Terug naar bibliotheek
Eerste Boek. De wijze van procederen voor de rechtbanken, de hoven en de Hoge Raad
Tweede titel. De dagvaardingsprocedure in eerste aanleg
Tiende afdeling. Incidentele vorderingen
§ 3. Voeging en tussenkomst
Artikel 218Artikel 218 (Termijn en wijze vordering voeging tussenkomst)
Laatste versie
Deze vordering wordt ingesteld bij incidentele conclusie vóór of op de roldatum waarop de laatste conclusie in het aanhangige geding wordt genomen.
Uitleg in duidelijke taal
Deze vordering wordt ingesteld bij incidentele conclusie vóór of op de roldatum waarop de laatste conclusie in het aanhangige geding wordt genomen.
Dit houdt in dat de onderhavige vordering moet worden ingediend ("ingesteld") door middel van een "incidentele conclusie". Dit moet plaatsvinden vóór of op de "roldatum" waarop de "laatste conclusie" in het lopende ("aanhangige") "geding" wordt genomen.
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
3 uitspraken gevonden
Rechtbank Amsterdam
ECLI:NL:RBAMS:2025:6632 - Rechtbank Amsterdam - 26 augustus 2025
ECLI:NL:RBAMS:2025:6632•26 augustus 2025•Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel Recht•Burgerlijk Procesrecht, Personen en Familierecht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Noord-Holland
ECLI:NL:RBNHO:2025:10366 - Rechtbank Noord-Holland - 6 augustus 2025
ECLI:NL:RBNHO:2025:10366•6 augustus 2025•Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel Recht•Letselschaderecht, Burgerlijk Procesrecht, Verzekeringsrecht
Gerechtshof Den Haag
ECLI:NL:GHDHA:2025:1544 - Gerechtshof Den Haag - 8 juli 2025
ECLI:NL:GHDHA:2025:1544•8 juli 2025•Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel Recht•Burgerlijk Procesrecht