Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 2. Inrichtingsgerelateerde aspecten
Afdeling 2.7. Bemonstering, analyses en metingen emissiegrenswaarden lucht
Artikel 2.23

Artikel 2.23

Laatste versie

1. Het bevoegd gezag bepaalt de meetonzekerheid op basis van de 95%-betrouwbaarheidsinterval van individuele waarnemingen. Bij het bepalen van de meetonzekerheid wordt het gemiddelde van de deelmetingen, bedoeld in artikel 2.22, gecorrigeerd voor het aantal deelmetingen. De meetonzekerheid wordt berekend als percentage van de grenswaarde.

2. Voor de elementen, genoemd in tabel 2.23, bedraagt de maximale meetonzekerheid als percentage van de emissiegrenswaarde niet meer dan de in tabel 2.23 opgenomen percentages.

| Elementen | Meetonzekerheid (%) | |---|---| | SO2 | 20 | | NOx | 20 | | Stof | 30 | | totaal stof (stofklasse S) | 30 | | Overige componenten | 40 | | Debiet | 20 |

Details

[Regeling vervallen per 01-01-2024]