Terug naar bibliotheek
Titel I. Van faillissement
Vijfde afdeling. Van de verificatie der schuldvorderingen
Artikel 128

Artikel 128 (Verificatie interesten na faillietverklaring)

Laatste versie

Interesten, na de faillietverklaring lopende, kunnen niet geverifieerd worden, tenzij door pand of hypotheek gedekt. In dit geval worden zij pro memorie geverifieerd. Voorzover de interesten op de opbrengst van het onderpand niet batig gerangschikt worden, kan de schuldeiser uit deze verificatie geen rechten ontlenen.

Uitleg in duidelijke taal

Interesten, na de faillietverklaring lopende, kunnen niet geverifieerd worden, tenzij door pand of hypotheek gedekt. In dit geval worden zij pro memorie geverifieerd. Voorzover de interesten op de opbrengst van het onderpand niet batig gerangschikt worden, kan de schuldeiser uit deze verificatie geen rechten ontlenen.

Dit artikel bepaalt dat interesten die zijn opgelopen na de datum van de faillietverklaring, in beginsel niet kunnen worden geverifieerd als schuldvordering. Een uitzondering geldt voor interesten die gedekt zijn door een pandrecht of een hypotheekrecht; deze worden 'pro memorie' geverifieerd. Dit betekent dat ze voorlopig worden genoteerd. Echter, als de opbrengst van het pand of de hypotheek (het onderpand) niet voldoende is om deze interesten te dekken (dat wil zeggen, ze worden niet 'batig gerangschikt' op die opbrengst), dan kan de schuldeiser uit deze pro memorie verificatie geen rechten doen gelden voor het ongedekte deel van de interesten.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:1272 - Rente bij vereffening nalatenschap: fixatiebeginsel uit Faillissementswet niet van toepassing - 16 september 2021

ECLI:NL:HR:2021:127216 september 2021Dit wetsartikel wordt 10 keer genoemd in deze uitspraak

Het fixatiebeginsel uit de Faillissementswet (art. 128 Fw), dat de rente op vorderingen stopt per faillietverklaring, is niet van overeenkomstige toepassing bij de vereffening van een nalatenschap. Rente over schulden van de nalatenschap loopt door en moet op de uitdelingslijst worden opgenomen.

Civiel RechtErfrecht, Insolventierecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2024:210 - Faillissementsakkoord en rente: ongeverifieerde rentevordering niet gebonden aan akkoord - 8 februari 2024

ECLI:NL:HR:2024:2108 februari 2024Dit wetsartikel wordt 12 keer genoemd in deze uitspraak

De verbindende kracht van een gehomologeerd faillissementsakkoord (art. 157 Fw) geldt niet voor de vordering tot betaling van rente die tijdens het faillissement is opgelopen. Omdat deze rentevordering op grond van art. 128 Fw niet voor verificatie vatbaar is, blijft zij na het akkoord volledig afdwingbaar.

Parket bij de Hoge Raad

ECLI:NL:PHR:2023:1187 - Parket bij de Hoge Raad - 18 december 2023

ECLI:NL:PHR:2023:118718 december 2023Dit wetsartikel wordt 11 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:1294 - Verjaring van rentevorderingen na faillissement: wanneer begint de termijn te lopen? - 23 juni 2016

ECLI:NL:HR:2016:129423 juni 2016Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

Tijdens een faillissement ontstane rentevorderingen, die niet verifieerbaar zijn onder artikel 128 Fw, zijn gedurende het faillissement niet opeisbaar. De verjaringstermijn van vijf jaar voor deze vorderingen begint daarom pas te lopen na het einde van het faillissement, niet eerder.

Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:649 - SNS Onteigening: Waardering Achtergestelde Leningen en Toekomstperspectief - 20 april 2023

ECLI:NL:HR:2023:64920 april 2023Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad bekrachtigt de schadeloosstelling voor onteigende SNS-effecten. De waardebepaling, gebaseerd op een objectief toekomstperspectief (langjarige run-off) en een specifieke uitleg van achterstellingsclausules, wordt door de Hoge Raad niet als onjuist of onbegrijpelijk beschouwd, waarmee de feitelijke beoordelingsruimte van de Ondernemingskamer wordt gerespecteerd.

Civiel RechtFinancieel Recht, Insolventierecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:2991 - Verificatie van rente opgebouwd tijdens surseance in opvolgend faillissement - 23 november 2017

ECLI:NL:HR:2017:299123 november 2017Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Rente die vervalt gedurende een surseance van betaling, voorafgaand aan een faillissement, komt voor verificatie in dat faillissement in aanmerking. Ondanks de eenheid tussen surseance en faillissement (art. 249 Fw), prevaleert de verschillende strekking van de rentebepalingen (art. 260 Fw vs. art. 128 Fw).

Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBOBR:2024:3339 - Rechtbank Oost-Brabant - 9 juli 2024

ECLI:NL:RBOBR:2024:33399 juli 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1984:AG4920 - Hoge Raad - 13 december 1984

ECLI:NL:HR:1984:AG492013 december 1984Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak