ECLI:NL:RBROT:2025:10594 - Rechtbank Rotterdam - 29 augustus 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
vonnis
Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/699423 / KG ZA 25-420
Vonnis in kort geding van 29 augustus 2025
in de zaak van
[eiser], wonende te Rozenburg, eiser, advocaat mr. R. Delgado te Hoogvliet Rotterdam,
tegen
1 [gedaagde 1],
wonende te Paramaribo, 2. [gedaagde 2], wonende te Paramaribo, gedaagden, niet verschenen.
1 De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
2 De vordering
2.1. Eiser vordert – na ter zitting zijn eis te hebben verminderd – om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
-
te bepalen dat dit vonnis, voor het geval dat gedaagden binnen een termijn van 2 weken geen medewerking verlenen aan de overdracht en levering van de woning gelegen aan de [adres] aan de koper Europoort Construction Beheer B.V. te Rotterdam, ex artikel 3:300 BW in de plaats zal treden van de medewerking aan of dezelfde kracht zal hebben als een in wettige vorm opgemaakte akte, althans voor zover nodig de rechtshandeling door een vertegenwoordiger zal worden verricht, zodat eiser de woning volledig kan overdragen aan de koper;
-
de proceskosten te compenseren, waarbij ieder de eigen kosten draagt.
3 De beoordeling
3.1. Gedaagden zijn niet in de procedure verschenen. Bij de dagvaardingen, gericht aan hen, zijn de bij de wet voorgeschreven formaliteiten en termijnen in acht genomen, zodat tegen gedaagden verstek wordt verleend.
3.2. De vordering heeft betrekking op de levering van de woning gelegen aan de [adres], kadastraal aangeduid als [perceel].
3.3. Het gevorderde komt de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor. Het wordt aangepast toegewezen, in die zin dat, indien gedaagden binnen twee weken na de betekening van dit vonnis geen medewerking verlenen aan de overdracht en levering van voormelde woning, dit vonnis in de zin van artikel 3:300 lid 1 BW in de plaats treedt van de toestemming en/of handtekening van gedaagden tot levering van hun aandeel in de woning aan Europoort Construction Beheer BV ten behoeve van de notariële leveringsakte.
3.4. De voorzieningenrechter wijst eiser er wel op dat, in het voorkomende geval dat gedaagden na de overdracht van de woning aanspraak maken op een deel van de opbrengst uit de verkoop van de woning uit hoofde van hun aandeel in de nalatenschap van [naam], eiser verplicht is om aan die verdeling mee te werken. Dit is ter zitting besproken en eiser heeft te kennen gegeven dat hij een dergelijk verzoek niet verwacht. Als zo’n verzoek toch wordt gedaan zal hij daaraan voldoen; het gaat dan, gelet op de verkoopprijs, de hypotheek en het beperkte aandeel per gedaagden om een relatief klein bedrag.
3.5. De proceskosten worden, zoals gevorderd, gecompenseerd tussen partijen waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.
4 De beslissing
De voorzieningenrechter:
4.1. verleent verstek tegen de niet verschenen gedaagden;
4.2. bepaalt dat, indien gedaagden binnen twee weken na de betekening van dit vonnis geen medewerking verlenen aan de overdracht en levering van de woning zoals bedoeld in 3.2., dit vonnis in de zin van artikel 3:300 lid 1 BW in de plaats treedt van de toestemming en/of handtekening van gedaagden tot levering van hun aandeel in de woning aan de [adres], kadastraal aangeduid als [perceel], aan Europoort Construction Beheer B.V. ten behoeve van de notariële leveringsakte;
4.3. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
4.4. bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt;
4.5. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.F.G.T. Hofmeijer-Rutten en in het openbaar uitgesproken op 29 augustus 2025. 2091 / 106