en bindende kracht buitenlands vonnis

Arrest

10 september 201513× aangehaald in latere zaken

Van opvolgend vervoer (art. 34 CMR) kan ook sprake zijn als een hoofdvervoerder zelf geen deel van het vervoer uitvoert (papieren vervoerder). Een vervoerder die kon deelnemen aan een eerdere procedure, is in een regresprocedure gebonden aan de vastgestelde aansprakelijkheid en schadeomvang (art. 39 CMR).

Civiel RechtTransport en Handelsrecht, Burgerlijk Procesrecht, Internationaal Privaatrecht
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2013:2043

Brinky/Hazeleger: Verjaring, schorsing en stuiting onder het CMR-Verdrag

Arrest

19 december 20137× aangehaald in latere zaken

De Hoge Raad legt de verhouding tussen schorsing (art. 32 lid 2 CMR) en stuiting (art. 32 lid 3 CMR) uit. Na schorsing door een schriftelijke vordering en afwijzing door de vervoerder, kan een nieuwe schriftelijke aanmaning (art. 3:317 BW) de verjaring niet opnieuw stuiten.

Civiel RechtTransport en Handelsrecht, Internationaal Privaatrecht, Verbintenissenrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2012:BW6747

Doorbreking aansprakelijkheidslimiet CMR: strenge eisen aan bewust roekeloos handelen

Arrest

9 augustus 201210× aangehaald in latere zaken

Voor doorbreking van de aansprakelijkheidslimiet van de vervoerder (art. 29 CMR) is bewust roekeloos handelen vereist. De wetenschap dat de kans op schade aanzienlijk groter is dan de kans dat deze uitblijft, moet uit de feiten en omstandigheden blijken. Enkel onzorgvuldigheid is daarvoor onvoldoende.

Civiel RechtTransport en Handelsrecht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2012:BV1523

Toepasselijk recht en kenmerkende prestatie bij een documentair accreditief

Arrest

5 april 20123× aangehaald in latere zaken

Bij een documentair accreditief (L/C) is de openende bank de partij die de kenmerkende prestatie verricht. Bij gebreke van een rechtskeuze wordt de overeenkomst beheerst door het recht van het land waar deze bank is gevestigd, tenzij de overeenkomst duidelijk nauwer met een ander land verbonden is.

Civiel RechtInternationaal Privaatrecht, Transport en Handelsrecht, Burgerlijk Procesrecht, Financieel Recht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2012:BV1522

Documentair krediet (L/C): kenmerkende prestatie en toepasselijk recht

Arrest

5 april 20125× aangehaald in latere zaken

Bij een documentair krediet (L/C) is de betalingsverplichting van de openende bank de kenmerkende prestatie in de zin van art. 4 lid 2 EVO. Bij gebreke van een rechtskeuze is het recht van het land van vestiging van de openende bank van toepassing op de rechtsverhouding.

Civiel RechtInternationaal Privaatrecht, Transport en Handelsrecht, Financieel Recht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge RaadECLI:NL:HR:2011:BT2708

Beslag op zusterschip voor zeerechtvordering op niet-eigenaar (Furtrans/Augusta)

Arrest

8 december 20114× aangehaald in latere zaken

Op grond van het Beslagverdrag 1952 kan voor een zeerechtelijke vordering conservatoir beslag worden gelegd op een schip van de schuldenaar, ook als deze schuldenaar niet de eigenaar is van het schip waarop de vordering betrekking heeft, mits verhaal op het beslagen schip mogelijk is.

Civiel RechtTransport en Handelsrecht, Burgerlijk Procesrecht, Internationaal Privaatrecht