Artikel 12
1. Theatervuurwerk bevat geen brandbare vloeistoffen.
2. Theatervuurwerk mag voorzien zijn van een elektrische ontsteker.
3. Theatervuurwerk bevat geen detonabele stoffen of voorwerpen.
4. Metalen, papieren of kunststof compartimenten, houders en sluitingen van theatervuurwerk hebben een zodanige sterkte dat zij na de ontsteking niet uiteen worden gereten door het functioneren van het theatervuurwerk.
5. Delen of onderdelen van theatervuurwerk die na ontsteking uitgeworpen worden, mogen niet zijn vervaardigd van metaal of zijn voorzien van een burst.
6. Het vijfde lid is niet van toepassing op vuurwerk van de categorie RR.
7. Theatervuurwerk dat bedoeld is om te worden afgevuurd vanaf een vlakke ondergrond, en dat niet wordt gesteund door enig andere constructie, moet zodanig geconstrueerd zijn dat het niet omvalt tijdens het functioneren.
8. Voor de beoordeling of theatervuurwerk voldoet aan het zesde lid, wordt uitsluitend gebruik gemaakt van de in bijlage IV vastgestelde methode van onderzoek.
9. Theatervuurwerk mag alleen scherfwerking vertonen voor zover dit door de fabrikant of importeur is aangegeven en mede door de fabrikant of importeur is aangegeven met welke maatregelen en voorzieningen deze scherfwerking opgeheven kan worden.
Details
[Regeling vervallen per 17-07-2010]