Arrest inhoud

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 22/04702 Datum 15 december 2023

ARREST

In de zaak van

STICHTING EVENAAR, gevestigd te Almere, EISERES tot cassatie, hierna: de Stichting, advocaat: A.C. van Schaick,

tegen

[verweerder], wonende te [woonplaats], India, VERWEERDER in cassatie, hierna: [verweerder], niet verschenen.

1 Procesverloop

Voor het verloop van het geding tot dusver verwijst de Hoge Raad naar: a. zijn arrest tussen partijen in de zaak 18/02218 van 12 april 2019 (ECLI:NL:HR:2019:566); b. het vonnis in de zaak 405748/HL ZA 15-365 van de rechtbank Midden-Nederland van 27 mei 2020; c. de arresten in de zaak 200.284.925/01 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 22 juni 2021 en 18 oktober 2022. De Stichting heeft tegen het arrest van het hof van 18 oktober 2022 beroep in cassatie ingesteld. Tegen [verweerder] is verstek verleend. De conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekt tot verwerping van het cassatieberoep. De advocaat van de Stichting heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2 Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3 Beslissing

De Hoge Raad:

  • verwerpt het beroep;
  • veroordeelt de Stichting in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op nihil.

Dit arrest is gewezen door de raadsheren T.H. Tanja-van den Broek, als voorzitter, F.R. Salomons en G.C. Makkink, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op 15 december 2023.