Artikel 7
1 Tegen de door de ontvanger of de belastingdeurwaarder in rekening gebrachte kosten van vervolging welke niet voortspruiten uit de gerechtelijke tenuitvoerlegging van het dwangbevel kan degene van wie die kosten worden gevorderd een bezwaarschrift, onderscheidenlijk een beroepschrift indienen bij de ontvanger. Op het bezwaar, beroep, hoger beroep en beroep in cassatie inzake de in de eerste volzin bedoelde beschikking is hoofdstuk V van de Algemene wet inzake rijksbelastingen van overeenkomstige toepassing.
2 Het bezwaar- of beroepschrift kan niet zijn gegrond op de stelling dat het aanslagbiljet, de aanmaning, het op de voet van artikel 13, derde lid, van de Invorderingswet 1990 betekende dwangbevel of de schriftelijke mededeling, genoemd in artikel 27, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 niet is ontvangen, tenzij degene van wie de kosten worden gevorderd aannemelijk maakt dat ontvangst redelijkerwijs moet worden betwijfeld.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2009:BG4156
ECLI:NL:HR:2023:785 - Bewijs verzending aanmaning: vermelding specifiek postbedrijf is cruciaal
Voor de tijdigheid van een ingebrekestelling is de ontvangstdatum, niet de verzenddatum, bepalend. De Belastingdienst moet aannemelijk maken aan welk specifiek postbedrijf een stuk is aangeboden; een verzendrapport met meerdere opties (PostNL/Sandd) is onvoldoende bewijs voor verzending.