Artikel 13d
1. Op vordering van het openbaar ministerie kan de rechter bepalen dat aan degene die is veroordeeld wegens een feit strafbaar gesteld in de artikelen 10, 10a, eerste lid, 11, eerste tot en met vijfde lid, 11a of 11b, de verplichting wordt opgelegd tot het vergoeden van de kosten die ten laste van de staat komen in verband met de vernietiging van voorwerpen die ernstig gevaar opleveren voor de leefomgeving of voor de volksgezondheid en ten aanzien waarvan:
a. de maatregel, bedoeld in artikel 36b, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, wordt opgelegd; b. de maatregel, bedoeld in artikel 36b, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, had kunnen worden opgelegd maar waarvan door de veroordeelde afstand is gedaan op de wijze, bedoeld in artikel 116, tweede lid, aanhef en onderdeel c, van het Wetboek van Strafvordering; of c. een machtiging tot vernietiging als bedoeld in artikel 117, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering, is verleend voor zover het voorwerpen betreft die van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang.
2. De rechter kan het te betalen bedrag lager vaststellen dan de kosten, bedoeld in het eerste lid. Artikel 36e, vijfde lid, vijfde en zesde volzin, van het Wetboek van Strafrecht is van overeenkomstige toepassing.
3. De tenuitvoerlegging van de maatregel, bedoeld in het eerste lid, geschiedt op de wijze van tenuitvoerlegging van de maatregel, bedoeld in artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:RBNHO:2025:10471 - Rechtbank Noord-Holland - 28 augustus 2025
ECLI:NL:RBLIM:2025:8736 - Rechtbank Limburg - 8 september 2025
ECLI:NL:RBNNE:2025:2784 - Rechtbank Noord-Nederland - 11 juli 2025
ECLI:NL:RBNNE:2025:3121 - Rechtbank Noord-Nederland - 25 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:6215 - Rechtbank Gelderland - 24 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:6223 - Rechtbank Gelderland - 24 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:6427 - Rechtbank Gelderland - 24 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:6247 - Rechtbank Gelderland - 24 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:6262 - Rechtbank Gelderland - 24 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:6413 - Rechtbank Gelderland - 24 juli 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:6449 - Rechtbank Gelderland - 24 juli 2025
ECLI:NL:RBNNE:2025:3743 - Wetenschap van drugslab aangenomen ondanks ontkenning en passieve rol bewoner - 12 september 2025
De rechtbank oordeelt dat een bewoner moet hebben geweten van een drugslab op haar perceel, ondanks haar ontkenning. De constante bedrijvigheid en geur maken haar verklaring ongeloofwaardig. Omdat haar rol passief was, kwalificeert de rechtbank haar bijdrage als medeplichtigheid en niet als medeplegen.