Terug naar bibliotheek
Rechtbank Overijssel

ECLI:NL:RBOVE:2025:5010 - Ontslag op staande voet door werknemer wegens non-betaling loon - 29 juli 2025

Uitspraak

ECLI:NL:RBOVE:2025:501029 juli 2025

Essentie

De kantonrechter oordeelt dat het structureel niet betalen van loon een dringende reden is voor de werknemer om ontslag op staande voet te nemen. Dit handelen van de werkgever is ernstig verwijtbaar, waardoor de werkgever zowel een gefixeerde schadevergoeding als een transitievergoeding verschuldigd is.

Rechtsgebieden

Civiel RechtArbeidsrecht

Uitspraak inhoud

RECHTBANK OVERIJSSEL

Civiel recht Kantonrechter

Zittingsplaats Almelo

Zaaknummer / rekestnummer: 11630647 \ EJ VERZ 25-54

Beschikking van 29 juli 2025

in de zaak van

[verzoekster], wonende te [woonplaats], verzoekende partij, hierna te noemen: [verzoekster], gemachtigde: mr. M. van den Hoven (ARAG SE Rechtsbijstand),

tegen

de besloten vennootschap TAXI VERVOERSCENTRALE NEDERLAND B.V., gevestigd en kantoorhoudende te Goor, verwerende partij, hierna te noemen: de Taxi Vervoerscentrale, niet verschenen.

1 De zaak in het kort

In deze zaak verzoekt de werknemer om toekenning van een gefixeerde schadevergoeding en transtievergoeding na een ontslag op staande voet door de werknemer. Daarnaast verzoekt de werknemer betaling van achterstallig salaris, opgebouwde vakantiedagen en opgebouwde vakantietoeslag, de afgifte van loonstroken en de afdracht van pensioenpremies aan het pensioenfonds. De kantonrechter wijst de verzoeken grotendeels toe.

2 De procedure

2.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • het verzoekschrift,

  • de mondelinge behandeling van 24 juli 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.

2.2. De beschikking is bepaald op vandaag.

3 De feiten

3.1. [verzoekster] is sinds 23 augustus 2021 in dienst bij Taxi Vervoerscentrale. De functie van [verzoekster] is taxichauffeur. Het loon bedraagt € 2.983,38 bruto per maand. De cao Zorgvervoer en Taxi is van toepassing op de arbeidsovereenkomst.

3.2. Op 31 maart 2025 heeft [verzoekster] ontslag op staande voet genomen, omdat Taxi Vervoerscentrale meerdere maanden geen salaris heeft betaald.

4 Het verzoek

4.1. [verzoekster] verzoekt de kantonrechter, bij beschikking voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

a. een verklaring voor recht af te geven dat Taxi Vervoerscentrale de wettelijke transitievergoeding van € 3.875,04 bruto verschuldigd is,

En Taxi Vervoerscentrale te veroordelen tot:

betaling aan [verzoekster] van de gefixeerde schadevergoeding van € 2.983,38 bruto, betaling aan [verzoekster] van de verschuldigde transitievergoeding van € 3.875,04 bruto, betaling van €2.983,38 bruto, ter zake het achterstallig salaris over de maand januari 2025, betaling van €2.983,38 bruto, ter zake het achterstallig salaris over de maand februari 2025, betaling van €2.983,38 bruto, ter zake het achterstallig salaris over de maand maart 2025, betaling van € 367,27 netto, ter zake het te weinig uitbetaalde loon over december 2024, betaling van de opgebouwde vakantiedagen en opgebouwde vakantietoeslag, verstrekking aan [verzoekster] van een schriftelijke en deugdelijke netto/bruto specificatie, waarin het bedrag en betaling van sub a t/m g is verwerkt, op straffe van een dwangsom ter hoogte van € 100,00 per dag met een maximum van € 10.000,00 voor elke dag na betekening van de beschikking dat Taxi Vervoerscentrale niet voldoet aan de beschikking, betaling aan [verzoekster] van de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW 50% over het sub c, d, e en f gevorderde vanaf datum verzuim tot aan de dag van volledige betaling, betaling aan [verzoekster] van de wettelijke rente over het in sub a t/m f genoemde bedrag, vanaf de datum van verzuim tot aan de dag van volledige betaling, om binnen vijf dagen na de betekening van een in deze zaak te wijzen vonnis, aan eiser te verstrekken de deugdelijke bruto/netto salarisspecificaties over de maanden juni en augustus 2024 t/m december 2025 *(bedoeld zal zijn: t/m december 2024)*en de jaaropgave 2024, op straffe van een dwangsom van € 250,00 voor iedere dag dat Taxi Vervoerscentrale ter zake van de verstrekking van die specificaties in gebreke zal blijven met een maximum van € 10.000,00, om binnen vijf dagen na betekening van een in deze zaak te wijzen vonnis, zorg te dragen voor afdracht van de niet afgedragen pensioenpremies over de periode van 1 juni 2024 tot heden aan het desbetreffende pensioenfonds (pensioenfonds vervoer) onder gelijktijdige afgifte aan [verzoekster] van een bewijs van betaling, op straffe van een dwangsom van € 250,00 voor iedere dag dat Taxi Vervoerscentrale ter zake van de verstrekking van het bewijs van betaling aan [verzoekster] in gebreke zal blijven met een maximum van € 10.000,00; alsmede tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten van € 691,00 met bepaling dat indien deze kosten niet binnen twee weken na betekening van de beschikking zijn betaald, Taxi Vervoerscentrale daarover de wettelijke rente is of zijn verschuldigd vanaf dat moment tot aan de dag van volledige betaling, en de kosten van deze procedure waaronder mede begrepen een salaris voor de gemachtigde, vermeerderd met de nakosten (krachtens artikel 237 lid 4 Rv), te begroten op een half salarispunt van het toegewezen salaris voor de gemachtigde met een maximum van € 135,00, met bepaling dat indien deze kosten niet binnen twee weken na betekening van de beschikking zijn betaald, Taxi Vervoerscentrale daarover de wettelijke rente is verschuldigd vanaf dat moment tot aan de dag van volledige betaling.

