Terug naar bibliotheek
Boek 3. Vermogensrecht in het algemeen
Titel 9. Rechten van pand en hypotheek
Afdeling 4. Recht van hypotheek
Artikel 274

Artikel 274 (Verklaring en doorhaling vervallen hypotheek)

Laatste versie

1. Wanneer een hypotheek is tenietgegaan, is de schuldeiser verplicht aan de rechthebbende op het bezwaarde goed op diens verzoek en op diens kosten bij authentieke akte een verklaring af te geven, dat de hypotheek is vervallen. Is de vordering waarvoor de hypotheek tot zekerheid strekte met een beperkt recht bezwaard, dan rust een overeenkomstige verplichting op de beperkt gerechtigde.

2. Deze verklaringen kunnen in de registers worden ingeschreven. Zij machtigen dan tezamen de bewaarder tot doorhaling.

3. Worden de vereiste verklaringen niet afgegeven, dan is artikel 29 van overeenkomstige toepassing.

4. Is de hypotheek door vermenging tenietgegaan, dan wordt de bewaarder tot doorhaling gemachtigd door een daartoe strekkende verklaring, afgelegd bij authentieke akte door hem aan wie het goed toebehoort, tenzij op de vordering een beperkt recht rust.

Uitleg in duidelijke taal

1. Wanneer een hypotheek is tenietgegaan, is de schuldeiser verplicht aan de rechthebbende op het bezwaarde goed op diens verzoek en op diens kosten bij authentieke akte een verklaring af te geven, dat de hypotheek is vervallen. Is de vordering waarvoor de hypotheek tot zekerheid strekte met een beperkt recht bezwaard, dan rust een overeenkomstige verplichting op de beperkt gerechtigde.

Dit lid betekent letterlijk: wanneer een hypotheek is beëindigd (tenietgegaan), dan is de schuldeiser verplicht om aan de rechthebbende op het met de hypotheek bezwaarde goed een verklaring af te geven. Dit moet gebeuren op diens verzoek en op diens kosten, en de verklaring moet worden vastgelegd in een authentieke akte. In deze verklaring moet staan dat de hypotheek is vervallen. Verder stelt dit lid: als de vordering waarvoor de hypotheek tot zekerheid strekte, zelf is bezwaard met een beperkt recht, dan rust een vergelijkbare (overeenkomstige) verplichting tot het afgeven van een verklaring op de beperkt gerechtigde.

2. Deze verklaringen kunnen in de registers worden ingeschreven. Zij machtigen dan tezamen de bewaarder tot doorhaling.

Dit lid betekent letterlijk: deze eerdergenoemde verklaringen kunnen in de openbare registers worden ingeschreven. Als ze zijn ingeschreven, machtigen deze verklaringen gezamenlijk (tezamen) de bewaarder van de registers om de hypotheek door te halen.

3. Worden de vereiste verklaringen niet afgegeven, dan is artikel 29 van overeenkomstige toepassing.

Dit lid betekent letterlijk: indien de vereiste verklaringen niet worden afgegeven, dan is artikel 29 op een vergelijkbare wijze (van overeenkomstige toepassing) van toepassing.

4. Is de hypotheek door vermenging tenietgegaan, dan wordt de bewaarder tot doorhaling gemachtigd door een daartoe strekkende verklaring, afgelegd bij authentieke akte door hem aan wie het goed toebehoort, tenzij op de vordering een beperkt recht rust.

Dit lid betekent letterlijk: als de hypotheek is beëindigd (tenietgegaan) door vermenging, dan wordt de bewaarder van de registers gemachtigd tot doorhaling. Deze machtiging gebeurt door een daartoe strekkende verklaring, die bij authentieke akte moet worden afgelegd door hem aan wie het goed toebehoort. Een uitzondering hierop is wanneer op de vordering een beperkt recht rust.

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

8 uitspraken gevonden
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

ECLI:NL:OGEAM:2025:50 - Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten - 4 juli 2025

ECLI:NL:OGEAM:2025:504 juli 2025Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtGoederenrecht, Vastgoedrecht, Burgerlijk Procesrecht, Erfrecht
Rechtbank Noord-Nederland

ECLI:NL:RBNNE:2025:3908 - Rechtbank Noord-Nederland - 26 september 2025

ECLI:NL:RBNNE:2025:390826 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVastgoedrecht, Goederenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:5523 - Rechtbank verklaart hypothecaire inschrijving waardeloos bij ontbreken van vordering - 11 september 2025

ECLI:NL:RBOVE:2025:552311 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De voorzieningenrechter verklaart een hypothecaire inschrijving waardeloos op grond van artikel 3:29 BW. Omdat de gesecureerde vordering uit geldlening of krediet nooit is ontstaan en ook niet zal ontstaan, is het hypotheekrecht tenietgegaan. De omschrijving in de akte is hierbij bepalend.

Civiel RechtGoederenrecht, Vastgoedrecht
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2025:7249 - Rechtbank Limburg - 22 juli 2025

ECLI:NL:RBLIM:2025:724922 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtGoederenrecht, Vastgoedrecht, Burgerlijk Procesrecht
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2025:7250 - Rechtbank Limburg - 22 juli 2025

ECLI:NL:RBLIM:2025:725022 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtGoederenrecht, Burgerlijk Procesrecht, Vastgoedrecht
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2025:7971 - Rechtbank Rotterdam - 7 juli 2025

ECLI:NL:RBROT:2025:79717 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVastgoedrecht, Goederenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Rechtbank Gelderland

ECLI:NL:RBGEL:2025:5247 - Rechtbank Gelderland - 4 juli 2025

ECLI:NL:RBGEL:2025:52474 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVastgoedrecht, Goederenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Rechtbank Amsterdam

ECLI:NL:RBAMS:2025:5009 - Rechtbank Amsterdam - 2 juli 2025

ECLI:NL:RBAMS:2025:50092 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVastgoedrecht, Goederenrecht, Burgerlijk Procesrecht