Artikel 3b
1. Indien een landbouwer niet volledig voldoet aan de eisen uit het certificaat Akkerbouwstrokenpakket, inclusief Vogelakker, ontvangt de landbouwer geen certificaat als bedoeld in artikel 2.20, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB, en wordt de vergroeningsbetaling als volgt verlaagd:
a. indien de niet-naleving betrekking heeft op gewasdiversificatie, wordt de vergroeningsbetaling verlaagd volgens artikel 24 van Verordening (EU) nr. 640/2014; b. indien de niet-naleving betrekking heeft op het onderdeel blijvend grasland, wordt de vergroeningsbetaling verlaagd volgens artikel 25 van Verordening (EU) nr. 640/2014, en c. indien de niet-naleving betrekking heeft op het ecologisch aandachtsgebied, wordt de vergroeningsbetaling verlaagd volgens artikel 26 van Verordening (EU) nr. 640/2014.
2. In het geval een landbouwer minder dan 30% van zijn verplichting tot instandhouding van ecologische aandachtsgebieden invult met beheerde akkerranden wordt voor de toepassing van het eerste lid, onder c, een verlaging toegepast op het overige ecologisch aandachtsgebied, in het geval A kleiner is dan B vindt geen verlaging plaats.
3. De verlaging, bedoeld in het derde lid, is in hectares, de uitkomst van de volgende berekening:A min B.
4. Voor de toepassing van het tweede en derde lid wordt verstaan onder:
A : de geconstateerde gewogen oppervlakte overige ecologisch aandachtsgebied; B: de gewogen oppervlakte akkerrand die aan de voorwaarden voldoet vermenigvuldigd met 7/3.
Details
[Regeling vervallen per 01-01-2023]