Terug naar bibliotheek
Rechtbank Rotterdam

ECLI:NL:RBROT:2025:10657 - Rechtbank Rotterdam - 22 augustus 2025

Uitspraak

ECLI:NL:RBROT:2025:1065722 augustus 2025

Rechtsgebieden

Uitspraak inhoud

locatie Rotterdam

zaaknummer: 11464553 CV EXPL 24-32857

datum uitspraak: 22 augustus 2025

Vonnis van de kantonrechter

in de zaak van

Billink Financial Solutions B.V., gevestigd en kantoorhoudende te Gouda, eiseres, gemachtigde: Deurwaarderskantoor Van Lith B.V. te Eindhoven,

tegen

[gedaagde], die handelt onder de naam [klusbedrijf A], wonende te Rotterdam, gedaagde, die zelf procedeert, zonder bijstand van een gemachtigde.

Partijen worden hierna ‘Billink’ en ‘ [klusbedrijf A] ’ genoemd.

1 De procedure

1.1. Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:

2 De beoordeling

Wat is de kern?

2.1. Deze zaak gaat over de vraag of [klusbedrijf A] een bedrag van € 2.614,- aan Billink moet betalen inzake een bestelling van drie benzine kettingzagen op de webshop van Keizers.nu. Billink heeft het bedrag van € 2.614,- op 10 januari 2024 middels 2 facturen in rekening gebracht bij [klusbedrijf A] . Deze facturen zijn volgens Billink tot op heden niet betaald. Billink vordert daarom in deze procedure dat [klusbedrijf A] wordt veroordeeld dit bedrag alsnog aan haar te betalen, met rente en kosten. [klusbedrijf A] is het niet eens met de vordering van Billink. Zij betwist dat zij degene is geweest die deze bestelling heeft geplaatst en dat zij deze ook heeft ontvangen. [klusbedrijf A] vermoed dat haar gegevens door een derde zijn misbruikt om deze bestelling te plaatsen.

2.2. In het tussenvonnis van 30 mei 2025 heeft de kantonrechter geoordeeld dat op basis van de door Billink overgelegde stukken, niet kan worden vastgesteld dat de producten door [klusbedrijf A] zijn besteld en ook door haar zijn ontvangen. De kantonrechter heeft Billink daarom, overeenkomstig haar bewijsaanbod, in de gelegenheid gesteld om haar stellingen te bewijzen.

Billink is niet geslaagd in haar bewijsopdracht

2.3. Billink heeft in haar akte te kennen gegeven dat de werknemer die volgens haar de bestelling heeft afgeleverd bij [klusbedrijf A] , niet meer werkzaam is bij de partij die zorg heeft gedragen voor de levering van goederen. Billink is daarom niet in staat om nader bewijs te leveren dan de reeds door haar overgelegde stukken.

2.4. Het voorgaande betekent dat Billink niet is geslaagd in haar bewijsopdracht. De kantonrechter komt daarom tot het oordeel dat niet is komen vast te staan dat tussen partijen een koopovereenkomst is gesloten en dat de bestelde goederen ook zijn geleverd aan [klusbedrijf A] . De vorderingen van Billink worden daarom afgewezen.

Billink moet de proceskosten betalen

2.5. De proceskosten komen voor rekening van Billink, omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die Billink aan [klusbedrijf A] moet betalen op € 50,- aan onkosten (artikel 238 lid 1 Rv).

3 De beslissing

De kantonrechter:

3.1. wijst de vorderingen van Billink af;

3.2. veroordeelt Billink in de proceskosten, die aan de kant van [klusbedrijf A] worden begroot op € 50,-.

Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J. Wetzels en in het openbaar uitgesproken. 64362