ECLI:NL:RBROT:2025:7971 - Rechtbank Rotterdam - 7 juli 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
vonnis
Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/700581 / KG ZA 25-506
Vonnis in kort geding van 25 juni 2025
in de zaak van
1 [eiser 1] ,
wonende te Vlaardingen, 2. [eiser 2], wonende te Vlaardingen, eisers, advocaat mr. D.J. van de Weerdt te Rotterdam,
tegen
de ontbonden besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [gedaagde], laatstelijk gevestigd te Vlaardingen, gedaagde, niet verschenen.
Partijen worden hierna eisers en gedaagde genoemd.
1 De procedure
1.1. Het dossier bestaat uit de dagvaarding van 5 juni 2025 met 6 producties en het herstelexploot van 20 juni 2025.
1.2. Op 24 juni 2025 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden waar eisers met hun advocaat zijn verschenen.
2 De feiten
2.1. Eisers zijn eigenaar van de woningen gelegen aan het [adres] . Op basis van een gesloten koopovereenkomst zijn eisers gehouden de woning te leveren aan een derde op 1 juli 2025.
2.2. In het Kadaster staat een inschrijving van een hypotheekrecht op de woning ten behoeve van gedaagde. Gedaagde was een vennootschap met eiser [eiser 1] als bestuurder en enig aandeelhouder. Zij was gevestigd op het woonadres van eisers. De vennootschap is op 27 november 2013 zonder aanwezige baten ontbonden en opgehouden te bestaan.
3 Het geschil
3.1. Eisers vorderen dat de voorzieningenrechter bepaalt dat het op de woning ten behoeve van gedaagde gevestigde hypotheekrecht waardeloos is in de zin van artikel 3:29 Burgerlijk Wetboek (BW).
3.2. Zij stellen daartoe dat de door gedaagde verstrekte hypothecaire lening in 2012 volledig is afgelost. Het hypotheekrecht is toen ten onrechte niet doorgehaald. Gedaagde kan dit niet doen omdat zij niet meer bestaat. Het is noodzakelijk dat de inschrijving wordt doorgehaald ten behoeve van de verkoop en – op 1 juli 2025 – geplande levering van de woning.
4 De beoordeling
4.1. Eisers hebben voldoende spoedeisend belang bij de vordering omdat het doorhalen van de hypotheek noodzakelijk is voor eisers om aan hun verplichtingen jegens de koper van de woning te voldoen.
Waardeloosverklaring
4.2. Artikel 3:274 lid 1 BW bepaalt dat wanneer een hypotheek is tenietgegaan, de schuldeiser verplicht is om aan de rechthebbende op het bezwaarde goed bij authentieke akte te verklaren dat de hypotheek is vervallen. In lid 3 staat dat artikel 3:29 BW van overeenkomstige toepassing is wanneer die verklaring niet wordt afgegeven. Artikel 3:29 lid 1 BW bepaalt dat wanneer de vereiste verklaring niet wordt afgegeven de rechtbank de inschrijving waardeloos verklaart op vordering van de onmiddellijk belanghebbende. Dit kan ook in kort geding.
4.3. Eiseres hebben voldoende aannemelijk gemaakt dat de ten behoeve van gedaagde gevestigde hypotheek is tenietgegaan. De stelling van eisers dat de lening is afgelost vindt steun in de overgelegde financiële stukken van gedaagde en de schriftelijke verklaring van de accountant. Dit alles betekent dat er voldoende reden is voor waardeloosverklaring van de hypothecaire inschrijving.
4.4. Volgens de Kamer van Koophandel is gedaagde met ingang van 27 november 2013 opgehouden te bestaan. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan een vennootschap die slechts is ontbonden maar nog wel bestaat (ten behoeve van de vereffening, artikel 2:19 lid 5 BW) wellicht nog openbaar worden gedagvaard op grond van artikel 54 lid 3 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), maar dit kan niet gelden voor een (rechts)persoon die niet meer bestaat, omdat deze geen partij meer kan zijn in een procedure. Eisers worden daarom in hun vordering jegens gedaagde niet-ontvankelijk verklaard.
4.5. Eisers zijn echter wel aan te merken als onmiddellijk belanghebbenden in de zin van artikel 3:29 lid 1 BW en uit dien hoofde hebben zij een zelfstandig belang om de inschrijving van het hypotheekrecht waardeloos te (laten) verklaren nu degene die de verklaring had behoren af te geven – gedaagde – dat niet kan doen omdat zij niet meer bestaat. De voorzieningenrechter zal daarom in dit vonnis de inschrijving waardeloos verklaren.
Kracht van gewijsde
4.6. Op grond van artikel 3:29 lid 4 BW kan de in dit vonnis te geven verklaring van waardeloosheid niet eerder worden ingeschreven dan nadat dit vonnis in kracht van gewijsde is gegaan. Dit vonnis gaat pas in kracht van gewijsde als er geen rechtsmiddel meer tegen open staat. Eisers hebben verklaard af te zien van hun recht op hoger beroep te berusten in dit vonnis (artikel 334 Rv). Dat betekent dat er geen rechtsmiddel tegen dit vonnis open staat en dat het per vandaag in kracht van gewijsde gaat.
Proceskosten
4.7. Aangezien de gedaagde partij niet bestaat, moeten eisers, hoewel zij materieel in het gelijk zijn gesteld, hun eigen (proces)kosten dragen.
5 De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. verklaart eisers niet-ontvankelijk in hun vordering;
5.2. verklaart waardeloos de inschrijving van het hypotheekrecht ten behoeve van gedaagde (onder nummer / referentie Hyp3 31055/109 Rotterdam op de onroerende zaak [adres] , kadastraal bekend [perceel] ;
5.3. bepaalt dat eisers de eigen proceskosten dragen;
5.4. verstaat dat er geen rechtsmiddel tegen dit vonnis open staat en dat het per vandaag in kracht van gewijsde gaat;
5.5. verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. P. de Bruin en in het openbaar uitgesproken op 25 juni 2025.3144/2009