Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 3. Criteria voor en doelen van verplichte zorg
Artikel 3:2

Artikel 3:2

Laatste versie

1 Zorg omvat de zorg van een zorgaanbieder jegens betrokkene die kan bestaan uit bejegening, verzorging, verpleging, behandeling, begeleiding, bescherming, beveiliging, en verplichte zorg als bedoeld in het tweede lid.

2 Verplichte zorg bestaat uit het:

a. toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;

b. beperken van de bewegingsvrijheid;

c. insluiten;

d. uitoefenen van toezicht op betrokkene;

e. onderzoek aan kleding of lichaam;

f. onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;

g. controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;

h. aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;

i. beperken van het recht op het ontvangen van bezoek;

j. opnemen in een accommodatie;

k. ontnemen van de vrijheid van betrokkene door hem over te brengen naar een plaats die geschikt is voor tijdelijk verblijf als bedoeld in artikel 7:3, derde lid.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad55x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1012 - Wvggz: Strikte onafhankelijkheidseis psychiater en ontvankelijkheid cassatieberoep crisismaatregel

ECLI:NL:HR:2020:10125 juni 2020Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

Cassatieberoep is mogelijk tegen een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel. De eis dat de verklarende psychiater minimaal één jaar geen zorg heeft verleend (art. 5:7 Wvggz) is een harde voorwaarde waarbij een belangenafweging door de rechter niet is toegestaan.

Civiel RechtGezondheidsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad19x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1017

ECLI:NL:HR:2020:10175 juni 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad12x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1508 - Wvggz: Voorwaardelijke zorgmachtiging toegestaan, nieuwe medische verklaring niet

ECLI:NL:HR:2020:150825 september 2020Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Een zorgmachtiging (Wvggz) mag ambulante zorg combineren met een voorwaardelijke opname in een accommodatie. De rechter kan echter niet als extra voorwaarde stellen dat een nieuwe medische verklaring nodig is als die opname later tijdens de looptijd van de machtiging plaatsvindt.

Civiel RechtGezondheidsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:1850 - Gedwongen anticonceptie onder de Wvggz: een zeer beperkte grondslag

ECLI:NL:HR:2022:18509 december 2022Dit wetsartikel wordt 8 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat de Wvggz geen algemene grondslag biedt voor gedwongen anticonceptie. Dit is alleen mogelijk als medische handeling (art. 3:2 lid 2 sub a) indien zwangerschap of bevalling zelf een aanzienlijk risico op ernstige gezondheidsschade voor betrokkene meebrengt.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Gezondheidsrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:983 - Zorgmachtiging is vrijheidsbenemende maatregel bij toetsing voorlopige hechtenis

ECLI:NL:HR:2022:98312 juli 2022Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een door de strafrechter opgelegde zorgmachtiging (Wfz) die leidt tot opname, moet bij de beoordeling van de voorlopige hechtenis worden aangemerkt als een 'tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel' in de zin van art. 67a lid 3 Sv, ondanks het civielrechtelijke karakter.

StrafrechtStrafprocesrecht
Civiel RechtGezondheidsrecht
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:1159

ECLI:NL:HR:2021:115916 juli 2021Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:1047

ECLI:NL:HR:2023:10477 juli 2023Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2023:824

ECLI:NL:HR:2023:8242 juni 2023Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:284

ECLI:NL:HR:2022:28418 februari 2022Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2020:1794

ECLI:NL:HR:2020:179413 november 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak