ECLI:NL:GHARL:2024:3271 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 12 mei 2024
Arrest
Arrest inhoud
zittingsplaats Leeuwarden
Arrest op het hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Den Haag van 18 juli 2023, betreffende
wonende te [woonplaats] .
De kantonrechter heeft het beroep van [de betrokkene] tegen de beslissing op bezwaar van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag (hierna: het college) gegrond verklaard, die beslissing vernietigd, het bezwaar tegen de beschikking tot oplegging van een bestuurlijke boete aan [de betrokkene] op grond van artikel 154b van de Gemeentewet met kenmerk [nummer1] gegrond verklaard, die beschikking vernietigd en bepaald dat hetgeen door [de betrokkene] op de voet van artikel 154n van de Gemeentewet tot zekerheid is gesteld aan hem wordt gerestitueerd.
Het verloop van de procedure
Het college heeft hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van de kantonrechter. [de betrokkene] heeft de gelegenheid gekregen een verweerschrift in te dienen. Van die gelegenheid is geen gebruik gemaakt.
De beoordeling
1. In artikel 154k, tweede lid, van de Gemeentewet is bepaald dat onder meer artikel 14 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) van overeenkomstige toepassing is in een procedure als hier aan de orde.
2. Artikel 14 van de Wahv - zoals die bepaling luidt per 1 januari 2023 - bepaalt, voor zover hier van belang, dat hoger beroep kan worden ingesteld tegen de beslissing van de kantonrechter als de sanctie bij die beslissing hoger is dan € 110,-. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen de beroepsmogelijkheden van degene die bij de kantonrechter beroep heeft ingesteld en die van het bestuursorgaan (vgl. het arrest van het hof van 27 december 2018, gepubliceerd op rechtspraak.nl: ECLI:NL:GHARL:2018:11177).
3. Van de bovengenoemde situatie is hier geen sprake. De kantonrechter heeft de beschikking tot oplegging van de bestuurlijke boete vernietigd. Dit betekent dat geen sanctie meer resteert. Het hof zal het hoger beroep daarom niet-ontvankelijk verklaren.
De beslissing
Het gerechtshof:
verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door mr. Van Schuijlenburg, in tegenwoordigheid van mr. Starreveld als griffier, en op een openbare zitting uitgesproken.