Terug naar bibliotheek
Regeling smartengeld dienstongevallen politieArtikel 7

Artikel 7

Laatste versie

1. De ambtenaar die als gevolg van een dienstongeval mogelijk een besmetting met het Humane Immunodificiency Virus (HIV) heeft opgelopen, meldt het dienstongeval dat de vermoedelijke aanleiding was voor de besmetting schriftelijk binnen 5 × 24 uur aan het bevoegd gezag en laat zich binnen één week na dat dienstongeval testen op de besmetting. Hij onderwerpt zich aan een tweede test op een daarvoor medisch geïndiceerd tijdstip.

2. Indien vast komt te staan dat tussen de eerste en de tweede test seroconversie heeft plaatsgevonden, wordt aangenomen dat de besmetting een gevolg is van het dienstongeval en wordt naar keuze van de ambtenaar

a. een zesde deel van het in artikel 54a, eerste lid, van het besluit genoemde bedrag aan hem uitgekeerd of b. het in artikel 54a, tweede lid, van het besluit genoemde bedrag aan zijn nabestaanden uitgekeerd indien hij binnen 20 jaar als gevolg van de besmetting overlijdt.

3. De ambtenaar maakt de keuze, bedoeld in het tweede lid, binnen acht weken nadat is vast komen te staan dat seroconversie heeft plaatsgevonden.

4. Het bevoegd gezag draagt de kosten van de in het eerste lid bedoelde testen.

Details

[Regeling vervallen per 01-04-2025]