Terug naar bibliotheek
Eerste Boek. Algemeene bepalingen
Titel IV. Eenige bijzondere dwangmiddelen
Eerste afdeeling. Aanhouding en inverzekeringstelling
Artikel 62

Artikel 62 (Beperkingen verdachte tijdens inverzekeringstelling)

Laatste versie

1. De in verzekering gestelde verdachte wordt aan geen andere beperkingen onderworpen dan die in het belang van het onderzoek of in het belang der orde volstrekt noodzakelijk zijn.

2. Onverminderd het bepaalde in artikel 45, kunnen tegen de in het eerste lid bedoelde verdachte maatregelen in het belang van het onderzoek worden bevolen. Als zodanige maatregelen kunnen, naast de in artikel 61a, eerste lid, onderdeel a tot en met h, genoemde maatregelen, onder meer worden aangemerkt:

a. beperkingen met betrekking tot het ontvangen van bezoek, telefoonverkeer, briefwisseling en de uitreiking van kranten, lectuur of andere gegevensdragers, dan wel andere maatregelen betrekking hebbend op het verblijf in het kader van de vrijheidsbeneming; b. de overbrenging naar een ziekenhuis, of een andere instelling waar medisch toezicht is gewaarborgd, of verblijf in een daartoe ingerichte cel onder medisch toezicht.

3. De behandeling van de in verzekering gestelde verdachten en de eisen waaraan de voor de inverzekeringstelling bestemde plaatsen moeten voldoen, worden,naar beginselen bij of krachtens de wet te stellen, geregeld bij algemene maatregel van bestuur.

4. Indien naar aanleiding van de in artikel 59, vijfde lid, genoemde kennisgeving een rapport is opgesteld, neemt de officier van justitie van dat rapport kennis alvorens een vordering tot bewaring te doen.

5. De verdachte zal bij de toepassing van de maatregelen, bedoeld in het tweede lid, onderdeel a, worden gewezen op de bezwaarmogelijkheid die in artikel 62a, vierde lid, is opgenomen.

Uitleg in duidelijke taal

1. De in verzekering gestelde verdachte wordt aan geen andere beperkingen onderworpen dan die in het belang van het onderzoek of in het belang der orde volstrekt noodzakelijk zijn.

Dit betekent dat een verdachte die in verzekering is gesteld, niet aan andere beperkingen mag worden onderworpen dan de beperkingen die absoluut noodzakelijk (volstrekt noodzakelijk) zijn voor het onderzoek of voor de handhaving van de orde.

2. Onverminderd het bepaalde in artikel 45, kunnen tegen de in het eerste lid bedoelde verdachte maatregelen in het belang van het onderzoek worden bevolen. Als zodanige maatregelen kunnen, naast de in artikel 61a, eerste lid, onderdeel a tot en met h, genoemde maatregelen, onder meer worden aangemerkt:

Dit houdt in dat, zonder afbreuk te doen aan (onverminderd) wat in artikel 45 is bepaald, er tegen de verdachte die in het eerste lid wordt genoemd, maatregelen kunnen worden bevolen die nodig zijn voor het onderzoek. Dergelijke maatregelen kunnen, naast de maatregelen die genoemd zijn in artikel 61a, eerste lid, onderdelen a tot en met h, onder andere zijn:

a. beperkingen met betrekking tot het ontvangen van bezoek, telefoonverkeer, briefwisseling en de uitreiking van kranten, lectuur of andere gegevensdragers, dan wel andere maatregelen betrekking hebbend op het verblijf in het kader van de vrijheidsbeneming;

Dit betreft beperkingen die te maken hebben met het ontvangen van bezoek, het voeren van telefoongesprekken, het ontvangen en versturen van brieven, en de verstrekking (uitreiking) van kranten, leesstof (lectuur) of andere informatiedragers (gegevensdragers). Het kan ook gaan om andere maatregelen die verband houden met het verblijf van de verdachte tijdens zijn vrijheidsbeneming.

b. de overbrenging naar een ziekenhuis, of een andere instelling waar medisch toezicht is gewaarborgd, of verblijf in een daartoe ingerichte cel onder medisch toezicht.

Dit omvat de overplaatsing (overbrenging) van de verdachte naar een ziekenhuis, of naar een andere instelling waar medische controle (medisch toezicht) verzekerd (gewaarborgd) is. Het kan ook betekenen dat de verdachte verblijft in een cel die speciaal daarvoor is ingericht en waar medisch toezicht aanwezig is.

3. De behandeling van de in verzekering gestelde verdachten en de eisen waaraan de voor de inverzekeringstelling bestemde plaatsen moeten voldoen, worden,naar beginselen bij of krachtens de wet te stellen, geregeld bij algemene maatregel van bestuur.

Dit bepaalt dat de manier waarop in verzekering gestelde verdachten worden behandeld, en de vereisten (eisen) waaraan de locaties (plaatsen) die voor inverzekeringstelling zijn bedoeld moeten voldoen, geregeld worden door een algemene maatregel van bestuur. Dit gebeurt volgens de principes (beginselen) die in of op basis van (krachtens) de wet worden vastgesteld.

4. Indien naar aanleiding van de in artikel 59, vijfde lid, genoemde kennisgeving een rapport is opgesteld, neemt de officier van justitie van dat rapport kennis alvorens een vordering tot bewaring te doen.

Dit betekent dat als er, als reactie op de kennisgeving die genoemd wordt in artikel 59, vijfde lid, een rapport is gemaakt, de officier van justitie dit rapport moet lezen (kennis nemen) voordat hij een verzoek (vordering) tot bewaring indient.

5. De verdachte zal bij de toepassing van de maatregelen, bedoeld in het tweede lid, onderdeel a, worden gewezen op de bezwaarmogelijkheid die in artikel 62a, vierde lid, is opgenomen.

Dit stelt dat wanneer de maatregelen, die genoemd zijn in het tweede lid, onderdeel a, worden toegepast, de verdachte geïnformeerd moet worden (gewezen op) de mogelijkheid om bezwaar te maken, zoals deze is vastgelegd (opgenomen) in artikel 62a, vierde lid.