Uitspraak inhoud

Zittingsplaats Middelburg

Bestuursrecht

zaaknummer: NL25.339

V-nummer: [V-nummer] (gemachtigde: mr. A. Kortrijk),

en

de minister van Asiel en Migratie,[1] verweerder.

Procesverloop

Verzoekster heeft op 3 januari 2025 beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op haar bezwaarschrift van 5 februari 2024 tegen de afwijzing van de aanvraag om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf in het kader van nareis.

Bij brief van 17 februari 2025 heeft verweerder kenbaar gemaakt geen inhoudelijke beslissing te nemen op het bezwaarschrift.

Verzoekster heeft het beroep ingetrokken en daarbij verzocht om verweerder te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten.

De rechtbank doet op grond van artikel 8:54, eerste lid, van de Awb[2] uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. De veroordeling van een partij in de proceskosten is geregeld in de artikelen 8:75 en 8:75a van de Awb en nader uitgewerkt in het Bpb.[3] Als een beroep wordt ingetrokken, omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoet gekomen, kan de rechtbank op verzoek van de indiener dat bestuursorgaan bij afzonderlijke uitspraak veroordelen in de proceskosten. Dit is geregeld in artikel 8:75a van de Awb.

2. De rechtbank overweegt dat verzoekster het beroep heeft ingetrokken, zonder dat verweerder op dat moment op enige wijze aan haar is tegemoetgekomen. Verweerder heeft namelijk geen besluit meer genomen op het bezwaarschrift van 5 februari 2024, nadat verzoekster op 30 januari 2025 schriftelijk heeft bevestigd geen prijs meer te stellen op gezinshereniging. Er bestaat daarom geen aanleiding om verweerder te veroordelen tot vergoeding van de gemaakte proceskosten die verzoekster in verband met haar beroep heeft gemaakt. De rechtbank wijst daarom het verzoek af.

Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.

Deze uitspraak is gedaan op 13 augustus 2025 door mr. M.L. Weerkamp, rechter, in aanwezigheid van A.A.M. Mangroe, griffier, openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.

De uitspraak is bekendgemaakt op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak? Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.

Voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.

Algemene wet bestuursrecht.

Besluit proceskosten bestuursrecht.


Voetnoten

Voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.

Algemene wet bestuursrecht.

Besluit proceskosten bestuursrecht.