Artikel 80 (Cassatiegronden kantonrechter vonnissen en beschikkingen)
1. Tegen een vonnis of een beschikking van een kantonrechter in een burgerlijke zaak waartegen geen hoger beroep kan of kon worden ingesteld, kan een partij slechts beroep in cassatie instellen wegens:
a. het niet inhouden van de gronden waarop het vonnis of de beschikking berust; b. het niet in het openbaar gedaan zijn van het vonnis of, voorzover rechtens vereist, de beschikking; c. onbevoegdheid; of d. overschrijding van rechtsmacht.
2. Een vonnis van een kantonrechter in een strafzaak kan, afgezien van het geval van cassatie «in het belang der wet», wegens geen ander verzuim van vormen worden vernietigd dan wegens:
a. het niet inhouden van het ten laste gelegde dan wel, in geval van een bewezenverklaring, het ten laste gelegde alsmede de gronden waarop het vonnis berust; b. het niet beslissen op de grondslag van de tenlastelegging; c. het niet geven van de beslissing, bedoeld in artikel 358, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, dan wel het niet geven van de redenen voor deze beslissing; of d. het niet in het openbaar gewezen zijn van het vonnis.
Uitleg in duidelijke taal
1. Tegen een vonnis of een beschikking van een kantonrechter in een burgerlijke zaak waartegen geen hoger beroep kan of kon worden ingesteld, kan een partij slechts beroep in cassatie instellen wegens:
Dit betekent dat een partij alleen beroep in cassatie kan aantekenen tegen een vonnis of een beschikking van een kantonrechter in een burgerlijke zaak waarvoor geen hoger beroep mogelijk is of was, op grond van de volgende specifieke redenen:
a. het niet inhouden van de gronden waarop het vonnis of de beschikking berust;
Dit houdt in dat beroep in cassatie mogelijk is als het vonnis of de beschikking niet de motivering (gronden) bevat waarop de uitspraak is gebaseerd (berust).
b. het niet in het openbaar gedaan zijn van het vonnis of, voorzover rechtens vereist, de beschikking;
Dit betekent dat beroep in cassatie mogelijk is als het vonnis niet in het openbaar is uitgesproken, of als de beschikking niet in het openbaar is gedaan, voor zover de wet dit vereist.
c. onbevoegdheid; of
Dit houdt in dat beroep in cassatie mogelijk is als de kantonrechter niet bevoegd was om de zaak te behandelen.
d. overschrijding van rechtsmacht.
Dit betekent dat beroep in cassatie mogelijk is als de kantonrechter zijn rechtsmacht heeft overschreden.
2. Een vonnis van een kantonrechter in een strafzaak kan, afgezien van het geval van cassatie «in het belang der wet», wegens geen ander verzuim van vormen worden vernietigd dan wegens:
Dit betekent dat een vonnis van een kantonrechter in een strafzaak, met uitzondering van cassatie «in het belang der wet», alleen vernietigd kan worden vanwege een procedurefout (verzuim van vormen) op basis van de volgende specifieke gronden:
a. het niet inhouden van het ten laste gelegde dan wel, in geval van een bewezenverklaring, het ten laste gelegde alsmede de gronden waarop het vonnis berust;
Dit houdt in dat vernietiging mogelijk is als het vonnis niet de tenlastelegging vermeldt, of, in het geval van een bewezenverklaring, niet zowel de tenlastelegging als de motivering (gronden) waarop het vonnis is gebaseerd (berust) vermeldt.
b. het niet beslissen op de grondslag van de tenlastelegging;
Dit betekent dat vernietiging mogelijk is als de kantonrechter niet heeft beslist op basis van (op de grondslag van) de tenlastelegging.
c. het niet geven van de beslissing, bedoeld in artikel 358, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, dan wel het niet geven van de redenen voor deze beslissing; of
Dit houdt in dat vernietiging mogelijk is als de kantonrechter de beslissing zoals genoemd in artikel 358, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering niet heeft gegeven, of als de redenen voor deze beslissing niet zijn gegeven.
d. het niet in het openbaar gewezen zijn van het vonnis.
Dit betekent dat vernietiging mogelijk is als het vonnis niet in het openbaar is uitgesproken (gewezen).