ECLI:NL:RBDHA:2025:15135 - Rechtbank Den Haag - 12 augustus 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.37876
V-nummer: [V-nummer] (gemachtigde: mr. M.P.J.W.M. Govers),
en
de minister van Asiel en Migratie,
Procesverloop
Eiser heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag.
Overwegingen
Voor het wettelijk kader en de aan het beroep ten grondslag liggende overwegingen verwijst de rechtbank naar de aan deze uitspraak gehechte bijlage.
Is de beslistermijn overschreden? (X) Ja( ) Nee Is er een correcte ingebrekestelling en is het beroep meer dan twee weken later ingesteld? (X) Ja( ) Nee Is het beroep gegrond? ( ) NeeHet beroep is kennelijk niet-ontvankelijk omdat niet is voldaan aan de voorwaarden voor het instellen van beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit. (X) Ja
Binnen welke termijn moet verweerder alsnog een besluit nemen?
(X) Er is sprake van bijzondere omstandigheden. Er zijn achterstanden in de behandeling van asielaanvragen. De rechtbank acht een nadere beslistermijn tot uiterlijk 8 november 2025 redelijk. Hierbij wordt zowel recht gedaan aan het belang van verweerder om een zorgvuldige beslissing te nemen, als aan het belang van eiser om op korte termijn een beslissing te krijgen op de aanvraag. Ook wordt daarmee de uiterste termijn van 21 maanden zoals genoemd in artikel 31, vijfde lid, van de Procedurerichtlijn niet overschreden.
Is er aanleiding om een rechterlijke dwangsom op te leggen? (X) Ja( ) Nee Hoe hoog is de rechterlijke dwangsom als verweerder niet binnen deze termijn beslist? (X) € 100 per dag met een maximum van € 15.000.( ) € 200 per dag met een maximum van € 15.000.
Is er aanleiding om proceskosten vast te stellen? (X) Ja( ) Nee Hoe hoog zijn de te vergoeden proceskosten? De volgende proceskosten worden toegekend: (X) 1 punt voor het indienen van het beroepschrift met een waarde per punt van € 907 en een wegingsfactor 0,5.
Beslissing
De rechtbank:
-
verklaart het beroep gegrond;
-
draagt verweerder op uiterlijk op 8 november 2025 een besluit bekend te maken met inachtneming van deze uitspraak;
-
bepaalt dat verweerder aan eiser een dwangsom van € 100 verbeurt voor elke dag waarmee hij de hiervoor genoemde termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000;
-
veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 453,50.
Deze uitspraak is gedaan op 12 augustus 2025 door mr. M.L. Weerkamp, rechter, in aanwezigheid van A.S.J.I. Hendrickx, griffier, en openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Bijlage
De rechtbank doet uitspraak zonder zitting.
De rechtbank legt een hogere rechterlijke dwangsom op als verweerder niet heeft beslist binnen de termijn die de rechtbank heeft bepaald in een eerdere rechterlijke uitspraak. Indien de eerder opgelegde rechterlijke dwangsom nog niet is volgelopen, bepaalt de rechtbank dat verweerder de aan de onderhavige uitspraak verbonden rechterlijke dwangsom verbeurt met ingang van de dag nadat de eerder opgelegde rechterlijke dwangsom is volgelopen.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak? Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.
Voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
Op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Op grond van artikel 6:2, aanhef en onder b, in samenhang met artikel 7:1, eerste lid, aanhef en onder f, van de Awb.
Artikel 6:12, tweede lid, van de Awb.
Besluit van 26 januari 2023, nummer WBV 2023/3, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000; gepubliceerd in Staatscourant 2023 nr. 3235.
Op grond van artikel 42, vierde lid, aanhef en onder b, van de Vw.
Vergelijk de uitspraak van deze rechtbank en zittingsplaats van 12 juni 2025, ECLI:NL:RBDHA:2025:10278.
Besluit van 27 december 2023, nummer WBV 2023/26, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000; gepubliceerd in de Staatscourant 2024, 473.
Besluit van 14 januari 2025, nummer WBV 2025/4, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000; gepubliceerd in de Staatscourant 2025, 1161.
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State 30 november 2022, ECLI:NL:RVS:2022:3352.
Artikel 8:55d, eerste lid, van de Awb.
Artikel 8:55d, eerste en derde lid, van de Awb.
Op grond van artikel 8:55d, tweede lid, van de Awb.
Op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht.