Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 2. Verkrijging van het Nederlanderschap van rechtswege
Artikel 3

Artikel 3

Laatste versie

1. Nederlander is het kind waarvan ten tijde van zijn geboorte de vader of de moeder Nederlander is, alsmede het kind van een Nederlander die voordien is overleden.

2. Het op het grondgebied van Nederland, onderscheidenlijk Aruba, Curaçao of Sint Maarten, of aan boord van een in Nederland, Aruba, Curaçao of Sint Maarten te boek gesteld zeeschip of luchtvaartuig, gevonden kind wordt aangemerkt als het kind van een Nederlander tenzij binnen vijf jaren, te rekenen vanaf de dag waarop het is gevonden, blijkt dat het kind door geboorte een vreemde nationaliteit bezit.

3. Nederlander is het kind van een vader of moeder die ten tijde van de geboorte van het kind zijn of haar hoofdverblijf heeft in Nederland, Aruba, Curaçao of Sint Maarten en die zelf geboren is als kind van een vader of moeder die ten tijde van zijn of haar geboorte in een van die landen hoofdverblijf had, mits het kind ten tijde van zijn geboorte zijn hoofdverblijf heeft in Nederland, Aruba, Curaçao of Sint Maarten.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad45x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:942 - Erkenning kind uit bigaam huwelijk en gevolgen voor Nederlanderschap

ECLI:NL:HR:2017:94219 mei 2017Dit wetsartikel wordt 16 keer genoemd in deze uitspraak

Een familierechtelijke betrekking voortvloeiend uit een ten tijde van de geboorte bigaam huwelijk wordt niet erkend voor de verkrijging van het Nederlanderschap. Dat het huwelijk later monogaam wordt, verandert hier niets aan, omdat het moment van geboorte beslissend is.

Civiel RechtInternationaal Privaatrecht, Personen En Familierecht, Burgerlijk Procesrecht
BestuursrechtVreemdelingenrecht
Hoge Raad23x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:293 - Erkenning buitenlandse familierechtelijke betrekking voor verkrijging Nederlanderschap bij geboorte

ECLI:NL:HR:2016:29319 februari 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een in het buitenland bij geboorte van rechtswege ontstane familierechtelijke betrekking kan voor het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit worden erkend, ook zonder formele akte. Voldoende is dat het bestaan van de betrekking met zekerheid vaststaat en niet strijdig is met de openbare orde.

Civiel RechtInternationaal Privaatrecht, Personen En Familierecht
BestuursrechtVreemdelingenrecht
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2009:BI1122

ECLI:NL:HR:2009:BI112210 juli 2009Dit wetsartikel wordt 13 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1858

ECLI:NL:HR:2020:185820 november 2020Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:AZ1624

ECLI:NL:HR:2007:AZ162426 januari 2007Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AS5109

ECLI:NL:HR:2005:AS510927 mei 2005Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:1402

ECLI:NL:HR:2013:140222 november 2013Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:AZ1634

ECLI:NL:HR:2007:AZ163426 januari 2007Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2020:1500

ECLI:NL:HR:2020:150025 september 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2016:1232

ECLI:NL:HR:2016:123217 juni 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak