Terug naar bibliotheek
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2025:13786 - Rechtbank Den Haag - 8 juli 2025

Uitspraak

ECLI:NL:RBDHA:2025:137868 juli 2025

Rechtsgebieden

Civiel RechtGezondheidsrecht

Uitspraak inhoud

Enkelvoudige Kamer

Zaak-/rekestnummer: C/09/687692 / FA RK 25-4892 Datum beschikking: 8 juli 2025

Verzoek tot schorsing ex artikel 10:9 lid 1 Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)

hierna te noemen: verzoekster, geboren op [geboortedatum] 1966 te [geboorteplaats] , [geboorteland] , wonende te [woonplaats] , verblijvende te [instelling] , afdeling [afdeling] , te [plaats] , advocaat: mr. H. Gailjaard te Den Haag,

Als belanghebbende wordt aangemerkt: de zorgaanbieder [belanghebbende] .

Feiten en procesverloop

De rechtbank heeft kennisgenomen van het verzoekschrift met bijlagen.

Aan verzoekster wordt door zorgaanbieder [belanghebbende] verplichte zorg verleend krachtens een door deze rechtbank verleende zorgmachtiging van 17 april 2025 geldend uiterlijk tot en met 17 oktober 2025.

Verzoekster heeft bij brief van 30 mei 2025 bij de klachtencommissie een klacht ingediend tegen de beslissing tot het verlenen van verplichte zorg in de vorm van toediening van medicatie, beperken van de bewegingsvrijheid en opname in de accommodatie als bedoeld in art. 10:3 Wvggz.

De klachtencommissie heeft op 13 juni 2025 de klachten ongegrond verklaard. Deze beslissing heeft de klachtencommissie op schrift op 13 juni 2025 aan verzoekster toegezonden.

Verzoekster heeft verzocht de door haar ingediende klacht alsnog gegrond te verklaren, alsmede de beslissing tot toediening van medicatie op grond van artikel 10:9, eerste lid, Wvggz, te schorsen.

Op 8 juli 2025 is het verzoek tot schorsing ter zitting van deze rechtbank behandeld. Daarbij zijn gehoord:

  • verzoekster, bijgestaan door haar advocaat en een tolk Engels;

  • de psychiater, de heer [naam 1] ;

  • de arts, mevrouw [naam 2] .

Standpunten partijen

Verzoekster stelt zich op het standpunt dat zij op basis van leugens opgenomen is en medicatie krijgt. De diagnose is gesteld met informatie van mensen die wel stellen familie te zijn maar dat feitelijk niet zijn. Verzoekster vindt dat zij niet ziek is. Zij heeft voor de opname zelfstandig in een studio gewoond en zij is ook niet eerder opgenomen geweest in een kliniek. Verzoekster moet nu medicatie nemen waarmee zij nooit heeft ingestemd. Volgens verzoekster is de medicatie ook niet consistent. Zij krijgt steeds andere kleuren pillen die zij moet innemen.

De psychiater heeft verklaard dat een onbehandelde psychose gevaarlijk is voor het brein. Als een psychose niet met medicatie wordt behandeld dan kan er schade ontstaan, zal de verdere behandeling moeizamer verlopen en wordt het lastiger om toekomstige medicatie aan te laten slaan. Verzoekster is de afgelopen 30 jaar niet behandeld, zij heeft zich onttrokken aan de zorg en haar familie. Verzoekster is kort opgenomen in Londen maar zij is daar gestopt met de behandeling en medicatie. De behandeling van de psychose gaat bij verzoekster moeizaam. Er wordt nog zeer weinig effect gezien van de medicatie.

De arts heeft verklaard dat verzoekster Haloparidol toegediend krijgt, omdat Olanzapine niet aanslaat. Vermoedelijk slikte verzoekster eerst de medicatie niet door. Zij neemt de medicatie nu onder toezicht in waarna haar mond wordt gecontroleerd. Verzoekster krijgt nog twee weken medicatie. Daarna wordt besloten of de medicatie voldoende effect heeft.

Beoordeling

Op grond van het bepaalde in artikel 10:9 lid 1 Wvggz kan de rechtbank de beslissing waartegen de klacht is gericht, schorsen. De rechtbank hanteert daarbij een terughoudende toets. De rechtbank stelt voorop dat op grond van artikel 3:2, lid 2 sub a Wvggz de basisvoorwaarde voor dwangbehandeling is dat het gedrag van verzoekster als gevolg van haar psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel. Wat betreft de psychische stoornis en het daaruit voortvloeiend ernstig nadeel verwijst de rechtbank naar de beschikking van de rechtbank van 17 april 2025, waarbij ten aanzien van verzoekster een zorgmachtiging is afgegeven.

In dit geval ziet de rechtbank geen aanleiding om het besluit tot toedienen van medicatie te schorsen in afwachting van de beslissing van de rechtbank over de klacht van verzoekster. De psychiater heeft toegelicht dat de kans op nadelige effecten groot is als de medicatie wordt gestopt. Hij heeft toegelicht dat het stoppen met medicatie drie nadelige gevolgen kan hebben: de behandeling van de psychose gaat moeilijker, op lange termijn ontstaat er meer hersenschade en het wordt lastiger in de toekomst om medicatie aan te laten slaan. Het schorsen van het besluit tot het verplicht toedienen van de medicatie zal de behandeling doorkruisen en de continuïteit van zorg verstoren. Het verzoek om de toediening van medicatie te schorsen zal daarom worden afgewezen.

Beslissing:

De rechtbank:

wijst af het verzoek tot schorsing van de toepassing van verplichte zorg in de vorm van het toedienen van medicatie.