ECLI:NL:RBNNE:2025:3833 - Rechtbank Noord-Nederland - 8 augustus 2025
Uitspraak
Rechtsgebieden
Genoemde wetsartikelen
Uitspraak inhoud
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
beschikkingsnummer: 262339199 zaaknummer: 11343371 BU VERZ 24-2388
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak gedaan op de openbare zitting van 8 augustus 2025
in de zaak van
[betrokkene] (de betrokkene),
die woont in [woonplaats] , gemachtigde: M.J.M. Bergers, Boete.nu.
Inleiding
- Aan betrokkene is een boete opgelegd op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De verkeersovertreding waarvoor de boete is opgelegd is: ’30 km per uur harder rijden dan mag op een autosnelweg buiten de bebouwde kom (verkeersbord A1)’, verricht op 14 november 2023, om 13:42 uur, op de Weg der Verenigde Naties (A7) in Groningen, met een personenauto, met kenteken [kenteken] . De opgelegde boete bedraagt € 343,00 (inclusief administratiekosten).
1.1. Betrokkene heeft tegen de boete beroep ingesteld bij de officier van justitie. Deze heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
1.2. De kantonrechter heeft het beroep op 8 augustus 2025 op de zitting behandeld. Daarbij was aanwezig als vertegenwoordigster van de officier van justitie mr. M. Kalsbeek.
1.3 Na afloop van de behandeling heeft de kantonrechter onmiddellijk uitspraak gedaan.
Beoordeling door de kantonrechter
- De kantonrechter beoordeelt het beroep aan de hand van de beroepsgronden van betrokkene. Hij oordeelt dat het beroep gegrond is en zal de boete vernietigen. De kantonrechter zal hierna uitleggen waarom hij dat doet.
Standpunten
-
Betrokkene voert aan dat hij langs een G1-bord is gereden en dat daaruit blijkt dat hij 130 km per uur mag. Hij is geen A1-bord gepasseerd waaruit blijkt dat er een afwijkende maximumsnelheid geldt. Betrokkene is vanuit Groningen via de Westpoortboulevard de A7 opgereden.
-
De vertegenwoordigster stelt zich op het standpunt dat het beroep gegrond verklaard moet worden. Betrokkene was inderdaad vóór de snelheidsmeting de bebording nog niet gepasseerd.
Overwegingen
-
Betrokkene betwist de verkeersovertreding. In zaken op grond van de Wahv is de verklaring van de verbalisant in het zaakoverzicht in beginsel voldoende voor het vaststellen van de verkeersovertreding, tenzij concrete omstandigheden worden aangevoerd die aanleiding geven tot twijfel.
-
Bij het oprijden van de A7 vanaf de Westpoortboulevard in de richting van Drachten passeert een bestuurder eerst een G1-bord, dat aangeeft dat de bestuurder een autosnelweg oprijdt. Op een autosnelweg geldt een maximale snelheid van 130 km per uur.
[1] Betrokkene is “gelaserd” ter hoogte van hectometerpaal 190.2 links. Op Google Maps is echter te zien dat het A1-bord, dat aangeeft dat de maximale snelheid 100 km per uur is, pas bij hectometerpaal 189,9 links staat (N.B. de kilometeraantallen op de hectometerpalen lopen in de richting van Drachten af). Betrokkene was dus nog geen A1-bord gepasseerd, waardoor voor hem de maximale snelheid nog steeds 130 km per uur was. De verkeersovertreding kan daarom niet worden vastgesteld. De kantonrechter zal de boete vernietigen. -
Omdat de kantonrechter het beroep gegrond zal verklaren, zal hij de officier van justitie veroordelen in de proceskosten van betrokkene. Hij zal één punt toekennen met een waarde van € 647,00 voor het indienen van het administratief beroepschrift en één punt toekennen voor het indienen van het beroepschrift bij de kantonrechter met een waarde van € 907,00. Het Besluit proceskosten bestuursrecht kent geen punt toe aan het bijwonen van een telefonisch hoorzitting. De kantonrechter ziet in dit geval aanleiding om ook een halve punt toe te kennen voor de telefonische hoorzitting. Gelet op de aard van de zaak past hij de wegingsfactor 0,5 (gewicht van de zaak = licht) toe. Op 24 juni 2025 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de extra vermenigvuldigingsfactor uit artikel 13a, tweede lid, van de Wahv toelaatbaar is. Deze vermenigvuldigingsfactor is van toepassing op beslissingen en uitspraken na 2024. Daarom past de kantonrechter de vermenigvuldigingsfactor van 0,25 toe bij de berekening van de proceskosten in de fase bij de kantonrechter. Hij zal de officier van justitie veroordelen in de kosten van
€ 760,38 (€ 647,00 x 2 x 0,5 + 907,00 x 0,5 x 0,25).
- Artikel 13a, vijfde lid, van de Wahv regelt dat uitbetalingen op grond van een uitspraak op beroep op grond van deze wet uitsluitend plaatsvinden op een bankrekening die op naam staat van degene aan wie de boete is opgelegd. Gelet op de jurisprudentie is de kantonrechter niet bevoegd om over deze feitelijke uitvoering van zijn beslissing een oordeel te geven.
[2]
Conclusie
De kantonrechter:
Waarvan proces-verbaal,
mr. M. Hidding, griffier mr. P.G. Wijtsma, kantonrechter
Rechtsmiddel
Als u het met de beslissing op uw beroep niet eens bent, dan kunt u binnen zes weken na de hieronder vermelde datum van toezending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, maar alleen als:
a. de u opgelegde administratieve boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
b. uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u geen (of niet op tijd) zekerheid heeft gesteld.
Het (hoger) beroepschrift moet worden ingediend bij de rechtbank Noord-Nederland, Afdeling Bestuursrecht, locatie Groningen (Postbus 150, 9700 AD Groningen). U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure, tenzij door u bij het (hoger) beroepschrift uitdrukkelijk om een zitting is gevraagd.
Artikel 21, onder a, van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990).
Hof Arnhem-Leeuwarden 17 juni 2024, ECLI:NL:GHARL:2024:4051.