Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 7. Crisismaatregel, machtiging tot voortzetting daarvan en aansluitend verzoek voor een zorgmachtiging
Paragraaf 5. Verlenging crisismaatregel
Artikel 7:8

Artikel 7:8

Laatste versie

1 Met betrekking tot de behandeling van het verzoekschrift voor een machtiging tot voorzetting van de crisismaatregel is artikel 6:1, eerste en derde lid, van overeenkomstige toepassing.

2 Artikel 6:1, vierde lid, vijfde lid, eerste en tweede volzin, zesde lid, zevende lid, achtste lid en negende lid, is van overeenkomstige toepassing. De rechter kan, in afwijking van het verzoekschrift, bedoeld in artikel 7:7, eerste lid, of de bescheiden, bedoeld in artikel 7:2, tweede lid, besluiten tot het opnemen van andere vormen van verplichte zorg, bedoeld in artikel 3:2, tweede lid, van de wet.

3 De rechter doet zo spoedig mogelijk uitspraak, maar uiterlijk drie dagen na ontvangst van een verzoekschrift voor een machtiging tot voorzetting van de crisismaatregel als bedoeld in het eerste lid, respectievelijk in artikel 8:12, vijfde lid. Indien de termijn, bedoeld in de eerste volzin, eindigt op een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag als bedoeld in de Algemene termijnenwet, wordt deze verlengd tot en met de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is.

4 De griffie van de rechtbank zendt een afschrift van de beslissing van de rechter aan:

a. betrokkene;

b. de vertegenwoordiger;

c. de advocaat;

d. de ouders van een minderjarige betrokkene of een van hen, voor zover deze niet als vertegenwoordiger optreden dan wel optreedt;

e. de echtgenoot, geregistreerde partner, degene met wie een samenlevingscontract is gesloten, levensgezel of degene die betrokkene verzorgt;

f. de gezinsvoogdijwerker;

g. de zorgaanbieder, de geneesheer-directeur, de zorgverantwoordelijke en de huisarts;

h. de inspectie;

i. de officier van justitie.

5 Tegen de beslissing van de rechter inzake het verlenen van een machtiging tot voorzetting van de crisismaatregel staat geen hoger beroep open.

6 Indien een machtiging betrekking heeft op een minderjarige die onder toezicht is gesteld, geldt deze als machtiging, als bedoeld in artikel 265b van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad55x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1012 - Wvggz: Strikte onafhankelijkheidseis psychiater en ontvankelijkheid cassatieberoep crisismaatregel

ECLI:NL:HR:2020:10125 juni 2020Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak

Cassatieberoep is mogelijk tegen een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel. De eis dat de verklarende psychiater minimaal één jaar geen zorg heeft verleend (art. 5:7 Wvggz) is een harde voorwaarde waarbij een belangenafweging door de rechter niet is toegestaan.

Civiel RechtGezondheidsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad48x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1509

ECLI:NL:HR:2020:150925 september 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtGezondheidsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad19x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1017

ECLI:NL:HR:2020:10175 juni 2020Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad16x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1271 - Wvggz of Wzd: Welke wet is voorliggend bij multi-problematiek?

ECLI:NL:HR:2020:127110 juli 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Bij multi-problematiek bepaalt de stoornis die ‘voorliggend is’ en de actuele zorgbehoefte bepaalt, de toepasselijke wet (Wvggz/Wzd). Een machtiging tot verplichte zorg kan ook zonder verzet worden verleend als betrokkene wilsonbekwaam is en een vertegenwoordiger ontbreekt, om noodzakelijke zorg te waarborgen.

Civiel RechtGezondheidsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1314

ECLI:NL:HR:2020:131417 juli 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2023:1279

ECLI:NL:HR:2023:127922 september 2023Dit wetsartikel wordt 8 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1089

ECLI:NL:HR:2020:108919 juni 2020Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:394

ECLI:NL:HR:2022:39418 maart 2022Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2024:789

ECLI:NL:HR:2024:78931 mei 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:1724

ECLI:NL:HR:2023:17248 december 2023Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak