Artikel 2.1
1. Het is verboden zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit:
a. het bouwen van een bouwwerk, b. het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, in gevallen waarin dat bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit is bepaald, c. het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, een beheersverordening, een exploitatieplan, de regels gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening of een voorbereidingsbesluit voor zover toepassing is gegeven aan artikel 3.7, vierde lid, tweede volzin, van die wet, d. het in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk in met het oog op de brandveiligheid bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorieën gevallen, e.
1°. het oprichten, 2°. het veranderen of veranderen van de werking of 3°. het in werking hebben
van een inrichting of mijnbouwwerk,
f. het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een rijksmonument of het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een rijksmonument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht, g. het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, h. het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht of i. het verrichten van een andere activiteit die behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving.
2. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot hetgeen wordt verstaan onder de in het eerste lid bedoelde activiteiten.
3. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat met betrekking tot daarbij aangewezen activiteiten als bedoeld in het eerste lid in daarbij aangegeven categorieën gevallen, het in dat lid gestelde verbod niet geldt.
Details
[Regeling vervallen per 01-01-2024]
Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd
ECLI:NL:RBNNE:2025:2793 - Rechtbank Noord-Nederland - 11 juli 2025
ECLI:NL:RBZWB:2025:5586 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 21 augustus 2025
ECLI:NL:RVS:2025:3568 - Raad van State - 30 juli 2025
ECLI:NL:RBOVE:2025:5453 - Rechtbank Overijssel - 5 september 2025
ECLI:NL:RBOBR:2025:5870 - Onuitgewerkte OBM bepaalt geurberekening bij vergunningaanvraag onder Omgevingswet - 22 september 2025
De rechtbank oordeelt dat voor de berekening van cumulatieve geurhinder de veebezetting uit een oude, niet-ingetrokken omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM) van een naburig bedrijf bepalend is. Deze OBM is niet uitgewerkt en geldt onder de omgevingswet als een omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit.
ECLI:NL:RBGEL:2025:6703 - Rechtbank Gelderland - 12 augustus 2025
ECLI:NL:RVS:2025:3269 - Raad van State - 16 juli 2025
ECLI:NL:GHARL:2025:5579 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 9 september 2025
ECLI:NL:RBDHA:2025:14481 - Rechtbank Den Haag - 29 juli 2025
ECLI:NL:RBNHO:2025:9590 - Rechtbank Noord-Holland - 24 juli 2025
ECLI:NL:RVS:2025:3438 - Raad van State - 23 juli 2025
ECLI:NL:RVS:2025:4546 - Gebrekkige toetsing omgevingsvergunning aan bestemmingsplan en Bouwbesluit 2012 - 24 september 2025
De Afdeling oordeelt dat een omgevingsvergunning onvoldoende is gemotiveerd. Het college heeft niet duidelijk getoetst aan de cultuurhistorische waarden van het beschermd stadsgezicht. Tevens kon het college niet aannemelijk achten dat de constructie voldoet aan het Bouwbesluit, omdat gegevens over de fundering ten onrechte mochten worden aangeleverd.
ECLI:NL:RBOVE:2025:5454 - Rechtbank Overijssel - 5 september 2025
ECLI:NL:RBNNE:2025:3355 - Rechtbank Noord-Nederland - 15 augustus 2025
ECLI:NL:RBNNE:2025:3357 - Rechtbank Noord-Nederland - 15 augustus 2025
ECLI:NL:RBGEL:2025:5087 - Rechtbank Gelderland - 1 juli 2025
ECLI:NL:RBOBR:2025:5871 - Rechtbank verbiedt 'of-of vergunning' voor pluimveehouderij wegens rechtsonzekerheid - 22 september 2025
De Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat het vergunnen van twee alternatieve bedrijfssituaties (vleeskuikens of vleeskalkoenen) in één omgevingsvergunning in strijd is met de systematiek van de Wabo. Een dergelijke 'of-of vergunning' creëert rechtsonzekerheid en is daarom niet toegestaan.