Terug naar bibliotheek
Boek 3. Vermogensrecht in het algemeen
Titel 1. Algemene bepalingen
Afdeling 1. Begripsbepalingen
Artikel 3

Artikel 3 (Definitie onroerende en roerende zaken)

Laatste versie

1. Onroerend zijn de grond, de nog niet gewonnen delfstoffen, de met de grond verenigde beplantingen, alsmede de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd, hetzij rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken.

2. Roerend zijn alle zaken die niet onroerend zijn.

Uitleg in duidelijke taal

1. Onroerend zijn de grond, de nog niet gewonnen delfstoffen, de met de grond verenigde beplantingen, alsmede de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd, hetzij rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken.

Dit lid specificeert wat als onroerend wordt aangemerkt. Hieronder vallen de grond, de nog niet gewonnen delfstoffen, de met de grond verenigde beplantingen, en ook de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd. Deze duurzame vereniging met de grond kan hetzij rechtstreeks plaatsvinden, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken.

2. Roerend zijn alle zaken die niet onroerend zijn.

Dit lid definieert roerend als alle zaken die niet onroerend zijn volgens de criteria van het eerste lid.