Artikel 475e (Vaststelling beslagvrije voet uitzonderingsgevallen)
1. Indien de geëxecuteerde over een niet in de basisregistratie personen opgenomen vaste woon- of verblijfplaats beschikt en hij de deurwaarder die gerechtigd is ten laste van hem binnen Nederland beslag te leggen, inzicht geeft in zijn leefsituatie en zijn bronnen van inkomsten, blijft het bepaalde in artikel 475da, vierde lid, eerste zin, buiten toepassing.
2. Indien de geëxecuteerde ter verzorging of verpleging in een daartoe bestemde inrichting is opgenomen, bedraagt de beslagvrije voet de prijs die is verschuldigd voor verzorging dan wel verpleging, verhoogd met:
a. twee derde van de bijstandsnorm, genoemd in artikel 23, eerste lid, van de Participatiewet; b. het bedrag, genoemd in artikel 23, tweede lid, van de Participatiewet.
Uitleg in duidelijke taal
1. Indien de geëxecuteerde over een niet in de basisregistratie personen opgenomen vaste woon- of verblijfplaats beschikt en hij de deurwaarder die gerechtigd is ten laste van hem binnen Nederland beslag te leggen, inzicht geeft in zijn leefsituatie en zijn bronnen van inkomsten, blijft het bepaalde in artikel 475da, vierde lid, eerste zin, buiten toepassing.
Dit betekent: Indien de geëxecuteerde beschikt over een vaste woon- of verblijfplaats die niet is opgenomen in de basisregistratie personen en hij de deurwaarder die gerechtigd is ten laste van hem binnen Nederland beslag te leggen, inzicht geeft in zijn leefsituatie en zijn bronnen van inkomsten, dan blijft de bepaling in artikel 475da, vierde lid, eerste zin, buiten toepassing.
2. Indien de geëxecuteerde ter verzorging of verpleging in een daartoe bestemde inrichting is opgenomen, bedraagt de beslagvrije voet de prijs die is verschuldigd voor verzorging dan wel verpleging, verhoogd met:
Dit houdt in: Indien de geëxecuteerde is opgenomen ter verzorging of verpleging in een daartoe bestemde inrichting, dan bedraagt de beslagvrije voet de prijs die is verschuldigd voor verzorging dan wel verpleging, verhoogd met:
a. twee derde van de bijstandsnorm, genoemd in artikel 23, eerste lid, van de Participatiewet;
Dit is: twee derde van de bijstandsnorm, zoals genoemd in artikel 23, eerste lid, van de Participatiewet.
b. het bedrag, genoemd in artikel 23, tweede lid, van de Participatiewet.
Dit is: het bedrag, zoals genoemd in artikel 23, tweede lid, van de Participatiewet.