Bijlage III. Behorend bij de artikelen 11 en 13
Bijlage III: Behorend bij de artikelen 11 en 13
| Toezichtcategorie | Procentueel aandeel | Personen | Wetsverwijzing | Maatstaf | |---|---|---|---|---| | Banken en kredietunies | 100% | a. Banken waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:11 van de Wft. b. Banken waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:20 van de Wft. c. Kredietunies waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:54o van de Wft. d. Ondernemingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de Wft en die het in de onderdelen a of b van dat lid bedoelde bedrijf uitoefenen. e. Financiële instellingen die beschikken over een verklaring van ondertoezichtstelling als bedoeld in artikel 3:110, eerste lid, van de Wft. f. Banken met zetel in Nederland die zijn opgenomen in een openbaar register als bedoeld in artikel 124b, eerste lid, van het Besluit prudentiële regels Wft. | artikel 2:11 Wft artikel 2:20 Wft artikel 2:54o Wft artikel 3:4, eerste lid, Wft artikel 3:110, eerste lid, Wft artikel 124b, eerste lid, van het Besluit prudentiële regels Wft | Voor banken (personen a,b,d,e,f): a. minimum omvang toetsingsvermogen berekend conform de regels die op grond van artikel 3:57 Wft worden bepaald; b. gemiddelde omvang van de gegarandeerde deposito’s. Voor kredietunies: een basisbedrag. |
Details
[Regeling vervallen per 01-01-2019]