ECLI:NL:GHAMS:2024:1534 - Gerechtshof Amsterdam - 3 juni 2024
Arrest
Genoemde wetsartikelen
Arrest inhoud
beschikking
GERECHTSHOF DEN HAAG ZITTING HOUDENDE TE AMSTERDAM
afdeling strafrecht rekestnummer(s): 000990-23 (530 Sv) en 000991-23 (533 Sv) parketnummers in hoger beroep: 23-002858-21 en 23-001611-21 (ontneming)
Beschikking op het verzoekschrift op de voet van artikel 530 en 533 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
[verzoeker] , geboren te [geboorteplaats] ( [geboorteland] ) op [geboortedag] 1969, domicilie kiezende ten kantore van zijn advocaten, mr. P.P.J. van der Meij en mr. T. Nieuwenhuis, Van der Helstplein 3, 1071 PH Amsterdam.
1 Procesverloop
Het verzoekschrift is op 1 december 2023 ingekomen.
Op 19 april 2024 heeft de advocaat-generaal het standpunt van het Openbaar Ministerie kenbaar gemaakt.
Het hof heeft kennis genomen van de stukken in de strafzaak met voormeld parketnummer en heeft op 23 april 2024 de advocaat-generaal en de advocaat van verzoeker, mr. Nieuwenhuis, ter gelegenheid van de openbare behandeling van het verzoekschrift in raadkamer gehoord. Verzoeker is niet in raadkamer verschenen.
2. Inhoud van het verzoek
Het verzoek strekt tot het verkrijgen van een vergoeding ter zake van:
a. € 21.007,57 voor kosten strafzaak in eerste aanleg, Wolters Strafrechtadvocaten; b. € 14.946,56 voor kosten ontnemingszaak in eerste aanleg, Cleerdin & Hamer Advocaten; c. € 64.130,78 (63.925.56 + 205,22) voor kosten strafzaak en ontnemingszaak in hoger beroep, Cleerdin & Hamer advocaten; d. € 25.866,20 voor kosten strafzaak, Pieterfrank Advocaten; e. € 15.000,00 voor kosten rechtsbijstand door H.I. Cekeneci, advocaat te Ankara (Turkije);
kosten gemaakt in verband met rechtsbijstand ten behoeve van onderhavige verzoekschriftprocedure ten bedrage van € 680,00.
3 Beoordeling van het verzoek
Bij arresten van dit hof van 25 juli 2023 is de strafzaak en ontnemingszaak met voormelde parketnummers geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel en zonder dat toepassing is gegeven aan artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht (Sr).
Het verzoekschrift is tijdig ter griffie van dit hof ingediend.
Ingevolge het bepaalde in artikel 534, eerste lid, Sv heeft de toekenning van een schadevergoeding steeds plaats, indien en voor zover daartoe naar het oordeel van de rechter, alle omstandigheden in aanmerking genomen, gronden van billijkheid aanwezig zijn.
Ten aanzien van het verzoek op de voet van artikel 533 Sv
Gronden van billijkheid zijn aanwezig tot toekenning van een vergoeding ter zake van de door verzoeker ondergane verzekering tot een bedrag van € 390,00.
Ten aanzien van het verzoek op de voet van artikel 530 Sv
Het hof overweegt dat onder de in artikel 530 lid 2 Sv bedoelde kosten van een raadsman alleen kosten kunnen worden begrepen die zijn gemaakt voor een advocaat die is ingeschreven op het tableau van de Nederlandse orde van advocaten, of die overeenkomstig artikel 37 lid 2 Sv als raadsman is toegelaten (Hoge Raad 7 maart 2023, ECLI:NL:HR:2023:344). De kosten die zijn gemaakt voor het inschakelen van H.I. Cekeneci, advocaat te Ankara (Turkije) komen derhalve niet voor vergoeding in aanmerking op grond van artikel 530 lid 2 Sv. Het hof is evenwel van oordeel dat de kosten het belang van het onderzoek hebben gediend en de kosten zijn gebleven binnen de kaders van de Wet tarieven in strafzaken. Het hof zal het onder b sub e verzochte derhalve toekennen op grond van artikel 529 Sv.
Gronden van billijkheid zijn aanwezig voor toekenning van een vergoeding ter zake van kosten rechtsbijstand ten behoeve van de strafzaak tot een bedrag van € 125.951,11, zoals verzocht onder b sub a, b, c en d.
Gronden van billijkheid zijn aanwezig voor toekenning van een vergoeding ter zake van kosten rechtsbijstand in de onderhavige verzoekschriftprocedure tot een bedrag van € 680,00.
4 Beslissing
Het hof :
Kent op de voet van artikel 529 Sv aan verzoeker een vergoeding toe van € 15.000,00 (vijftienduizend euro).
Kent op de voet van artikel 530 Sv aan verzoeker een vergoeding toe van € 126.631,11 (honderdzesentwintigduizend zeshonderd eenendertig euro en elf cent).
Kent op de voet van artikel 533 Sv aan verzoeker een vergoeding toe van € 390,00 (driehonderdnegentig euro).
Wijst het anders of meer verzochte af.
Beveelt de onverwijlde betekening van deze beschikking aan verzoeker.
Deze beschikking is gegeven door de meervoudige raadkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mrs. A.M.P. Geelhoed, P.F.E. Geerlings en P.C. Verloop, in tegenwoordigheid van mr. P.M. Groenenberg als griffier, is ondertekend door de voorzitter en de griffier en is uitgesproken op de openbare zitting van dit hof van 4 juni 2024.
De voorzitter beveelt:
de tenuitvoerlegging van deze beschikking door overmaking van € 142.021,11 (honderdtweeënveertigduizend eenentwintig euro en elf cent) op bankrekeningnummer [rekeningnummer] t.n.v. [tnv] o.v.v. [ovv] .
Amsterdam, 4 juni 2024,
mr. A.M.P. Geelhoed, voorzitter.