Artikel 255 (Opzettelijk verlaten hulpbehoevende door zorgplichtige)
Hij die opzettelijk iemand tot wiens onderhoud, verpleging of verzorging hij krachtens wet of overeenkomst verplicht is, in een hulpeloze toestand brengt of laat, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
Uitleg in duidelijke taal
Hij die opzettelijk iemand tot wiens onderhoud, verpleging of verzorging hij krachtens wet of overeenkomst verplicht is, in een hulpeloze toestand brengt of laat, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
Dit artikel stelt strafbaar de persoon die opzettelijk een ander, tot wiens onderhoud, verpleging of verzorging hij krachtens wet of overeenkomst verplicht is, in een hulpeloze toestand brengt of laat. Deze persoon wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:GHDHA:2025:1379 - Gerechtshof Den Haag - 18 juli 2025
ECLI:NL:RBAMS:2025:4909 - Rechtbank Amsterdam - 10 juli 2025
ECLI:NL:RBAMS:2025:6324 - Rechtbank Amsterdam - 28 augustus 2025
ECLI:NL:RBAMS:2025:6124 - Rechtbank Amsterdam - 5 augustus 2025
ECLI:NL:HR:2025:1046 - Afwijzing getuigenverzoek minderjarigen vereist actuele motivering na tijdsverloop - 8 juli 2025
De Hoge Raad oordeelt dat een afwijzing van een getuigenverzoek op basis van gezondheidsrisico's (art. 288 Sv) onvoldoende is gemotiveerd als deze steunt op bijna vier jaar oude deskundigenrapporten, zonder dat de rechter nagaat of de belemmeringen en risico’s voor de minderjarige getuigen nog actueel zijn.