Artikel 2 (Rechtsmacht Nederlandse rechter dagvaarding woonplaats gedaagde)
In zaken die bij dagvaarding moeten worden ingeleid, heeft de Nederlandse rechter rechtsmacht indien de gedaagde in Nederland zijn woonplaats of gewone verblijfplaats heeft.
Uitleg in duidelijke taal
In zaken die bij dagvaarding moeten worden ingeleid, heeft de Nederlandse rechter rechtsmacht indien de gedaagde in Nederland zijn woonplaats of gewone verblijfplaats heeft.
Dit artikel betekent het volgende: in zaken die via een dagvaarding moeten worden aangevangen (ingeleid), beschikt de Nederlandse rechter over rechtsmacht, als de gedaagde in Nederland zijn woonplaats of gewone verblijfplaats heeft.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:PHR:2025:1014 - Conclusie A-G: Erkenning Engelse vermogensverdeling na talaq-scheiding - 19 september 2025
De P-G adviseert de Hoge Raad dat een Engelse beslissing tot verdeling van het huwelijksvermogen erkend kan worden in Curaçao. De rechtsmacht van de Engelse rechter is gebaseerd op de stilzwijgende forumkeuze van de man, een internationaal aanvaardbare grond, ook zonder toetsing van de 'vergewisplicht' uit de HuwVermVo.
ECLI:NL:OGHACMB:2025:204 - Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba - 12 augustus 2025
ECLI:NL:RBNHO:2025:9279 - Rechtbank Noord-Holland - 30 juli 2025
ECLI:NL:RBROT:2025:9035 - Rechtbank Rotterdam - 2 juli 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:17134 - Rechtbank Den Haag: bevoegdheidsincident is materieel verweer, geen grond voor schorsing - 17 september 2025
De Rechtbank van Den Haag wijst een bevoegdheidsincident af omdat de betwisting van de territoriale reikwijdte van een verbod een principaal verweer is, niet een bevoegdheidskwestie. Een verzoek tot schorsing wegens een EUIPO-nietigheidsprocedure wordt afgewezen omdat deze procedure pas na aanvang van de rechtszaak is gestart.
ECLI:NL:RBROT:2025:11126 - Vervangende toestemming verkoop van woning via vonnis na vertrek echtgenote - 17 september 2025
De voorzieningenrechter bepaalt dat een kortgedingvonnis dezelfde kracht heeft als de toestemming van de niet-verschenen echtgenote voor de verkoop van een woning. Hoewel de wettelijke noodzaak van haar toestemming (art. 1:88 BW) twijfelachtig is, wordt de vordering op basis van art. 3:300 BW toegewezen.
ECLI:NL:RBDHA:2025:16240 - Zorgplicht inlener voor Afghaanse ambassadebewakers na machtsovername Taliban - 2 september 2025
De kantonrechter oordeelt dat de Staat als inlener zijn zorgplicht ex artikel 7:658 lid 4 BW heeft geschonden jegens voormalige Afghaanse ambassadebewakers. Dit nalaten is onrechtmatig. De Staat is daarom verplicht de bewakers naar Nederland over te brengen en toe te laten tot de asielprocedure.