Artikel 9a (Rechterlijk pardon)
Indien de rechter dit raadzaam acht in verband met de geringe ernst van het feit, de persoonlijkheid van de dader of de omstandigheden waaronder het feit is begaan, dan wel die zich nadien hebben voorgedaan, kan hij in het vonnis bepalen dat geen straf of maatregel zal worden opgelegd.
Uitleg in duidelijke taal
Indien de rechter dit raadzaam acht in verband met de geringe ernst van het feit, de persoonlijkheid van de dader of de omstandigheden waaronder het feit is begaan, dan wel die zich nadien hebben voorgedaan, kan hij in het vonnis bepalen dat geen straf of maatregel zal worden opgelegd.
Dit artikel betekent letterlijk: Indien de rechter dit raadzaam acht, kan hij in het vonnis bepalen dat geen straf of maatregel zal worden opgelegd. De rechter kan dit raadzaam achten in verband met de geringe ernst van het feit, de persoonlijkheid van de dader, of de omstandigheden waaronder het feit is begaan, dan wel die zich nadien hebben voorgedaan.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:793 - Overzichtsarrest vordering benadeelde partij: schadebegroting en motivering - 27 mei 2019
De Hoge Raad geeft een overzicht van de regels voor de vordering van de benadeelde partij. Dat de omvang van schade is geschat (art. 6:97 BW), staat toewijzing niet in de weg, mits de rechter zijn oordeel toereikend motiveert aan de hand van vaststaande feiten.
ECLI:NL:HR:2010:BK2094 - Bewijsminimum artikel 342 lid 2 Sv: Steunbewijs bij bedreiging - 25 januari 2010
Eén getuigenverklaring (unus testis, nullus testis) is onvoldoende voor een bewezenverklaring, tenzij deze voldoende steun vindt in ander bewijsmateriaal. De Hoge Raad oordeelt dat het verband tussen de verklaring van de aangever en het overige bewijs, zoals de emotionele toestand en het aangetroffen mes, hier voldoende duidelijk is.
ECLI:NL:HR:2013:BX5566 - Vergoeding advocaatkosten na art. 12 Sv-procedure en vrijspraak - 18 februari 2013
De kosten van een raadsman voor een beklagprocedure ex artikel 12 Sv komen voor vergoeding in aanmerking op grond van artikel 591a Sv. Dit geldt ook als het beklag gegrond wordt verklaard, mits de strafzaak uiteindelijk eindigt zonder straf of maatregel, op basis van een billijkheidsoordeel.
ECLI:NL:PHR:2024:354 - Parket bij de Hoge Raad - 27 maart 2024
ECLI:NL:HR:2013:BY3151 - Strafbaarstelling illegaal verblijf: gevangenisstraf en de Europese Terugkeerrichtlijn - 20 mei 2013
De Hoge Raad oordeelt dat het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf aan een ongewenst verklaarde vreemdeling wegens illegaal verblijf (art. 197 Sr) ontoereikend gemotiveerd is als niet blijkt dat de stappen van de Europese Terugkeerrichtlijn zijn doorlopen door de staat.
ECLI:NL:GHAMS:2024:448 - Gerechtshof Amsterdam - 4 maart 2024
ECLI:NL:HR:2020:1056 - Geen kostenvergoeding voor ongegronde beklagprocedure ondanks latere teruggave - 15 juni 2020
Kosten voor rechtsbijstand in een op grond van art. 552a Sv ongegrond verklaarde beklagprocedure komen niet voor vergoeding in aanmerking. Ook niet als de hoofdzaak eindigt zonder straf en met een last tot teruggave van het inbeslaggenomen voorwerp.
ECLI:NL:HR:2015:2756 - Geen kostenvergoeding na gegrond bezwaar DNA-onderzoek bij veroordeling - 21 september 2015
Een succesvolle bezwaarschriftprocedure tegen het afnemen van DNA na een onherroepelijke veroordeling leidt niet tot een kostenvergoeding op basis van artikel 591a Sv. Dit artikel is niet van toepassing, omdat de strafzaak niet is geëindigd zonder oplegging van een straf of maatregel.
ECLI:NL:HR:2014:238 - Motiveringsplicht bij weerlegging uitdrukkelijk onderbouwd standpunt over getuigenverklaringen - 3 februari 2014
De rechter voldoet aan zijn motiveringsplicht (art. 359 lid 2 Sv) door te oordelen dat de gebezigde bewijsmiddelen een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt weerleggen. Dit impliceert het oordeel dat eventuele tegenstrijdigheden in verklaringen niet zodanig ernstig zijn dat de verklaringen als onbetrouwbaar moeten worden beschouwd.
ECLI:NL:HR:2015:2757 - Geen vergoeding advocaatkosten bij strafbeschikking na gegrond klaagschrift invordering rijbewijs - 21 september 2015
Artikel 591a Sv biedt geen wettelijke grondslag voor vergoeding van advocaatkosten uit een klaagschriftprocedure (art. 164 WVW 1994), zelfs als het klaagschrift gegrond is, wanneer de strafzaak eindigt met de oplegging van een straf of maatregel via een strafbeschikking.