Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 2. Rechtspraak
Afdeling 1. Algemene bepalingen
Artikel 5

Artikel 5 (Openbaarheid, motivering, samenstelling gerechten, nietigheid)

Laatste versie

1. Op straffe van nietigheid geschiedt de uitspraak van vonnissen en arresten in burgerlijke zaken en strafzaken in het openbaar en bevatten deze beslissingen de gronden waarop zij berusten.

2. Op straffe van nietigheid worden de beschikkingen, vonnissen en arresten in burgerlijke zaken en strafzaken gewezen en de uitspraken in bestuursrechtelijke zaken gedaan met het in deze wet bepaalde aantal rechterlijke ambtenaren met rechtspraak belast.

3. Indien bij de wet is bepaald dat ook anderen dan rechterlijke ambtenaren deel uitmaken van een meervoudige kamer, zijn de beslissingen van de desbetreffende meervoudige kamer tevens nietig, indien deze beslissingen niet zijn genomen met het in deze wet bepaalde aantal personen, niet zijnde rechterlijk ambtenaar.

Uitleg in duidelijke taal

1. Op straffe van nietigheid geschiedt de uitspraak van vonnissen en arresten in burgerlijke zaken en strafzaken in het openbaar en bevatten deze beslissingen de gronden waarop zij berusten.

Dit betekent dat de uitspraak van vonnissen en arresten in burgerlijke zaken en strafzaken in het openbaar moet plaatsvinden en dat deze beslissingen de gronden moeten bevatten waarop zij berusten. Als aan een van deze voorwaarden niet wordt voldaan, is de betreffende uitspraak of beslissing nietig.

2. Op straffe van nietigheid worden de beschikkingen, vonnissen en arresten in burgerlijke zaken en strafzaken gewezen en de uitspraken in bestuursrechtelijke zaken gedaan met het in deze wet bepaalde aantal rechterlijke ambtenaren met rechtspraak belast.

Dit houdt in dat beschikkingen, vonnissen en arresten in burgerlijke zaken en strafzaken moeten worden gewezen, en uitspraken in bestuursrechtelijke zaken moeten worden gedaan, door het aantal rechterlijke ambtenaren dat volgens deze wet met rechtspraak is belast. Indien dit niet gebeurt, zijn de desbetreffende beschikkingen, vonnissen, arresten of uitspraken nietig.

3. Indien bij de wet is bepaald dat ook anderen dan rechterlijke ambtenaren deel uitmaken van een meervoudige kamer, zijn de beslissingen van de desbetreffende meervoudige kamer tevens nietig, indien deze beslissingen niet zijn genomen met het in deze wet bepaalde aantal personen, niet zijnde rechterlijk ambtenaar.

Wanneer de wet voorschrijft dat naast rechterlijke ambtenaren ook andere personen deel uitmaken van een meervoudige kamer, dan zijn de beslissingen van die meervoudige kamer eveneens nietig. Dit is het geval als deze beslissingen niet zijn genomen met het in deze wet vastgestelde aantal personen dat geen rechterlijk ambtenaar is.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad104x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:1438 - Verkeerde eedformule rechter: uitspraak blijft desondanks geldig

ECLI:NL:HR:2022:143821 oktober 2022Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

Het gebruik van een verkeerd eedformulier bij de beëdiging van een raadsheer is een onvolkomenheid, maar tast de rechtskracht van diens uitspraken niet aan. De kern van de ambtseed is bekrachtigd, waardoor de rechter als bevoegd wordt beschouwd.

BestuursrechtAmbtenarenrecht
StrafrechtStrafprocesrecht
Hoge Raad50x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:2607 - Meavita: Nietige beschikking door defungeren rechter en verhaal van enquêtekosten

ECLI:NL:HR:2016:260718 november 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een beschikking is nietig als een rechter is gedefungeerd vóór de vaststelling van de tekst. Op grond van een redelijke wetstoepassing kan ook een verzoeker (niet-rechtspersoon) die enquêtekosten betaalde, deze verhalen. Voor kostenverhaal op bestuurders is een individuele, concrete beoordeling van persoonlijke verwijtbaarheid vereist.

Civiel RechtOndernemingsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad32x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:604 - De defungerende rechter: nietigheid vonnis na wijziging tekst

ECLI:NL:HR:2018:60413 april 2018Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

Een vonnis is nietig als een rechter defungeert voordat de volledige, definitieve tekst is vastgesteld. Zelfs ondergeschikte wijzigingen na defungeren leiden tot nietigheid, tenzij het gaat om eenvoudig herstel van kennelijke fouten. De zaak moet dan terug naar de rechtbank voor herbeoordeling door andere rechters.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht
StaatsrechtStaatsorganisatie
Hoge Raad26x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:1940 - Arrest door gedefungeerde raadsheer nietig; uitleg contract door rechter

ECLI:NL:HR:2019:194013 december 2019Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een arrest is nietig als het is vastgesteld nadat een van de raadsheren is gedefungeerd. Ten overvloede oordeelt de Hoge Raad dat een rechter tot een voorlopig oordeel over contractuitleg mag komen op basis van de taalkundige betekenis, zonder dat aanvullende eisen gelden.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad18x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:2561

ECLI:NL:HR:2017:25616 oktober 2017Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad17x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:2614 - Meavita: Vernietiging wegens defungeren rechter en regels voor kostenverhaal enquêteprocedure

ECLI:NL:HR:2016:261418 november 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een beschikking is nietig als een rechter defungeert voordat de tekst is vastgesteld. De Hoge Raad verduidelijkt tevens (ten overvloede) dat ook verzoekers van een enquête de onderzoekskosten kunnen verhalen, en dat hiervoor persoonlijke verwijtbaarheid van de individuele bestuurder of commissaris is vereist.

Civiel RechtOndernemingsrecht, Burgerlijk Procesrecht, Insolventierecht
Hoge Raad11x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:658 - Openbaarheid rechtspraak: recht op informatie over aanhangige civiele procedures

ECLI:NL:HR:2023:65821 april 2023Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat gerechten, binnen de grenzen van de privacywetgeving, aan derden opgave moeten doen van aanhangige civiele procedures. Dit volgt uit het beginsel van openbaarheid van rechtspraak, ook nu fysieke rolzittingen grotendeels zijn afgeschaft.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Informatierecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1998:AA9342

ECLI:NL:HR:1998:AA93426 januari 1998Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
BestuursrechtOmgevingsrecht
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:169

ECLI:NL:HR:2023:1697 februari 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:2008 - Coronamaatregelen en de openbaarheid van de rechtspraak: een nadere duiding

ECLI:NL:HR:2020:200815 december 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een zitting is ook 'in het openbaar' als het publiek wegens coronamaatregelen niet wordt toegelaten, mits de pers wel toegang heeft. De controleerbaarheid van de rechtspraak, het doel van openbaarheid, is hiermee voldoende gewaarborgd en dit vormt geen schending van het openbaarheidsbeginsel.

StrafrechtInternationaal Strafrecht, Strafprocesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten