Artikel 189 (Begunstiging na misdrijf)
1. Met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie wordt gestraft:
1°. hij die opzettelijk iemand die schuldig is aan of verdachte is van enig misdrijf, verbergt of hem behulpzaam is in het ontkomen aan de nasporing van of aanhouding door de ambtenaren van de justitie of politie; 2°. hij die nadat enig misdrijf is gepleegd, met het oogmerk om het te bedekken of de nasporing of vervolging te beletten of te bemoeilijken, voorwerpen waarop of waarmede het misdrijf gepleegd is of andere sporen van het misdrijf vernietigt, wegmaakt, verbergt of aan het onderzoek van de ambtenaren van de justitie of politie onttrekt; 3°. hij die opzettelijk voorwerpen die kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen of om wederrechtelijk verkregen voordeel als bedoeld in artikel 36e aan te tonen, met het oogmerk om de inbeslagneming daarvan te beletten, te belemmeren of te verijdelen, verbergt, vernietigt, wegmaakt of aan het onderzoek van de ambtenaren van de justitie of politie onttrekt, dan wel door het opzettelijk verstrekken van gegevens of inlichtingen aan derden die inbeslagneming belet, belemmert of verijdelt.
2. In het geval het misdrijf, bedoeld in het eerste lid, een terroristisch misdrijf betreft, kan een gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie worden opgelegd.
3. Deze bepalingen zijn niet van toepassing op hem die de daarin vermelde handelingen verricht ten einde gevaar van vervolging te ontgaan of af te wenden van een van zijn bloedverwanten of aangehuwden in de rechte linie of in de tweede of derde graad van de zijlinie of van zijn echtgenoot of gewezen echtgenoot.
4. Met ambtenaren van de justitie of politie worden gelijkgesteld: personen in de openbare dienst van een internationaal gerecht dat zijn rechtsmacht ontleent aan een verdrag waarbij het Koninkrijk partij is, die belast zijn met de opsporing of vervolging van enig misdrijf, alsmede personen in de openbare dienst van een vreemde staat die in Nederland op door het volkenrecht toegelaten wijze hun bediening uitoefenen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie wordt gestraft:
Dit betekent dat de hierna genoemde handelingen bestraft worden met een gevangenisstraf van maximaal zes maanden of een geldboete van de derde categorie.
1°. hij die opzettelijk iemand die schuldig is aan of verdachte is van enig misdrijf, verbergt of hem behulpzaam is in het ontkomen aan de nasporing van of aanhouding door de ambtenaren van de justitie of politie;
Dit betreft de persoon die met opzet (opzettelijk) een individu, die schuldig is aan of verdacht wordt van enig misdrijf, verbergt. Het geldt ook voor de persoon die dit individu helpt (behulpzaam is) om te ontkomen aan de opsporing (nasporing) van of arrestatie (aanhouding) door de ambtenaren van de justitie of politie.
2°. hij die nadat enig misdrijf is gepleegd, met het oogmerk om het te bedekken of de nasporing of vervolging te beletten of te bemoeilijken, voorwerpen waarop of waarmede het misdrijf gepleegd is of andere sporen van het misdrijf vernietigt, wegmaakt, verbergt of aan het onderzoek van de ambtenaren van de justitie of politie onttrekt;
Dit verwijst naar de persoon die, nadat enig misdrijf is gepleegd, met de intentie (oogmerk) om het te bedekken of de nasporing of vervolging te verhinderen (beletten) of te bemoeilijken, voorwerpen waarop of waarmee het misdrijf gepleegd is of andere sporen van het misdrijf vernietigt, wegmaakt, verbergt of aan het onderzoek van de ambtenaren van de justitie of politie onttrekt.
3°. hij die opzettelijk voorwerpen die kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen of om wederrechtelijk verkregen voordeel als bedoeld in artikel 36e aan te tonen, met het oogmerk om de inbeslagneming daarvan te beletten, te belemmeren of te verijdelen, verbergt, vernietigt, wegmaakt of aan het onderzoek van de ambtenaren van de justitie of politie onttrekt, dan wel door het opzettelijk verstrekken van gegevens of inlichtingen aan derden die inbeslagneming belet, belemmert of verijdelt.
Dit betreft de persoon die opzettelijk voorwerpen verbergt, vernietigt, wegmaakt of aan het onderzoek van de ambtenaren van de justitie of politie onttrekt. Het gaat hierbij om voorwerpen die kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen of om wederrechtelijk verkregen voordeel als bedoeld in artikel 36e aan te tonen. De persoon handelt met het oogmerk om de inbeslagneming van deze voorwerpen te beletten, te belemmeren of te verijdelen. Dit geldt ook als de persoon die inbeslagneming belet, belemmert of verijdelt door het opzettelijk verstrekken van gegevens of inlichtingen aan derden.
2. In het geval het misdrijf, bedoeld in het eerste lid, een terroristisch misdrijf betreft, kan een gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie worden opgelegd.
Dit lid stelt dat indien de handelingen genoemd in het eerste lid worden verricht in relatie tot een misdrijf dat een terroristisch misdrijf is, een gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of een geldboete van de vijfde categorie kan worden opgelegd.
3. Deze bepalingen zijn niet van toepassing op hem die de daarin vermelde handelingen verricht ten einde gevaar van vervolging te ontgaan of af te wenden van een van zijn bloedverwanten of aangehuwden in de rechte linie of in de tweede of derde graad van de zijlinie of van zijn echtgenoot of gewezen echtgenoot.
Dit lid bepaalt dat de voorgaande bepalingen niet van toepassing zijn op de persoon die de daarin vermelde handelingen verricht om gevaar van vervolging voor zichzelf te ontgaan of af te wenden van zijn bloedverwanten of aangehuwden in de rechte linie (directe familielijn zoals ouders, kinderen), of in de tweede of derde graad van de zijlinie (zoals broers/zussen, ooms/tantes, neven/nichten), of van zijn echtgenoot of voormalige echtgenoot (gewezen echtgenoot).
4. Met ambtenaren van de justitie of politie worden gelijkgesteld: personen in de openbare dienst van een internationaal gerecht dat zijn rechtsmacht ontleent aan een verdrag waarbij het Koninkrijk partij is, die belast zijn met de opsporing of vervolging van enig misdrijf, alsmede personen in de openbare dienst van een vreemde staat die in Nederland op door het volkenrecht toegelaten wijze hun bediening uitoefenen.
- personen in de openbare dienst van een internationaal gerecht dat zijn rechtsmacht ontleent aan een verdrag waarbij het Koninkrijk partij is, en die belast zijn met de opsporing of vervolging van enig misdrijf;
- alsmede personen in de openbare dienst van een vreemde staat die in Nederland op een door het volkenrecht toegelaten wijze hun bediening uitoefenen.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:RBZWB:2025:6520 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 1 oktober 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:8012 - Garagehouder kan zich zonder goede trouw niet beroepen op retentierecht - 17 september 2025
De rechtbank oordeelt dat een garagehouder zich niet succesvol kan beroepen op een retentierecht tegenover de eigenaar van een leaseauto. Door het nalaten van controle van het eigendomsrecht heeft de garagehouder niet te goeder trouw gehandeld en kan hij niet als rechthebbende worden aangemerkt.