Terug naar bibliotheek
Derde Boek. Rechtsmiddelen
A. Gewone rechtsmiddelen
Titel III. Beroep in cassatie van uitspraken
Artikel 439

Artikel 439 (Conclusie procureur-generaal en schriftelijk commentaar cassatie)

Laatste versie

1. Op de dienende rechtsdag of op een nadere rechtsdag neemt de procureur-generaal zijn conclusie, die hij in geschrift aan de Hoge Raad voorlegt. Hierna wordt de dag voor de uitspraak bepaald.

2. In het geval dat namens de verdachte niet tijdig een schriftuur met middelen van cassatie is ingediend, kan de procureur-generaal afzien van het nemen van een conclusie.

3. Aan de raadsman die namens de verdachte een schriftuur met middelen van cassatie heeft ingediend, wordt een afschrift van de conclusie toegezonden.

4. Desgelijks wordt gehandeld ten aanzien van de advocaat die namens de benadeelde partij een schriftuur met middelen van cassatie heeft ingediend.

5. De raadsman van de verdachte dan wel de advocaat van de benadeelde partij kan binnen twee weken na verzending van het afschrift van de conclusie zijn schriftelijk commentaar daarop aan de Hoge Raad doen toekomen.

Uitleg in duidelijke taal

1. Op de dienende rechtsdag of op een nadere rechtsdag neemt de procureur-generaal zijn conclusie, die hij in geschrift aan de Hoge Raad voorlegt. Hierna wordt de dag voor de uitspraak bepaald.

Dit betekent letterlijk: Op de geplande rechtszitting (dienende rechtsdag) of op een later te bepalen rechtszitting (nadere rechtsdag) presenteert de procureur-generaal zijn advies (conclusie). Dit advies wordt schriftelijk (in geschrift) aan de Hoge Raad overhandigd (voorgelegd). Nadat dit is gebeurd, wordt de datum vastgesteld waarop de uitspraak zal volgen.

2. In het geval dat namens de verdachte niet tijdig een schriftuur met middelen van cassatie is ingediend, kan de procureur-generaal afzien van het nemen van een conclusie.

Dit betekent letterlijk: Als namens de verdachte niet op tijd (niet tijdig) een officieel document (schriftuur) met daarin de redenen voor het cassatieberoep (middelen van cassatie) is ingeleverd (ingediend), dan mag de procureur-generaal besluiten om geen advies (conclusie) te geven.

3. Aan de raadsman die namens de verdachte een schriftuur met middelen van cassatie heeft ingediend, wordt een afschrift van de conclusie toegezonden.

Dit betekent letterlijk: De advocaat (raadsman) die namens de verdachte een officieel document (schriftuur) met daarin de redenen voor het cassatieberoep (middelen van cassatie) heeft ingeleverd (ingediend), krijgt een kopie (afschrift) van het advies (conclusie) van de procureur-generaal toegestuurd.

4. Desgelijks wordt gehandeld ten aanzien van de advocaat die namens de benadeelde partij een schriftuur met middelen van cassatie heeft ingediend.

Dit betekent letterlijk: Op dezelfde manier (desgelijks) wordt gehandeld met betrekking tot (ten aanzien van) de advocaat die namens de benadeelde partij een officieel document (schriftuur) met daarin de redenen voor het cassatieberoep (middelen van cassatie) heeft ingeleverd (ingediend). Ook deze advocaat ontvangt dus een afschrift van de conclusie.

5. De raadsman van de verdachte dan wel de advocaat van de benadeelde partij kan binnen twee weken na verzending van het afschrift van de conclusie zijn schriftelijk commentaar daarop aan de Hoge Raad doen toekomen.

Dit betekent letterlijk: De advocaat (raadsman) van de verdachte, of de advocaat van de benadeelde partij, heeft de mogelijkheid om binnen een periode van twee weken nadat de kopie (afschrift) van het advies (conclusie) is verstuurd (verzending), zijn of haar schriftelijke reactie (commentaar) daarop naar de Hoge Raad te sturen (doen toekomen).

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad258x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:1005 - Overzichtsarrest 80a RO: Actualisering van Selectie aan de Poort

ECLI:NL:HR:2016:10057 juni 2016Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

Dit overzichtsarrest actualiseert de rechtspraak over artikel 80a RO. De Hoge Raad geeft een gedetailleerd overzicht van gevallen waarin cassatieberoep niet-ontvankelijk wordt verklaard wegens 'klaarblijkelijk onvoldoende belang' of omdat de klachten 'klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden', inclusief de specifieke klacht over de redelijke termijn.

StrafrechtStrafprocesrecht, Materieel Strafrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:96

ECLI:NL:HR:2015:963 februari 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BN9223

ECLI:NL:HR:2011:BN922322 februari 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2004:AO6270

ECLI:NL:HR:2004:AO627023 maart 2004Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2002:AE6175

ECLI:NL:HR:2002:AE61756 augustus 2002Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:ZD2857

ECLI:NL:HR:2001:ZD285719 juni 2001Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2023:319

ECLI:NL:HR:2023:3197 maart 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2009:BJ8881

ECLI:NL:HR:2009:BJ888129 september 2009Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2008:BC9965

ECLI:NL:HR:2008:BC996522 april 2008Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2007:BB6271

ECLI:NL:HR:2007:BB627118 december 2007Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak