Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 5. Wetgeving en bestuur
§ 1. Wetten en andere voorschriften
Artikel 81

Artikel 81 (Vaststelling wetten regering en Staten-Generaal)

Laatste versie

De vaststelling van wetten geschiedt door de regering en de Staten-Generaal gezamenlijk.

Details

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2023. Zie het overzicht van wijzigingen]

Uitleg in duidelijke taal

De vaststelling van wetten geschiedt door de regering en de Staten-Generaal gezamenlijk.

Dit artikel bepaalt dat de vaststelling van wetten geschiedt door de regering en de Staten-Generaal gezamenlijk.

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

3 uitspraken gevonden
Rechtbank Noord-Nederland

ECLI:NL:RBNNE:2025:3755 - Arbeidskorting is geen verboden discriminatie jegens niet-werkenden - 16 september 2025

ECLI:NL:RBNNE:2025:375516 september 2025Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de arbeidskorting geen verboden leeftijdsdiscriminatie oplevert. Het onderscheid tussen werkenden en niet-werkenden is gerechtvaardigd door het doel om arbeid te stimuleren. Een motiveringsgebrek in de bezwaarfase werd in beroep hersteld en hoefde daarom niet tot terugwijzing te leiden.

BelastingrechtInkomstenbelasting, Procesrecht Belastingen
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBOBR:2025:4660 - Zorg voor vader binnen familierelatie geen dienstbetrekking voor WW-uitkering - 25 juli 2025

ECLI:NL:RBOBR:2025:466025 juli 2025Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat een dochter die haar vader verzorgde op basis van een PGB-zorgovereenkomst geen recht heeft op een WW-uitkering. De arbeidsrelatie werd overwegend beheerst door de familieverhouding, waardoor een gezagsverhouding in arbeidsrechtelijke zin ontbrak en er geen sprake was van een dienstbetrekking.

BestuursrechtSocialezekerheidsrecht, Bestuursprocesrecht
Civiel RechtArbeidsrecht
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2025:17246 - Rechtbank Den Haag stelt prejudiciële vraag over wettelijke verhogingen verkeersboetes - 24 september 2025

ECLI:NL:RBDHA:2025:1724624 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De rechtbank stelt een prejudiciële vraag aan de Hoge Raad over de wettelijke verhogingen van verkeersboetes (Wahv). De rechtbank ziet serieuze aanwijzingen dat deze verhogingen strijdig zijn met het recht op een eerlijk proces (art. 6 EVRM) en het eigendomsrecht (art. 1 EP EVRM).

Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht