Terug naar bibliotheek
Titel I. Van faillissement
Tweede afdeling. Van de gevolgen der faillietverklaring
Artikel 47

Artikel 47 (Vernietiging betaling schuld bij faillissementsaanvraag)

Laatste versie

De voldoening door de schuldenaar aan een opeisbare schuld kan alleen dan worden vernietigd, wanneer wordt aangetoond, hetzij dat hij die de betaling ontving, wist dat het faillissement van de schuldenaar reeds aangevraagd was, en er geen sprake was van een schorsing van de behandeling van die aanvraag overeenkomstig de artikelen 3d, tweede lid, en 376, tweede lid, onder c hetzij dat de betaling het gevolg was van overleg tussen de schuldenaar en de schuldeiser, dat ten doel had laatstgenoemde door die betaling boven andere schuldeisers te begunstigen.

Uitleg in duidelijke taal

De voldoening door de schuldenaar aan een opeisbare schuld kan alleen dan worden vernietigd, wanneer wordt aangetoond, hetzij dat hij die de betaling ontving, wist dat het faillissement van de schuldenaar reeds aangevraagd was, en er geen sprake was van een schorsing van de behandeling van die aanvraag overeenkomstig de artikelen 3d, tweede lid, en 376, tweede lid, onder c hetzij dat de betaling het gevolg was van overleg tussen de schuldenaar en de schuldeiser, dat ten doel had laatstgenoemde door die betaling boven andere schuldeisers te begunstigen.

Dit artikel stelt dat de betaling (voldoening) door de schuldenaar van een schuld die direct betaald moet worden (opeisbare schuld), alleen ongedaan gemaakt (vernietigd) kan worden als bewezen wordt (aangetoond) dat een van de volgende situaties zich voordeed:

  • De persoon die de betaling ontving, wist dat het faillissement van de schuldenaar al was aangevraagd. Bovendien mag er geen sprake zijn geweest van een opschorting (schorsing) van de behandeling van die faillissementsaanvraag, zoals bepaald in artikel 3d, tweede lid, en artikel 376, tweede lid, onder c.
  • Of de betaling was het resultaat van een afspraak (overleg) tussen de schuldenaar en de schuldeiser. Deze afspraak moest als doel hebben om de schuldeiser die de betaling ontving, door middel van die betaling een voordeel te geven (begenstigen) ten opzichte van andere schuldeisers.

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

8 uitspraken gevonden
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

ECLI:NL:GHARL:2025:5394 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 2 september 2025

ECLI:NL:GHARL:2025:53942 september 2025Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Burgerlijk Procesrecht
Gerechtshof Den Haag

ECLI:NL:GHDHA:2025:1538 - Gerechtshof Den Haag - 22 juli 2025

ECLI:NL:GHDHA:2025:153822 juli 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtErfrecht, Goederenrecht, Vastgoedrecht, Verbintenissenrecht
Gerechtshof Den Haag

ECLI:NL:GHDHA:2025:1536 - Gerechtshof Den Haag - 22 juli 2025

ECLI:NL:GHDHA:2025:153622 juli 2025Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtErfrecht, Goederenrecht, Vastgoedrecht, Insolventierecht
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

ECLI:NL:GHARL:2025:4787 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 8 juli 2025

ECLI:NL:GHARL:2025:47878 juli 2025Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Verbintenissenrecht
Parket bij de Hoge Raad

ECLI:NL:PHR:2025:1012 - Conclusie A-G: Verrekeningsverbod bank (art. 54 Fw) geldt ook voor uitgaande betalingen - 19 september 2025

ECLI:NL:PHR:2025:101219 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Procureur-Generaal concludeert dat het verrekeningsverbod van artikel 54 Fw voor een bank die niet te goeder trouw is, zich uitstrekt tot zowel inkomende als uitgaande betalingen. De verrekeningsmethode, die verrekening van uitgaande betalingen toestaat, is volgens de A-G onjuist en strijdig met de paritas creditorum.

Civiel RechtInsolventierecht, Financieel Recht, Verbintenissenrecht
Parket bij de Hoge Raad

ECLI:NL:PHR:2025:1013 - Conclusie A-G: Verrekeningsverbod art. 54 Fw geldt ook voor uitgaande betalingen - 19 september 2025

ECLI:NL:PHR:2025:101319 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Procureur-Generaal concludeert tot verwerping van het cassatieberoep. Het verrekeningsverbod van artikel 54 Fw voor een bank die niet te goeder trouw is, geldt niet alleen voor inkomende betalingen, maar ook voor uitgaande betalingen die de bank na de peildatum in opdracht van de schuldenaar verricht.

Civiel RechtInsolventierecht, Financieel Recht, Verbintenissenrecht
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2025:17404 - Rechtbank Den Haag - 17 september 2025

ECLI:NL:RBDHA:2025:1740417 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht, Verbintenissenrecht
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

ECLI:NL:GHARL:2025:5624 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 9 september 2025

ECLI:NL:GHARL:2025:56249 september 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Verbintenissenrecht