4.2. Taxi Vervoerscentrale is niet verschenen en heeft geen verweer gevoerd.

5 De beoordeling

5.1. Van Taxi Vervoerscentrale is geen verweer bekend. De verzoeken zullen daarom grotendeels worden toegewezen als hierna is opgenomen onder ‘De beslissing’ als zijnde gegrond op de wet. Voor het gevorderde onder i. zal net als onder m. een termijn van vijf dagen na betekening van de beschikking worden opgenomen. Ten aanzien van enkele onderdelen wordt in het bijzonder nog het volgende overwogen.

Gefixeerde schadevergoeding

5.2. De gevorderde gefixeerde schadevergoeding zal worden toegewezen. [verzoekster] heeft namelijk onverwijld de arbeidsovereenkomst opgezegd omdat Taxi Vervoerscentrale door haar schuld een dringende reden heeft gegeven aan [verzoekster]. Taxi Vervoerscentrale heeft namelijk meerdere maanden geen loon betaald aan [verzoekster]. De vergoeding is gelijk aan het bedrag van het loon over de opzegtermijn van één maand, te weten € 2.983,38. De gevorderde wettelijke rente over deze vergoeding wordt toegewezen, te rekenen vanaf de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd.

Transitievergoeding

5.3. Het verzoek om Taxi Vervoerscentrale te veroordelen tot betaling van een transitievergoeding wordt eveneens toegewezen. Het structureel niet of te laat betalen van het loon door Taxi Vervoerscentrale kwalificeert als ernstig verwijtbaar handelen met als gevolg dat [verzoekster] terecht de arbeidsovereenkomst heeft opgezegd. Dat betekent dat de transitievergoeding verschuldigd is. Taxi Vervoerscentrale wordt veroordeeld tot betaling van de transitievergoeding, die € 3.875,04 bedraagt. De gevorderde wettelijke rente over de transitievergoeding wordt toegewezen, te rekenen vanaf een maand na de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd.

Wettelijke verhoging

5.4. De wettelijke verhoging van 50% zal worden toegewezen over het nog te betalen salaris over de maanden januari 2025 tot en met maart 2025. De gevorderde wettelijke verhoging over de transitievergoeding zal worden afgewezen, omdat de transitievergoeding niet kwalificeert als in geld vastgesteld loon ex artikel 7:625 BW.

Buitengerechtelijke incassokosten

5.5. [verzoekster] vordert vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. De vordering moet worden beoordeeld op grond van artikel 6:96 BW en het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. [verzoekster] heeft voldoende gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. [verzoekster] heeft daarom recht op een vergoeding voor de kosten van die werkzaamheden. Het gevorderde bedrag van € 691,00 zal worden toegewezen. De gevorderde rente over de buitengerechtelijke incassokosten zal worden toegewezen.

Dwangsommen

5.6. De kantonrechter zal aan de afgifte door de Taxi vervoerscentrale van de netto/bruto specificaties en de afdracht van pensioenpremies een dwangsom verbinden. De kantonrechter ziet aanleiding om de dwangsommen te matigen zoals in de beslissing is bepaald.

Afdracht pensioenpremies

5.7. De vordering tot afdracht van de pensioenpremies zal worden toegewezen tot en met het einde van de arbeidsovereenkomst. Na die datum bestaat er voor Taxi Vervoerscentrale geen verplichting meer om pensioenpremies in te houden en af te dragen.

Proceskosten

5.8. De proceskosten komen voor rekening van Taxi Vervoerscentrale, omdat Taxi Vervoerscentrale overwegend ongelijk krijgt. De proceskosten aan de zijde van [verzoekster] worden begroot op € 1.410,00 (€ 732,00 aan griffierecht, € 543,00 aan salaris gemachtigde en € 135,00 aan nakosten), plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing.

5.9. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

6 De beslissing

De kantonrechter

6.1. verklaart voor recht dat Taxi Vervoerscentrale de wettelijke transitievergoeding van € 3.875,04 bruto verschuldigd is aan [verzoekster],

6.2. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] de gefixeerde schadevergoeding te betalen van € 2.983,38 bruto, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd tot aan de dag van de gehele betaling,

6.3. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] een transitievergoeding te betalen van € 3.875,04 bruto, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf een maand na de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd tot aan de dag van de gehele betaling,

6.4. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] het achterstallig salaris over de maand januari 2025 van € 2.983,38 bruto te betalen,

6.5. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] het achterstallig salaris over de maand februari 2025 van € 2.983,38 bruto te betalen,

6.6. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] het achterstallig salaris over de maand maart 2025 van € 2.983,38 bruto te betalen,

6.7. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] het achterstallig salaris over de maand december 2024 van € 367,27 netto te betalen,

6.8. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale tot betaling aan [verzoekster] van de opgebouwde vakantiedagen en de opgebouwde vakantietoeslag,

6.9. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om binnen vijf dagen na de betekening van deze beschikking aan [verzoekster] te verstrekken de schriftelijke en deugdelijke netto/bruto specificaties, waarin de toegewezen bedragen onder 6.2 tot en met 6.7 en de betaling zijn verwerkt, op straffe van een dwangsom van € 100,00 voor iedere dag dat Taxi Vervoerscentrale ter zake van de verstrekking van die specificaties in gebreke zal blijven met een maximum van € 5.000,00,

6.10. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] te betalen de wettelijke verhoging van 50% over de onder 6.4 tot en met 6.6 genoemde bedragen,

6.11. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] te betalen de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de onder 6.4 tot en met 6.6 genoemde bedragen vanaf de datum van verzuim tot aan de dag van de gehele betaling,

6.12. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om binnen vijf dagen na de betekening van deze beschikking aan [verzoekster] te verstrekken de deugdelijke bruto/netto salarisspecificaties over de maanden juni 2024 en augustus 2024 t/m december 2024 en de jaaropgave 2024, op straffe van een dwangsom van € 250,00 voor iedere dag dat Taxi Vervoerscentrale ter zake van de verstrekking van die specificaties in gebreke zal blijven met een maximum van € 5.000,00,

6.13. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om binnen vijf dagen na de betekening van deze beschikking zorg te dragen voor afdracht van de niet afgedragen pensioenpremies over de periode van 1 juni 2024 tot en met 31 maart 2025 aan het desbetreffende pensioenfonds (pensioenfonds vervoer) onder gelijktijdige afgifte aan [verzoekster] van een bewijs van betaling, op straffe van een dwangsom van € 250,00 voor iedere dag dat Taxi Vervoerscentrale ter zake van de verstrekking van het bewijs van betaling aan [verzoekster] in gebreke zal blijven met een maximum van € 5.000,00,

6.14. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale om aan [verzoekster] te betalen een bedrag van € 691,00 aan buitengerechtelijke kosten, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf de vijftiende dag na betekening van deze beschikking,

6.15. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale in de proceskosten van € 1.410,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als Taxi Vervoerscentrale niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en de beschikking daarna wordt betekend,

6.16. veroordeelt Taxi Vervoerscentrale tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,

6.17. verklaart deze beschikking wat betreft de onder 6.2 tot en met 6.16 genoemde beslissingen uitvoerbaar bij voorraad[1],

6.18. wijst het meer of anders verzochte af.

Deze beschikking is gegeven door mr. A. Smedes en in het openbaar uitgesproken door mr. U. van Houten op 29 juli 2025.

Uitvoerbaar bij voorraad betekent dat de veroordelingen in de beschikking uitgevoerd moeten worden, ook als eventueel in hoger beroep wordt gegaan.


Voetnoten

Uitvoerbaar bij voorraad betekent dat de veroordelingen in de beschikking uitgevoerd moeten worden, ook als eventueel in hoger beroep wordt gegaan.