ECLI:NL:HR:2025:1463 - Hoge Raad - 3 oktober 2025
Arrest
Formele relaties
Rechtsgebieden
Arrest inhoud
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 24/03875 Datum 3 oktober 2025
ARREST
In de zaak van
[eiser], wonende te [woonplaats], EISER tot cassatie, hierna: [eiser], advocaat: J. de Jong van Lier,
tegen
[verweerster], wonende te [woonplaats], VERWEERSTER in cassatie, hierna: [verweerster], advocaten: W.A. Jacobs en J.C. Zevenberg.
1 Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar: a. de vonnissen in de zaak C/17/188119 / HA ZA 23-40 van de rechtbank Noord-Nederland van 24 mei 2023 en 2 augustus 2023; b. de arresten in de zaak 200.333.046/01 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 19 december 2023 en 30 juli 2024. [eiser] heeft tegen het arrest van het hof van 30 juli 2024 beroep in cassatie ingesteld. [verweerster] heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend. De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten. De conclusie van de Advocaat-Generaal F. Ibili strekt tot verwerping van het cassatieberoep. De advocaat van [eiser] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
2 Beoordeling van het middel
De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
3 Beslissing
De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] begroot op € 873,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien [eiser] deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan.
Dit arrest is gewezen door de vicepresident M.V. Polak als voorzitter en de raadsheren H.M. Wattendorff en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op 3 oktober 2025.