Artikel 201 (Definitie huur, vermogensrechten, pacht)
1. Huur is de overeenkomst waarbij de ene partij, de verhuurder, zich verbindt aan de andere partij, de huurder, een zaak of een gedeelte daarvan in gebruik te verstrekken en de huurder zich verbindt tot een tegenprestatie.
2. Huur kan ook op vermogensrechten betrekking hebben. In dat geval zijn de bepalingen van deze afdeling en de afdelingen 2–4 van toepassing, voor zover de strekking van die bepalingen of de aard van het recht zich daartegen niet verzet.
3. De pachtovereenkomst wordt niet als huur aangemerkt.
Uitleg in duidelijke taal
1. Huur is de overeenkomst waarbij de ene partij, de verhuurder, zich verbindt aan de andere partij, de huurder, een zaak of een gedeelte daarvan in gebruik te verstrekken en de huurder zich verbindt tot een tegenprestatie.
Dit lid definieert huur als de overeenkomst. In deze overeenkomst verbindt de ene partij, de verhuurder, zich aan de andere partij, de huurder, om een zaak of een gedeelte daarvan in gebruik te verstrekken. De huurder verbindt zich op zijn beurt tot een tegenprestatie.
2. Huur kan ook op vermogensrechten betrekking hebben. In dat geval zijn de bepalingen van deze afdeling en de afdelingen 2–4 van toepassing, voor zover de strekking van die bepalingen of de aard van het recht zich daartegen niet verzet.
Dit lid stelt dat huur ook op vermogensrechten betrekking kan hebben. Als dat het geval is, zijn de bepalingen van deze afdeling en van de afdelingen 2–4 van toepassing. Dit is echter alleen zo voor zover de strekking van die bepalingen of de aard van het recht zich daartegen niet verzet.
3. De pachtovereenkomst wordt niet als huur aangemerkt.
Dit lid stelt dat de pachtovereenkomst niet als huur wordt aangemerkt.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2017:1131
ECLI:NL:HR:2018:1313
ECLI:NL:HR:2018:284 - Einde hoofdhuur leidt niet automatisch tot tekortkoming van onderverhuurder
Het beëindigen van een hoofdhuurovereenkomst betekent niet automatisch dat de onderverhuurder tekortschiet jegens de onderhuurder. Van een tekortkoming is pas sprake als het feitelijke gebruik van het gehuurde door de onderhuurder wordt gestoord, bijvoorbeeld doordat de hoofdverhuurder de zaak opeist.
ECLI:NL:HR:2023:828 - Vergoeding voor leegstandsbeheer: huur of kostenvergoeding voor bruikleen?
Een door een bewoner betaalde vergoeding voor leegstandsbeheer kwalificeert pas als huur als deze een tegenprestatie voor het gebruik is. Het oordeel van een rechter dat dit het geval is, moet begrijpelijk zijn in het licht van de door de beheerder aangevoerde, onweersproken kostenposten.